korte, klare en volmaakte verwbeschrijvingen, zoo als dezelve nu tegenwoordig in
deeze onze leevens tijd, zoo in Duitsland, Vrankrijk Engeland, als ook inzonderheijd in
deeze onde Nederlanden (dewelke met regt een herberg aller konsten te noemen zijn)
gepractiseerd en voorgesteld worden (z.p. 1728).
18. Gemeentearchief Rotterdam (gar), Oud Notarieel Archief (ona), aktenr.
175, f. 416 d.d. 22 juni 1649; gar, ona, 717/199 d.d. 9 september 1664; Dillen,
Bronnen tot de geschiedenis 3,462-463; N.W. Posthumus en W.L.J. De Nie,
'Een handschrift over de textielververij in de republiek uit de eerste helft
der zeventiende eeuw', in: Economisch-Historischjaarboek. Bijdragen tot de
Economische Geschiedenis van Nederland 20,1936, P- 212-257, aldaar 212.
19. N.W. Posthumus en W.L.J. de Nie, 'Een handschrift over de textielververij', in:
Economisch-Historisch Jaarboek 20,1936, p. 212-257.
20. P. Geerts, Proeve op de gouden en zilveren munten, Groningen 1639, in: Collectie
gag, Handschriften in kwarto register Feith, inv. nr. 66.
21. W. van Laer, Weg-wyzer voor aankoomende goud en zilversmeeden, Lochem 1967;
herz. editie 1768. Informatie over herdrukken afkomstig van www.stcn.nl
22. Marj olein Kool geeft een aantal voorbeelden van rekenboeken waarin dit
onderwerp zelf een apart hoofdstuk heeft gekregen: M. Kool, Die conste vanden
getale. Een studie over Nederlandstalige rekenboeken uit de vijftiende en zestiende
eeuw met een glossarium van rekenkundige termen. Middeleeuwse studies en
bronnen deel lxiv, Hilversum 1999, p. 200-205.
23. Arsmercatoria.HandbücherundTraktatefürdenGebrauchdesKaufmanns, 1470-
1820. Eine analytische Bibliographie in 6Banden, 2, Paderborn 1993, p. 646-651;
Ars Mercatoria, 1, Paderborn 1991, p. 364.365- Ibidem 3, Paderborn 2001, p.
13-14. Het is onduidelijk of in de gegeven getallen de 'rekenboeken' werden
opgenomen
24. K. de Jonge en P. Lombaerde eds., Hans Vredeman de Vries and the Artes
Mechanicae revisited. Architectura moderna. Architectural exchanges in europe
i6th-i7th centuries 3, Turnhout 2005. Eerste druk 1604, tweede druk 1605; www.
stcn.nl enwww.worldcat.org. 'Nut dienstelijck ende grooteliec vannoode, voor
allen schilders, plaet-snijders,beeldt-houders, goudt-smeden, bouwmeesters,
ingenieurs, steen-met-sers, schrijn-werckers, timmerlieden, ende alle
liefhebbers der conston, om te studeren t haerder belieften, met cleyne
moeiten.'
25. Hessel Miedema, 'Over vakonderwijs aan kunstschilders in de Nederlanden tot
de zeventiende eeuw', in: Academies of art between Renaissance en Romanticism,
Leids kunsthistorischjaarboek 5-6,1986-1987, p. 196.
26. Een mooi voorbeeld is het volgende boek: W. Goeree, Inleydinge tot de practijck
der al-gemeene schilder-konst, Middelburg 1670.
JANNEKE TUMP