Wat valt erna deze briefte zeggen
Het lot is Jan Ruigrok niet welgezind geweest. Hij had de pech verzeild te
raken in een oorlog die hem voor de beklemmende keuze plaatste wel of
niet voor de bezetter te werken, met alle gevolgen van dien in beide vari
anten. Hij had de pech dat hij twee niet loyale broers als medefirmanten
had. Broers die er niet voor terugdeinsden hem de kolen uit het vuur te
laten halen en te belasteren. Zij beklemtoonden hun onschuld, maar aas
den wel op hun aandeel uit de oorlogswinst. Hij had de pech in handen
te vallen van een overbelast en incompetent justitieel apparaat dat zich
liet leiden door de gevoelens van wraakzucht van die dagen en dat geen
onbevooroordeeld onderzoek instelde naar de ware toedracht van de ge
beurtenissen. Het was voor de justitie een comfortabel gegeven dat Jan
Ruigrok geen beroep op verzachtende omstandigheden deed. Hij nam
de verantwoordelijkheid voor zijn betrokkenheid op zich en klaagde niet
zijn broers aan. Het vereenvoudigde het justitieel onderzoek en leverde
een onbetwistbare dader op.
Een schrale troost was dat dit alles - achteraf - wordt erkend door de
Officier-Fiscaal, die verantwoordelijk was voor zijn dossier in de periode
van zijn gevangenschap. De functionaris die een paar jaar eerder liet we
ten geen enkele sympathie voor Jan Ruigrok te koesteren vanwege diens
veronderstelde ijver voor de Duitsers. Boers wekt de indruk zich nader
hand te excuseren voor zijn mistastende oordeelsvorming met het ge
bruik van de mystificerende woorden 'historia intima'. Er was immers
op de keper beschouwd weinig intiems aan de hele geschiedenis. Het
belangrijkste feit werd bij het eerste verhoor al opgetekend in het dos
sier, namelijk dat de broers elkaar probeerden de schuld in de schoenen te
schuiven. De veronachtzaming daarvan introduceerde in de gebeurtenis
sen een andere 'historia intima' dan Boers waarschijnlijk voor ogen stond.
Namelijk dat het voor Jan Ruigrok heel anders zou kunnen zijn verlopen
wanneer Boers het feit van de in het politieverslag geconstateerde broe-
dernijd als leidraad voor het onder zijn verantwoordelijkheid uitgevoerde
recherchewerk had genomen.
Hoe kwamJanRuigok er toe Boers een rol te laten spelen?
Naar de reden kan men slechts gissen. Voorop staat dat hij niet kon we
ten hoe Boers over hem dacht en cruciale rol daarvan in de beeldvorming
over de aansprakelijkheid voor de collaboratie had gespeeld. Hij, noch
zijn advocaat, had immers inzage in het dossier. Denkbaar is dat hij Boers
inschakelde bij zijn verweer tegen de zuiveringsactie die de broers onder-
HAERLEM JAARBOEK 2012