bij de vorige restauratie te zachte stenen zijn toegepast. Deze werden ver
vangen, indien nog hard bleven de stenen zitten.
De inboetstenen welke voldeden aan formaat en hardheid hadden al
len een wat lichtere kleur en zijn daarom na het inmetselen wat op kleur
gebracht om een te grote lappendeken te voorkomen. In verband met de
kosten is besloten het metselwerk van boven af zoveel mogelijk aan te
pakken en van de lagere delen alleen de echt heel noodzakelijke gedeeltes.
Het leuke was dat naast de 'oude rotten' in het vak ook voldoende jon
geren mee konden helpen zodat zij het vak onder de knie konden krijgen.
ROP-leerling Cees van Duijn werd zelfs de winnaar van de regionale be-
roepenwedstrijd. De eigen opleiding van jongeren geldt voor ieder werk
van Burgybouw.
Er moest ook iets gedaan worden aan de overlast van de duiven. Zij
konden heerlijk beschut op de natuurstenen spekranden in de galmgaten
van de toren zitten, waardoor veel schade door duivenpoep was ontstaan.
Schade is misschien een groot woord maar het gaat binnen in de toren
stinken en het trekt ongedierte aan. De achterzijde van de schalmgaten
Het metselwerk is vernieuwd maar moet nog op kleur gebracht worden. De detaillering van
het natuursteen is weer aangebracht en de ankers zijn behandeld.
MARTIN BUSKER 241
