arbeid beweerden zij.42' Als kinderen naar het oordeel van de inspectores
voldoende hadden geleerd, kregen zij bij het verlaten van de school een
'Billiet van Affscheyd'.
De cijfers van schoolmeester van Willem van Kuijk uit 1767 laten zien
dat de werkelijkheid nogal tegenviel. Van de 779 leerlingen die hij in 10
jaar in zijn school les had gegeven, hadden er precies 79 met een 'billiet
van affscheyd' de school verlaten. Daartegenover stond dat 278 kinderen
zichzelf aan het onderwijs hadden onttrokken zoals Van Kuijk dat eufe
mistisch noemde. Een groot probleem dat in de gehele tweede helft van
de achttiende eeuw zou blijven bestaan.43'
Hoe de verhouding tussen inspectores en ouders is geweest valt niet
uit de notulen van de inspectores op te maken. Later, in 1785, stelden zij
een korte verordening op waaraan de ouders zich dienden te houden.
Deze verordening werd in enigszins verkorte vorm ook nog gebruikt in de
eerste helft van de 19de eeuw.
De Inrichting van het onderwijs
Lezen, schrijven en rekenen
Haarlems stadsbestuurders bemoeiden zich met veel zaken maar opval
lend weinig met de inhoud van het onderwijs zelf. Het enige voorschrift
dat er op wijst is dat de schoolmeester naar ieders bekwaamheid onder
wijs moest geven. Het stadsbestuur schreef ook geen boeken voor. De
keuze ervan was voorbehouden aan de inspectores. Deze blijken de
boeken voor de stadsarmenscholen bij de firma Enschedé te hebben be
steld.44' Enschedé stuurde ieder jaar een rekening aan het stadsbestuur
voor de boeken die de firma had geleverd en declareerde ook allerlei ma
terialen als folio en kwarto schrijfboeken, kladpapier, kannen inkt, let
terkasten en pennen. De bedragen liepen van 179 en elf stuivers in 1760,
192 en 29 stuivers in 1761 tot 168, vijftien stuivers en acht cent in 1770.
Het meest geleverde boek is het ABC hoekje.
Enschedé leverde regelmatig pakken van 25 van deze boekjes af aan
de armenscholen. Deze boekjes waren betrekkelijk klein van omvang.
Op de voorpagina stond vaak een klas afgebeeld en op de tweede pagina
een haan met de toepasselijke tekst: 'Gelijk de wakkere haan tot kraijen
is genegen/Zo laat u jonge jeugd tot onderwijs bewegen'.45' Daarom wer
den deze boekjes ook wel Haneboek genoemd. In dit boekje staan spel
oefeningen voor jonge kinderen, op de laatste pagina's staan verschil
lende gebeden die zij moesten leren en tot slot een zogenoemd Christelijk
DICK VAN GIJLSWIJK