rende het afgeloopen jaar [heeft] deze afschuwelijke oorlog, de komst en
het verkeer van vreemdelingen niet bevorderd, ja - men kan wel zeggen,
geheel tegen gegaan.' Het vijfentwintigjarig bestaan werd in 1916 dan ook
niet gevierd.
De keerzijde was dat het binnenlandse vreemdelingenverkeer in deze
periode flink toenam. Nederlanders konden niet naar het buitenland en
richtten zich hierdoor meer op bestemmingen in eigen land. Na de oorlog
herstelde het vreemdelingenverkeer zich: in 1920 meldden zich 1451 per
sonen bij het informatiebureau, dat in 1917 naar de uitgangshal van het
station verplaatst was. Onder de bezoekers waren 254 buitenlanders, wat
wees 'op een geduchten vooruitgang in het verkeer'.46'
Dat 'Verfraaiing' inmiddels enigszins met de tijd meeging blijkt uit het
feit dat in 1919 subsidie werd gegeven voor het maken van een film. Deze
film, waaraan ook de Electrische Spoorweg Maatschappij en de gemeente
Haarlem bijdroegen, moest de bijzondere betekenis van Haarlem uitdra-
ANJA KROON 173
Toeristen konden per koets uitstapjes in de omgeving van Haarlem maken. De foto
is genomen bij hotel Kennemerland aan de Bloemendaalseweg, 1900. (Noord-Hol
lands Archief, fotocollectie gemeente Bloemendaal)