leidde tot verdeeldheid binnen het bestuur van de Vereniging Haerlem en
vervolgens ook onder de leden. Een deel van het bestuur was van mening
dat de vereniging een 'betrouwbare partner' voor het gemeentebestuur
moest blijken en dus de aanvankelijke instemming met het gekozen plan
niet kon intrekken, anderen wezen erop dat de plannen door de ontwik
kelaar al doende bij voortduring gewijzigd werden, dat er een sluipende
verwijdering plaats vond van de oorspronkelijke uitgangspunten en dat
daarnaast voortschrijdend inzicht en de verandering in de stemming in
de stad ook de vereniging het recht gaven haar mening te wijzigen. Het
meningsverschil heeft geruime tijd een helder standpunt van de vereni
ging in de weg gestaan.
Op 19 december 2001 tekende het gemeentebestuur de realisatieover
eenkomst met de ontwikkelaar en gaf daarmee de zeggenschap over het
gebied tot 2009, of zo veel langer als de plannen zouden uitlopen, vrijwel
uit handen.
Intussen groeide binnen de werkgroep de overtuiging dat sloop van
met name de hbs a stedenbouwkundig en architectuurhistorisch een
grote fout zou zijn en zij had daarvoor ook sterke argumenten. Steden
bouwkundig zou de hbs a in de hoekpunt van het hele project een duide
lijke historische referentie bieden, architectonisch had het gebouw door
het materiaalgebruik, het metselwerk, de monumentale ingangspartij,
de verwerking van vele sculpturale details, de fraaie trappenhuizen en de
formidabele grenen kap kwaliteiten die in de hedendaagse nieuwbouw
onbetaalbaar zijn. Iets wat onvervangbaar is dreigde vervangen te wor
den door iets wat overal kan staan. Aan De Hoeksteen, en met name Henk
Vijn, komt de eer toe al in 2001 gepleit te hebben voor vestiging van het
stadskantoor op deze plaats, in het bestaande schoolgebouw.
Uiteindelijk heeft het bestuur van de Vereniging Haerlem op advies
van de werkgroep bij gemeente en provincie bezwaar gemaakt tegen de
uitwerkingsplannen (in 2002) en de sloopplannen (in 2003); dit in een
drachtige samenwerking met de Stichting De Hoeksteen en de Bond
Heemschut. Alle bezwaren werden afgewezen. De Stichting De Hoek
steen ging vervolgens in beroep bij de Raad van State, welk beroep door
de Bond Heemschut en de Werkgroep Gebouw en Omgeving werd onder
steund. In 2004 schortte de Raad van State de begonnen sloop op, maar
op 19 januari 2005 stelde de Raad de gemeente formeel in het gelijk. Een
gelijktijdige aanvrage van de Hoeksteen tot aanwijzing van de hbs a als
rijksmonument werd door de Vereniging Haerlem niet gesteund. De aan
vrage was naar het oordeel van de werkgroep kansloos: de gebouwen had-
JOHANNES VAN DER WEIDEN