mogelijk vast te houden aan de oorspronkelijk gebruikte materialen. Van
daar haar voorkeur voor zink in plaats van koper. Wat betreft de voorzet-
beglazing achtte zij dit niet gewenst, omdat dit het beeld van de vensters
teveel zou aantasten. Samen met de racm stelde de commissie voor al
leen voorzetramen toe te passen bij ramen, waar het tegen vandalisme
nodig was.
Het college van Burgemeester en Wethouders volgde het advies van
de commissie en gaf onder deze voorwaarden in september 2007 de ver
gunning af. Na protesten van de stichting, kreeg zij gelijk wat betreft het
gebruik van koper (dat mocht dus), maar niet wat betreft de voorzetra
men (dat mocht dus niet). Omdat de voorzetbeglazing voor de instand
houding van de kerk op lange termijn van essentieel belang was, ging de
stichting in beroep tegen het besluit van de gemeente bij de Haarlemse
rechtbank. Daarbij werd ook aangevoerd dat bij de restauraties in de afge
lopen decennia nagenoeg alle grote stadskerken van Nederland van voor
zetbeglazing waren voorzien. Met name werd gerefereerd aan de Oude
Kerk in Amsterdam en aan de twee meest recente restauraties van monu
mentale kerken, te weten de Pieterskerk in Leiden en de Sint Vituskerk
in Hilversum. De rechtbank verklaarde op 11 februari 2009 het beroep
gegrond, niet op inhoudelijke, maar op formele gronden: in feite was de
kwestie van de voorzetramen nog steeds niet opgelost.
De lekkende goot - de naden waren
soms met bitumen tevergeefs gedicht.
rechts: Goot met nieuw koper.
148 HAERLEM JAARBOEK 2014