Verdoorn liet hem en mevrouw Krelage in januari 1958 weten dat
met cb het zou uitgeven maar dat hijzelf dat in Utrecht zou doen,
in een serie van fraai uitgevoerde boeken op het gebied van de bio
logie en de tuinbouw. Hij zag het nog steeds als erezaak, maar het
manuscript moest nog een keer worden doorgenomen en getypt! In
maart liet Verdoorn aan Hoog weten begonnen te zijn in Utrecht
en dat hij naar Haarlem zou komen. Hoog, wijs geworden door
ervaring, stelde voor dat hij en mevrouw Krelage wel naar Utrecht
zouden komen. Als die afspraak al is nagekomen, dan heeft het
gesprek in ieder geval geen resultaat opgeleverd, want in september
vroeg Hoog aan Verdoorn om het contract in te leveren. Hij zou
dan zelf wel een uitgever zoeken. In i960 zou namelijk '400 jaar
tulp' worden gevierd en daarbij zou het boek goed passen.33) Ver
doorn reageerde daar niet op, wel kreeg mevrouw Krelage een uit
nodiging voor de entreerede van Verdoorn op 1 december 1958. Of
ze er is geweest weten we niet.
In 1959 besloot mevrouw Krelage het over een andere boeg te
gooien. Zij schakelde mr. H. Rink van het Utrechtse advocatenkan
toor Van Noord en Rink in. Rink was de schoonvader van Jacob
Krelage, de zoon van Ernst Krelage. Ook hem gelukte het echter
met in contact te komen met Verdoorn. Verdoorn zelf stuurde met
Kerstmis weer een kaart aan mevrouw Krelage, waarin hij meldde
dat de inrichting van het instituut goed vorderde en dat hij hoopte
spoedig weer met publicaties te kunnen beginnen. Ook in i960
slaagde zij er niet in met Verdoorn in contact te komen. Ten einde
raad vatte zij het plan op Verdoorn per deurwaarder te laten som
meren tot ontbinding van het contract. Of dat is gebeurd, is niet
duidelijk. Wel stuurde Verdoorn rond Kerstmis weer een kaartje.
Zijn vrouw en hij waren ernstig ziek geweest en dat had het uit
rengen van het boek vertraagd. Maar de vooruitzichten waren
gunstig, want hij was van plan in het instituut een kleine afdeling te
stichten voor de geschiedenis van de Nederlandse bloembollencul
tuur en die zou het boek uitgeven. Met de beste wensen voor 1961
nodigde hij mevrouw Krelage en Hoog uit voor een bezoek.
Er is geen antwoord bewaard gebleven, wel een kladje waarop
mevrouw Krelage schreef dat het de stellige wens van haar en de
kinderen was deze zaak tot een einde te brengen, zodat zij ontbin-
ding van het contract wenste.
JAARBOEK HAERLEM 2007