Dat jaar werd tuinarchitect Leonard Springer aangesteld als adviseur van de op te richten gemeentelijke 'Afdeling Hout en Plantsoenen'. In 1902 was de oprichting een feit en bracht Springer een rapport uit aan de ge meenteraad over de toestand van de Hout. In deze jaren leefden idealen en ideeën om de versteende steden lucht te geven door openbare parken aan te leggen. Springer wilde (delen van) de Hout aanpakken om hier het gewenste 'volkspark' te maken dat Haar lem node miste en kreeg met tegenstand en kritiek te maken. Als voor beeld diende Amsterdam, dat doende was de volgebouwde stad van 'groe ne longen' te voorzien (Westerpark, Oosterpark en Sarphatipark). Over dit interessante onderwerp verscheen een artikel in Nieuwsbrief nr. 3, van de hand van Annemarie van Leeuwen. Het Zomervaartpad verschenen De vijfde folder Het Zomervaartpad' in de serie 'dwarsverbindingen' is in augustus gereed gekomen. Hij bevat het traject van het Spaarne naar de Ringvaart, langs Zomervaart en Fuikvaart en verhaalt over de agrarische, militaire en waterhuishoudkundige geschiedenis van het gebied ten oos tenvan de stad. De 'groen-blauwe dwarsverbindingen' van Haarlem zijn totaal elf oost- westroutes die het van oudsher noord-zuid georiënteerde wegenpatroon doorsnijden, met cultuurhistorische, stedebouwkundige en landschap pelijke kenmerken. Het zijn geen 'nieuwe' routes; ze maken gebruik van bestaande wegen, paden en waterwegen. Deze worden onderzocht, be schreven en uitgegeven als folder met afbeeldingen en routekaartje. De routes Brouwerspad, Parkenpad, Jan Gijzenpad, Slaperdijkpad en Zomer vaartpad zijn als folder verkrijgbaar en staan ook op de website van de Vereniging Haerlem. Doelstelling van de werkgroep Het bovenstaande, uitgebreide project biedt volop gelegenheid en aan knopingspunten om de doelstelling van de werkgroep in praktijk te bren gen. Die is het bestuderen van en publiceren over (de geschiedenis van) Haarlems groen in de stad en de ligging van de stad in de omgeving van duinen in het westen en het veengebied (met het Spaarne) in het oosten. Door de dwarsroutes te volgen wordt de aandacht gevestigd op landschap en agrarische historie, bebouwde omgeving en architectuur, waterhuis houding, nijverheid en bedrijvigheid van Haarlem, en de verbanden er tussen. Daarbij wordt ook steeds gekeken naar het hedendaagse functio- HAERLEM JAARBOEK 2011

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2011 | | pagina 280