Vervolgens werd hij verbannen en sloeg aan het reizen. Hierbij deed hij ook Haarlem aan en betrok hij een kamer in de Gouden Leeuw. Naast her berg diende het pand geruime tijd als verkooplokaal en menig Haarlems huis wisselde hier van eigenaar. In de Tweede Wereldoorlog was de leeuw, die ook in het Nederlandse wapen voorkomt, een doorn in het oog van de Duitse bezetters. Zij von den het niet gepast dat het dier zo opvallend in een Haarlemse gevel te zien was en gaven opdracht hem wit te schilderen. In 1942 brak bij de buren brand uit. De Gouden Leeuw, dat als kleermakersbedrijf was inge richt, brandde geheel uit, maar de gevelsteen bleef bewaard. Toen de pan den werden hersteld is de steen weer in de gevel aangebracht, met toevoe ging van een rode vlam die de leeuw van achteren belaagt; niet alleen een herinnering aan de brand, maar ook een symbool voor de kracht van de Nederlandse Leeuw die men niet zomaar klein kon krijgen en die herrij zen zou uit de oorlogsbrand. De leeuw is weer hersteld. 232 HAERLEM JAARBOEK 2013

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2013 | | pagina 234