der stad Haerlem, die in de nazomer van 1628 verscheen, staat niet alleen Scriverius' eigen gedicht afgedrukt, maar ook Ampzings vertaling daar van. Scriverius was daar kennelijk mee ingenomen. In een brief van de cember 1628 aan Buchelius schrijft hij Ampzings vertaling in zijn geheel voor zijn vriend uit: 'Hier siet gy eenen man, die al syn tijd van jaeren Den opentliken dienst heeft willens laten varen, En op syn eyge kost de konsten hoog geeerd, En altyd voordgeset, en heuren lof vermeerd. En woond so op sich selfs, en wil sich niet verkopen, En houd al synen dienst voor sijne burgers open: Terwijl hy menig feyl en ouden droom verkragt, En 't lof der Bataviers heelyverig betracht. Laet and'ren dier gekocht met giften, ende gaven, Meer snorken als 't betaemd, en al te moedig draven. Dees Schrijvers vrije hand, aen niemands loon verplicht, Brengt met een trouwe pen de waerheyd in het licht.'32' Scriverius zegt in dit gedicht dat hij iemand is die zich ver houdt van ambten en die uit eigen middelen de muzen dient, iemand ook die on omkoopbaar is en al zijn tijd besteedt ten dienste van het gemenebest van zijn medeburgers en iemand die onafhankelijk waarheidsgetrouwe wer ken schrijft. Scriverius heeft exemplaren van zijn portret uitgedeeld We zagen al dat Schrevelius over exemplaren van Scriverius' portretprent beschikte, vermoedelijk zelfs meerdere, omdat hij Buchelius er een gaf. Andere geleerde vrienden moeten ook exemplaren hebben ontvangen. Het spel is blijkbaar dat men daarop reageert met een antwoord-lofdicht, in het Latijn. Ampzing laat die Latijnse antwoord-gedichten in 1628 in zijn boek afdrukken, telkens met een vertaling daarbij, maar heeft daarbij in ten minste één geval ook een gedicht op een oudere portretgravure van Scriverius opgenomen. Het gaat om lofdichten op Scriverius' portret van Daniel Heinsius, van Casparus Barlaeus, van - hoe kan het ook anders - Theodorus Schrevelius, van een zekere G.S., van een zekere I.A.B. en tot slot van Ampzing zelf, met zijn vertaling erachter geplaatst.33' Bijzonder is verder dat de koperen plaat die Van de Velde bewerkte, be- HAERLEM JAARBOEK 2013

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2013 | | pagina 78