Het graafschap Holland
in de tweede helft van de
zestiende eeuw. Detail
van een kopergravure
naar Jacob van Deventer,
ca. 1570 (Provinciale
Atlas, Noord-Hollands
Archief).
Heemstede. De kohieren uit 1544 en 1572 zijn door de aard van de infor
matie en hun beperkte opzet helaas niet geschikt voor een kwantitatie
ve vergelijking. Zo ontbreken onder andere verwijzingen naar de
woonplaatsen van de eigenaren en gebruikers en zijn vele landerijen en
huizen niet in de kohieren opgenomen. De kohieren uit 1557 en 1561
lenen zich wel goed voor een kwantitatieve vergelijking. Het nadeel is
echter dat deze beide kohieren relatief kort na elkaar zijn opgesteld.
Ontwikkelingen op de lange termijn blijven daardoor buiten beeld.
Het onderstaande artikel bestaat in totaal uit vier delen. Achtereen
volgens behandel ik het grondbezit en grondgebruik van de ambachts
heer, de kerk, de stad en het dorp.
De ambachtsheer
Heemstede was een ambachtsheerlijkheid. In het graafschap Holland
draaide het bij heerlijkheden niet om grondeigendom, maar om het
recht de justitie in een bepaald territorium uit te oefenen.1) In Heem
stede was dat hoofdzakelijk de lage rechtspraak, ook wel lage heerlijk
heid of ambachtsheerlijkheid genoemd. Het recht om halsmisdrijven
met de dood te bestraffen (de hoge rechtspraak of hoge heerlijkheid)
gold slechts voor een klein gebied binnen de gracht van het kasteel.2)
Het dagelijkse bestuur en de rechtspraak werden uitgeoefend door
de schout en schepenen. Zij vormden de politiek-bestuurlijke elite van
het dorp. De schout trad op als vertegenwoordiger van de ambachts
heer - door wie hij ook werd aangesteld -, terwijl de schepenen de
HAERLEM JAARBOEK 2008