Grondbezit en grondgebruik
te Heemstede halverwege
de zestiende eeuw
Hoewel er inmiddels steeds meer publicaties verschijnen, wordt de
zestiende eeuw nog relatief weinig bestudeerd. Dat geldt zeker voor de
situatie op het platteland. Er is onder andere veel behoefte aan detail
studies over afzonderlijke dorpen. Met dit artikel wil ik een bijdrage le
veren aan de kennis over de dorpsstructuur in het graafschap Holland
in de zestiende eeuw. De keuze voor Heemstede vloeide daarbij vooral
voort uit een persoonlijke interesse in de geschiedenis van dit dorp.
In dit artikel wil ik nagaan hoe het grondbezit en grondgebruik in
Heemstede halverwege de zestiende eeuw was verdeeld. Daarvoor heb
ik hoofdzakelijk gebruik gemaakt van de uit 1557 en 1561 daterende ko
hieren van de tiende penning van Heemstede, die zich in het Nationaal
Archief in Den Haag bevinden. Deze tiende penning was een éénmali
ge belasting van tien procent op inkomsten uit onroerend goed en ren
ten (niet te verwarren met de beruchte tiende penning die de hertog
van Alva in 1569 wilde invoeren, waarbij tijdens iedere verkoop van
roerend goed tien procent van de verkoopsprijs moest worden afge
staan). In Heemstede ging het hoofdzakelijk om een tiende deel van de
jaarlijkse pachtsom van een stuk grond en een tiende deel van de jaar
lijkse huurprijs van een huis. Naast gegevens over de omvang van het
grondgebruik wordt in de door mij bestudeerde kohieren van de tien
de penning ook vermeld wie de gebruikers en eigenaars waren van de
verschillende stukken grond, en in welke dorpen en steden zij woon
den. Zij vormen dus een belangrijke bron van informatie. De gegevens
uit beide belastingkohieren heb ik vervolgens aangevuld met informa
tie uit het Archief van de Heerlijkheid Heemstede en het Stadsarchief
van Haarlem.
In het Nationaal Archief bevinden zich in totaal vier zestiende-
eeuwse kohieren van de tiende penning die betrekking hebben op
9
MAARTEN VAN BOURGONDIËN