li
HG A mm
's M s&k.
Het 24-duims doodkistje voor het lijk van het kindje van de heer Mul
der, met 6 koperen hengsels en koperen spijkers kwam in 1859 op 22,50.
Handgraaf noteerde in het boek hoe hij met de koperen spijkers een kruis,
enkele letters en de overlijdensdatum op de kist aanbracht. In 1870 maak
te Handgraaf voor 15,- een kistje voor 'het kindje van de burgemees
ter'4': 64 cm lang, 5/4 duims eikenhout, 4 koperen schroeven en J.C.E. en
1870 met koperen spijkertjes.
In 1861 volgde opnieuw een dure kist van 98,-: 'een gladde 2 duims
eike doodkist met dito 24/2 duims deksel met 7 koperen schroeven en 6
dito ringen met doodshoofde voor de weledele mevrouwe Baronesse van
Ziegesar gehore Bondt'.5'
In 1870 maakte Handgraaf een doodkist voor J.J.L. Betting voor 18,-
en voor 0,90 maakte hij daarbij 'een houten kruis op het graf'.
Een ïgde-eeuwse Belgische doodkist
met dakvormig deksel. Schilderij
'De overhaaste begrafenis of levend
begraven' door A. Wiertz (1806-1865) uit
1854. De angst voor levend begraven of
schijndood was in vroeger eeuwen sterk
aanwezig.
Tekening uit het Nota boek. Het kruis werd gemaakt met koperen spijkertjes.
A.G. VAN DER STEUR