De ruïne van het Huis Berkenrode. Ets door Pieter Janszn. Saenredam, 1628
(Provinciale Atlas, Noord-Hollands Archief).
stond wel een kapel die gewijd was aan Maria. Het grondbezit van deze
kapel bedroeg volgens de kohieren van de tiende penning uit 1557 en
1561 ongeveer twee morgen, en was dus zeer miniem. Dit komt overeen
met de situatie elders in het graafschap Holland.17) Het is niet bekend
wie er halverwege de zestiende eeuw in Heemstede werkzaam was als
kapelaan. De door P.M. Grijpink opgestelde lijst stopt bij kapelaan Dirk
Schorel (1531-1532).18) In het kohier van de tiende penning uit 1557 staat
nog wel de volgende mededeling: 'die selfde [Klaas Jacobszn. Bruin uit
Haarlem] bruyct noch omtrent X hont, toebehorende heer Claes
Castricum als cappelrye.' Ook priesters werden betiteld als 'heer', dus
het is mogelijk dat deze Klaas Castricum in 1557 als kapelaan aan de
kapel van Heemstede verbonden was.
Veel inkomsten zal de kapelaan vermoedelijk niet hebben gehad.
Zoals ik hierboven al aangaf, bedroeg het aan de kapel toebehorende
grondbezit (bedoeld om in het levensonderhoud van de kapelaan te
voorzien) ongeveer twee morgen.19) Daarnaast kwamen de van oor
sprong kerkelijke tienden in Heemstede in de zestiende eeuw ten
l6 HAERLEM JAARBOEK 2008