M.P.T. Prévinaire (overl. 1900), directeur van de Haarlemsche Katoen Maatschappij. Foto 1871. (Coll. Noord-Hollands Archief) De subcommissie wilde in ieder geval dat de textieldrukkers geen jon gens meer aannamen die niet konden lezen. Zij moesten minstens twee jaar naar school zijn gegaan voor zij in de fabriek konden gaan werken. De subcommissie ontwierp een lesrooster. Jongens moesten in de winter vier keer in de week naar school van zeven tot negen uur in de avond, in de zomer kregen zij onderwijs op dinsdag en donderdag. De hoofdon derwijzers J. Moerbeek en J.W. Weijerman gaven beurtelings onderwijs aan de jongens op school C in de Lange Begijnenstraat. De meisjes gin gen in de winter twee keer in de week en in de zomer een keer in de week DICK VAN GIJLSWIJK

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2010 | | pagina 93