de gelegenheid om de kapitein en zijn knecht in het nieuw te steken: Zij
droegen voortaan een bruine wambuis met tinnen knopen, rode lakense
opslagen en kraag en op het hoofd een Engelse muts met rode fluwelen
band. Zij kregen hiervoor een jaarlijkse kledingtoelage van 25 gulden. In
dat jaar werden de oude jachten verkocht. Voor één daarvan werd vijfhon
derd gulden geboden.
Het nieuwe schip bleef twintig jaar in de vaart. In 1776 was men weer
aan een nieuw jacht toe en werden burgemeesters gemachtigd om een
nieuw schip te doen maken of aan te kopen.13' Een jaar later keurden de
burgemeesters een bestek goed van de Firma Pieter Swijndrecht en Zoon
te Rotterdam met als voorwaarde dat het dezelfde hoogte, grootte en in-
Op deze tekening is de trekschuit goed te zien. Deze opticaprent Aqua ductus
Harlemensis quo navigia meant Amstelodamum (Vogelvluchtgezicht op Haarlem met
de trekvaart Haarlem-Amsterdam) is uitgegeven door G.B. Probst uit Augsburg,
ca 1770. (Particuliere collectie)
46 HAERLEM JAARBOEK 2011