Provinciehuis
Zoals in het vorige jaarverslag is te lezen, zijn de nieuwbouwplannen,
die sloop van de vleugel van de architecten Bremer en Zwiers langs de
(Haarlemse) Dreef zouden inhouden, in april 2007 afgeblazen. Wij
hadden grote bezwaren tegen die plannen. Inmiddels is de oost-west
vleugel uit de jaren zestig gesloopt, waartegen de Vereniging Haerlem
geen bezwaar had. Voor de renovatie van de Bremer/Zwiers vleugel en
wellicht een kleine uitbreiding tussen griffietuin en Frederikspark is
het architectenbureau Claus en Kaan aangetrokken, dat naam heeft ge
maakt met de renovatie van het Gemeentearchief van Amsterdam, het
vroegere NHM-gebouw aan de Vijzelstraat. Voor renovatie en uitbrei
ding van de provinciale kantoren aan het Houtplein is het bureau
Kraaijvanger Urbis aangetrokken. Ons is toegezegd dat wij bij de ver
dere uitwerking van de plannen betrokken zouden worden, wat tot nu
toe ook is gebeurd. Inmiddels vordert de zorgvuldige restauratie van
het wel heel bijzondere Paviljoen Welgelegen, een rijksmonument.
De ideale stad
In 2005 formuleerde de Vereniging Haerlem 'Tien Gouden Regels voor
de historische stad', gepubliceerd in het boekje De Ideale Stad. Ook dit
jaar vonden deze regels weer een vruchtbare bodem. In mei publiceer
de de Vereniging Vrienden van Den Haag een speciaal nummer van
'Haags Peil' waarin de Gouden Regels op de ontwikkelingen in Den
Haag worden toegepast. Deze vereniging organiseerde naar aanleiding
van die publicatie een symposium op 9 oktober. Op 1 november organi
seerde de 'geschiedkundige vereniging anno 1890 Die Haghe' een stu
diedag voor de historische verenigingen van Holland en Utrecht over
de Gouden Regels.
Het Scheepmakerskwartier
In december 2007 presenteerde het College van Burgemeester en Wet
houders en de projectontwikkelaar De Principaal het concept-master-
plan Scheepmakerskwartier. Op 9 januari 2008 hebben wij daarop een
uitgebreide reactie gegeven. Over het algemeen hebben wij voor het
gepresenteerde plan waardering. Met andere organisaties pleitten wij
voor verplaatsing van de beoogde passantenhaven naar de omgeving
van de Adriaan (aan welke suggestie inmiddels door de initiatiefne
mers is tegemoet gekomen) maar anders dan betreffende organisaties
wij zen wij een vergroting van die haven af. Wij gaan daarbij uit van een
JAARVERSLAG