genlijk geen wijzigingen voor in de wekelijkse bezoekdag van Ruigrok
aan het bedrijf. Regelmatig ook belde hij 's morgens het bedrijf na een
doorwaakte en niet alcoholvrije nacht. Het waren de tekenen dat hij een
moeizaam leven leidde. Met Leliveld heeft Ruigrok al die jaren nooit een
moment van gedachten gewisseld over de oorlogstijd. Ruigrok zelfheeft
het onderwerp nooit aangesneden.
De wekelijkse bezoeken van Ruigrok aan het bedrijf voltrokken zich
volgens een vast patroon. Hij begon steeds met een rondgang door de
productiehal en maakte met deze en gene een praatje en wisselde wat
grappen uit. Daarna trok hij zich terug voor een gesprek met de bedrijfs
leider en de boekhouder. Hij verdween weer zonder ook maar één keer
zijn zussen te bezoeken. Zijn broer Joop uit Hilversum, enigszins zwak
begaafd en belast met het lichte baantje van de loonadministratie, was
voorafgaande aan het bezoek van zijn broer hiervan op de hoogte gesteld.
Als Jan het bedrijf bezocht wilde hij niet worden geconfronteerd met zijn
broer Joop. Die moest zorgen dat hij dan niet aanwezig was. Het illus
treert de volstrekte en onherstelbare breuk met de familie. Over een paar
zussen en zijn broer Joop heeft hij zich tot aan hun dood financieel ont
fermd, maar zelfs hen wenste hij niet te ontmoeten.
Ook Ger Leliveld deelde in zijn gunsten. Waarschijnlijk had de kinder
loze Ruigrok al vroeg in hem een potentiële opvolger gezien en hem daar
door alle kansen geboden zich in die richting te ontwikkelen. Toen het
moment van terugtreden aanbrak hielp hij de financieel niet bemiddelde
Leliveld hem op te volgen. Daarbij werd een beroep gedaan op de fiscaal-
juridische slimheid van zijn naaste adviseurs Henk Boter (accountant) en
Rob Stuart (notaris).
In de periode van het aantreden van Leliveld als bedrijfsopvolger deed
zich de kans voor een grote snoek aan de haak te slaan. Het bedrijf werd
door het in Den Haag gevestigde inkoopkantoor van Aramco (Arabian
American Oil Company) gevraagd een offerte in te dienen voor het leve
ren van hekwerken voor de olievelden in Saoedi-Arabië. Aramco was de
onbetrouwbare, door regelmatige stakingen getroffen Engelse bedrijven
beu en zocht nieuwe leveranciers. Het Ruigrok-bedrijf kaapte de order
weg voor de neus van enkele andere internationale aanbieders. Een am
bitieus investeringsprogramma volgde dat het bedrijf naar een andere
schaal van werken tilde. Men was ingesteld op opdrachten tot maximaal
200 meter hekwerk. Nu moest men in korte tijd overschakelen naar de le
verantie van 100 km hekwerk. Een huzarenstukje dat onder leiding van
de nieuw aangetreden Leliveld met succes werd uitgevoerd. In die jaren
HAERLEM JAARBOEK 2012