stokpaardje van Jan was het Parkeerfonds, hij was de vergeefse klokken
luider van het feit dat alle door en voor parkeren opgebrachte gelden
langzaam herbestemd werden en 'verdwenen'.
Jan was geen groot spreker, ook niet in de gemeenteraad. Maar zijn
grootste kwaliteit was ook hier weer het lobbyen in de wandelgangen van
het stadhuis of in de horeca van de binnenstad. Jan praatte met iedereen,
en soms ook wel té veel met iedereen. Als fractievoorzitter koos ik maar
voor een praktische oplossing: Jan vertelde alles van ons - het was in die
dagen vaak 'onrustig' in eigen gelederen - maar hij hoorde nog veel meer
terug van andere partijen. Politici en ambtenaren, alle waren vaak opmer
kelijk openhartig met Jan. In conflicten en tegenstellingen die er in die
tijd in de raad én in de eigen fractie veelvuldig waren, koos Jan nooit par
tij. Hij zat bij iedereen aan, en luisterde naar iedereen. Maar wel met een
scherp oog, hij bleef altijd observeren. Hilarisch waren de politieke car
toons die hij verspreidde, bijvoorbeeld over de kleurrijke fractiegenote
Lya Blesgraaf-Belterman (ook in 2013 overleden) die zo vaak van politieke
partij wisselde. Jan bekeek de politieke strijd met humor, van de stapels
overgebleven vvD-verkiezingsfolders van de gemeenteraadsverkiezin
gen 2002 knipte hij de hoofdjes uit en gebruikte hij voor zijn cartoons. Hij
maakte ook een alternatieve kerststal, waarin de fractieleden de plaats
hadden ingenomen van het kerstverhaal.
Na zijn raadsperiode was hij nog bestuurslid van de Stichting Mutare,
waar zijn eigen fractie altijd tegen gefulmineerd had. Ook dat tekende
Jan, overal toch bij willen zijn en luisteren naar de andere partij. Hij miste
ook de levendigheid van alle contacten van zijn raadsperiode. Samen met
oud-raadslid Maya Funnekotter-Noordam zag ik Jan tijdens een jaarlijk
se lunch bij Fortuyn, we bleven als 'oud-collega's' verbonden, een van de
laatste gesprekken die ik met hem had was op het afscheid van mijn part
ner Joost. Jan vertelde mij ooit dat hij op zijn oude dag terug wilde naar de
binnenstad, maar hij bleef met Yvonne in het gezellige huis aan de Frede-
rik Hendriklaan wonen. Wel bezocht hij vaak zijn uitwijkplek in de Meije.
Over de laatste jaren viel de schaduw van het overlijden van zijn ge
liefde zoon Menno. Ook de pijnlijke kwestie rond de voorzetting van het
familiebedrijf na Menno, en het feit dat zijn andere zoon Jan Willem niet
als mede-directeur in de zaak kon blijven werken, gaf verdriet. Jan over
leed in het voorjaar van 2013 na een kort ziekbed aan kanker. Hij heeft van
zijn eigen gezin goed afscheid kunnen nemen. Bij het laatste afscheid in
de Bavokerk in Heemstede kwam nog een keer de grote kring mensen die
met hem verbonden waren in Haarlem en omgeving bijeen.
FRANS WILLEM LANTINK
NECROLOGIËN