Noten
In de veilingcatalogus van de 'Atlas Amsterdam', verzameld door de antiquaar
R.W.P. de Vries (1841-1919), geveild in december 1925 door het toen door zijn
zoons gedreven veilinghuis (titel van de catalogus: Oud - en Nieuw - Amsterdam)
was een afdeling van bijna 100 nummers 'oude adreskaartende meeste uit de
17de en 18de eeuw. Maar ook dit was toen al een unieke collectie.
Jan Tschichold, 'Lithographierte Geschaftskarten des neunzehnten J ahrhund-
erts', p. 25-27 in Schweizerisches Gutenbergmuseum, jrg 51 (1965), met afbeeldin
gen van 9 Duitse en Zwitserse kaartjes.
Het originele handschrift heeft geen titel, maar is in 1965 in een oplage van 40
exemplaren uitgegeven als Aantekeningen over reproductietechniek uit de 1ge
eeuw. In 1840 had dezelfde Kierdorff in een ongepubliceerd handschrift Notes
sur l'art de la lithographie al geschreven over het vervaardigen van porseleinkar
ton en over de vernis waarmee men dit kan bedrukken. Dank aan R. Meij er, die
mij op beide handschriften wees.
Over de Belgische porseleinkaartjes bestaat enige literatuur: G. Renoy, Brussel
onderLeopoldl, zsjaarporseleinkaarten 1840-1865, Brussel 1979, de tentoonstel
lingscatalogus Neringen en ambachten op adreskaartjes van geporseleind karton,
Gent 1975/1976, J- Dewilde en F. Vandewiere, leper op porseleinkaart 1840-1890. In
ventaris van de porseleinkaarten in het bezit van de stedelijke musealeper, leper zoo 4
en Verliefd verloofd getrouwd, catalogus aslk Galerij Brussel 1988, nrs. 309,310,
311,314,315,316,318,404 (huwelijksaankondigingen op porselein karton).
Tschichold (noot 2) noemt nog het Spécimen-Album van de Parijse firma Char
les Derriey uit 1862, dat een groot aantal adreskaartjes en briefhoofden toont,
vele in 6 of meer kleuren of bronzen gedrukt.
In een van de weinige Nederlandse publicaties over porseleinkaartjes 'Vieux
papiers, steen contra steen', p. 288-294 in Waardevol oud papier, feestbundel Bubb
Kuyper, Haarlem 1996, schreef JanTholenaar dat hij eens gehoord of gelezen
heeft dat de giftigheid van het loodwit het einde van de porseleinkaartjes bete
kende.' De laatste Zaanse loodwitmolen werd in 1865 gesloopt (vgl. H.W. Stuur
man, 'loodwitpotten - loodwitmolens - loodwitindustrie', Westerheem 26 (1977)
p 79 - 96). Thans is het gebruik van loodwit als verfstof voor schilders verboden
in artikel 15 van de Veiligheidswet.
Vgl. A.G. van der Steur, 'Werken en studeren, het eenige doel van mijn leven
De boekhistoricus, musicoloog, bibliothecaris en archivaris Jan Willem En
schedé (1865-1926), p. 9-99 in Jaarboek Haerlem 2000.
A. G. VAN DER STEUR