Intensieve pogingen om tot restauratie te komen Vervolgens begon de zoektocht naar geld, veel geld. Rijkssubsidie was daarbij onmisbaar, ook omdat vele fondsen pas geld beschikbaar stellen, als het rijk dat heeft gedaan. Nu duidelijk geworden was, dat een totale restauratie van het complex onvermijdelijk was en het er niet naar uitzag, dat op korte termijn rijksgelden ter beschikking zouden komen, werd aan het rijk gevraagd de subsidie, die voor de glas-in-loodramen ter be schikking was gesteld, om te zetten naar subsidie voor de restauratie van de plebanie, dat dan als eerste onderdeel van het totale complex integraal zou kunnen worden aangepakt. Ook dit gebouw, destijds als eerste ge bouwd, bleek hoog nodig onder handen genomen te moeten worden. De plebanie en twee straalkapellen Omdat de Rijksdienst zich akkoord verklaarde met het omzetten van de subsidiebeschikking voor de glas-in-loodramen naar de restauratie van de plebanie, kon in november 2004 de toenmalige wethouder Jur Visser het officiële startsein voor de restauratie van dit gebouw geven. De aan besteding was gewonnen door het bedrijf Abma Ursem bv uit Exmorra. De bedoeling was om in de kelder, en met name onder de zaalruimten, nieuwe ruimten te creëren voor opslag, de drukkerij e.d. Maar tijdens de bouw bleek dat op die plek een wel aanwezig was. Die kon alleen bedwon gen worden als er een betonnen bak zou worden aangebracht en daarvoor was geen geld. De situatie is toen gelaten zoals die was. Nadere bestude ring van de oorspronkelijke bouwtekeningen leerde, dat ook Jos Cuypers op die plek ruimten had ontworpen, die later niet gerealiseerd zijn. Blijk baar was hij een eeuw geleden pas bij de bouw op dezelfde wel gestoten! Aan de buitenzijde van de kathedraal kon met moeite een steiger wor den geplaatst tussen de plebanie en de twee daaraan grenzende straalka pellen. Het lag daarom voor de hand om vanaf die steiger tegelijkertijd het casco van die twee straalkapellen aan te pakken. Kosten: 175.000 euro bovenop de 2 miljoen euro, die voor de restauratie van de plebanie nodig waren. Daarmee kon de Rijksdienst zich verenigen en aldus geschiedde. Het meest opmerkelijke van deze restauratie was het terugbrengen van de oorspronkelijke kleuren. In de jaren zeventig was de hele plebanie van binnen wit geverfd. In het collectieve geheugen waren de oorspron kelijke kleuren geheel verdwenen. Niemand wist het meer en bovendien lukte het in die periode ook niet om oude foto's van het interieur te pak- WIM EGGENKAMP

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2014 | | pagina 143