bij ons instoof, behoorde tot het 'gilde' grappenmakers. Hij had de ge woonte in het een of andere dorp te komen en bekend te maken dat daar vuurwerk zou zijn. De menschen op het dorpsplein bijéén, gaf hij te kennen, dat het vuurwerk wat verderop zou worden afgestoken. De dorpers liepen dan een eind met hem mede. Eindelijk ging er dan een vuurpijl de lucht in, omhoog. Weder ging Abraham verder, met alle aanwezigen achter zich. De menschen werden in eigenlijken zin om den tuin geleid, want al wandelende duurde het een heele poos voordat hunne oogen opnieuw door een vuurpijl, die van die mooie lichtballet jes van verschillende kleuren uitliet, gestreeld werden. En zoo zette Abraham zijn tocht voort, steeds door de dorpsmenschen gevolgd. Dit was ook een Haarlemmer van meer dan zeventig jaren geleden. Nog is het verhaal van het laatste huis aan de oostzijde van de Kruis straat niet ten einde. De beiden deelen werden weer tot een geheel samengevoegd. Het onderhuis werd volkomen gesloopt en van het bo vengedeelte bleef niet veel over. Na wederopbouw was er beneden een groote holle ruimte en boven ongeveer hetzelfde. Beneden zijn er aller hande uitstallingen geplaatst, die even zoovele verschillende afdeelin- gen voorstellen. Het is overbekend wat er verkocht wordt. Het komt ongeveer neer op wat men op de kermissen van eertijds in de kramen kon koopen. Het is zoo iets als de Botermarkt onder één dak. De gevel is van boven niet veranderd, de onderpui is nieuwerwetsch en voor het doel om de aandacht te trekken geschikt. In de plaatselijke bladen kwam eens een ongunstige beoordeeling voor over het wegnemen van de onderpui tegelijk met het behoud van den bovengevel. Die twee el kander niet verdragende deelen bedierven het geheel. Maar de handel stelt in de eerste plaats eischen voor den verkoop en daaraan kunnen voorwaarden van schoonheid niet altijd voldoen. De hem a is ook voor Haarlem een feit geworden. De Kruisstraat was een zestig jaren geleden nog met menige boom beplant. Zij ook deden de Haarlemmers zien in welken tijd van 't jaar men leefde. Een boom is als een almanak; hij voorspelt wel niets, maar zegt toch dat het Lente is, Zomer, Herfst of Winter. En hij spreekt, meer dan een almanak doet, de waarheid. Het was een weelde voor de musschen, die, waar andere vogels zich niet wagen, voedsel en behui zing vinden. Die boomen waren een voortdurende versiering voor de eenvoudige straat, zelfs 's winters. De bewoners der Kruisstraat echter, hebben ieder voor zich zelf hun boom een last gevonden, geen genoe gen. Vocht, te veel schaduw, insecten. JAARBOEK HAERLEM 2008

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2008 | | pagina 150