■mm 1 heeft. Hiervoor moet ze drie dagen de gevangenis in.31' De veroordelingen lijken nauwelijks indruk te maken. Wellicht omdat ook haar echtgenoot Franciscus zich met enige regelmatig voor de rechtbank moet verant woorden. Onder andere in 1857 voor het slaan van Emke Pekelaar32' die la ter, in de jaren zeventig, met haar bordeel nog een belangrijke concurrent zal worden, zoals we eerder zagen. Cornelia gaat met haar illegale bordeel in het Begijnhof door na de veroordeling. In de dienstboderegisters wor den op dit adres van 1864 tot 1866 diverse prostituees geregistreerd. Maar een bordeelvergunning voor het pand komt er niet. Om die reden worden ze in november 1866 opnieuw door de kantonrechter veroordeeld. Hoe wel in hetzelfde jaar een zekere weduwe Jansen-Koets als eigenaar van het huis en de tapperij wordt ingeschreven, wonen en werken Cornelia en Franciscus er nog steeds. Het vermoeden dat er nog steeds 'onzedelijke praktijken' plaatsvinden, doet de gemeente daarom besluiten om de wo ning te inspecteren en tegenover de woning 'een schildwachthuisje' met agent te plaatsen die alles in de gaten moet houden. Cornelia protesteert hiertegen, maar besluit uiteindelijk toch om het legale pad te kiezen.33' Nadat in 1868 haar verzoek om een bordeel in de Berckenrodesteeg te mogen openen is afgewezen, wordt haar verzoek om er een te openen in het pand aan de Pieterstraat 212 goedgekeurd. Cornelia beperkt zich ech ter niet alleen tot Haarlem. Een jaar later neemt ze het bordeel 'De Lik kepot' aan de Kloosterstraat 10 in Leiden over.34' Veel aandacht voor haar nieuwe bordeel heeft ze niet gedurende die eerste jaren. Ze lijkt zich Bladzijde uit het prostitutieboekje van Johanna Cornelia Willeke, 1859. (Noord- Hollands Archief) PEAAT8 TOT HET ONDERZOEK BEPAALD: Dit ondorcoek liceft ecwnul 'iveelu pUa|,, in het Buiten-Gasthuif Haarlem den C-' HAERLEM JAARBOEK 2013

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2013 | | pagina 148