zei hij, het is in mijn kringen niet gebruikelijk hierover te spreken en bin nen de familie is dit nooit ter sprake geweest. Wel had hij het plan om in een codicil bij zijn testament zijn familie op de hoogte te brengen. Op 22 juni 20U, kort voor zijn negentigste verjaardag, overleed Frans in Huize Wildhoef te Bloemendaal en op 29 juni volgde een herdenkings dienst in een volle Bloemendaalse dorpskerk, onder leiding van Ds. Wim van der Sluijs. Ter aanvulling op bovenstaande necrologie uit 2005 licht ik een aantal passages uit het daar gesprokene. De eerste spreker was Frans' neef Paul Scholten die onder meer vertel de hoe geliefd 'Oom Frans' in de familie was, vooral bij de achterneven en -nichten voor wie hij bijvoorbeeld regelmatig diners organiseerde. Ook de contacten met zijn beide zusters en zijn tante Tien de Frederici waren voor Frans belangrijk geweest. Scholten wees verder op zijn bewondering voor de beeldhouwers Mari Andriessen, Charlotte van Pallandt en There- sia van der Pant, van wie hij talloze bronzen beeldjes bezat. Zijn oude vi ool leende hij uit aan jonge violisten. Hij wees ook op zijn eenzaamheid, op het feit dat hij als vrijgezel geen burgemeester kon worden en memo reerde zijn goede vrienden Thöne, Van der Lee en Terwen. Lambert Quant, jarenlang de tweede man onder Frans op de Griffie, vertelde over de rol van 'Jonker Fris' op het Provinciehuis en memoreerde o.a. hoe groot zijn verdriet was toen hij zijn petekind Frans Hoorn verloor toen deze in 1991 op 23-jarige leeftijd om het leven kwam. Quant besloot met de mededeling dat hij niet alleen een vriend verloor, maar ook een va der. Neef Kees Briët ging o.m. kort in op de 'andere kant' van het leven van oom Frans, een kant waarover in de familie altijd was gezwegen, maar waardoor Frans zich naar zijn mening te kort had gedaan. Het laatste woord was aan ds. Van der Sluijs die vertelde dat hij van Frans in 2010 een soort codicil had gekregen met de titel 'Aantekenin gen voor een preek na mijn overlijden'. Daaruit citeerde Van der Sluijs de woorden 'Ik ben homofiel' en vertelde dat Frans schreef over het verdriet dat hij had geleden door zijn eenzame leven. Hij had, zo schreef hij, ge leerd dankbaar te zijn voor de hem geboden mogelijkheden en had ook geleerd niet te lang stil te staan bij zaken waarvoor hij niet geschapen was. Hij excuseerde zich in deze aantekeningen voor zijn egocentrisme, volgens hem veroorzaakt door het missen van een gezinsleven met kinde ren. De predikant besloot met de woorden dat vandaag het hoge woord er voor het eerst uitkwam. In het kader van deze postume 'coming out' was het veelbetekenend dat Frans Beelaerts als schriftlezing voor de uitvaart HAERLEM JAARBOEK 2011

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2011 | | pagina 234