ren van behangsels, eerst bij h. meijer In 1773 als Grijpmoed 13
jaar is, woonde Meijer echter in Haarlem. Elders wordt vermeld dat
Hendrik Meijer al in 1764 waarschijnlijk op de Kraayenhorstergracht
(nu: Nassaulaan) in Haarlem een behangselfabriek had opgericht.8' In
1764 woonde Meijer nog in Amsterdam, bovendien was hij op dat mo
ment geen gildelid en kon zich dus niet zelfstandig vestigen.
Hendrik Meijer kende Haarlem vóór zijn verhuizing in 1768 uit Am
sterdam, daar zijn verschillende aanwijzingen voor. Het Frans Hal
smuseum bezit een schilderij van Meijer De Grote Markt te Haarlem, ge
dateerd 1764.9' En Van Eijnden en Van der Willigen vermelden over
Hendrik Meijer en zijn leerling Egbert van Drielst (1745-1818) dat zij er
samen op uitgingen om in de omstreken van Haarlem [de natuur]
naar het leven te teekenen'.10' Bekend is dat Egbert van Drielst in Am
sterdam les kreeg van Hendrik Meijer in de periode vóór 1768. Van
Drielst ging in 1768 als leerling bij Meijer weg, waarschijnlijk als ge
volg van Meijers verhuizing naar Haarlem. Bovendien is er nog een
aanwijzing. Zijn leerling Van Drielst is in de periode 1761-1763 werk
zaam geweest in de behangselfabriek van Jan Augustini (1725-1773) te
Haarlem. In een toespraak van Jacob de Vos Wzn. in 1818 ter gelegen
heid van het overlijden van Van Drielst wordt aangehaald:...Bij Au
gustini met den Schilder H.Meijer bekend geworden'. Meijer was dus
bekend met het Haarlemse circuit, het zou zelfs kunnen, dat Meijer bij
Augustini werkzaam was en dus vóór 1768 in Haarlem actief was.11'
Vast staat in ieder geval dat hij in de Gildenarchieven van Haarlem is
ingeschreven vanaf 1769.12' Meijers verhuizing naar Haarlem is waar
schijnlijk ingegeven door het feit dat de stad een groot aantal behang
selateliers kende en dat hij met behangselschilderen in zijn levens
onderhoud kon voorzien: 'Hendrik Meijer, uit de Amsterdamsche
school, begreep, dat Haarlems smaak, zoo al niet de kunst, dan toch de
kunstenaar kon doen leven, en kwam hier ook eene behangselfabriek
oprigten'.13' De negatief getinte opmerking Haarlems smaak' moet ge
zien worden tegen de achtergrond van de kritiek die in de 19de eeuw
bestond op de verderfelijkheidvan het behangselschilderen. De be
hangselschildering was in de 18de eeuw de mode geworden en had het
ezelschilderij vervangen.
Als Hendrik Meijer in 1768 van Amsterdam naar Haarlem vertrekt is
hij 24 jaar en heeft hij al de nodige schilderkundige vaardigheden. Uit
onderzoek naar Meijers leven en werk blijkt dat hij tussen zijn 25ste en
30ste levensjaar (de periode die min of meer samenvalt met zijn ver-
JAARBOEK HAERLEM 2008
