terieur, maar ook het interieur op kleur te onderzoeken, omdat ook daar van alles werd ontdekt dat niet voorkwam in het standaardwerk over de Nieuwe Bavo Getooid als een Bruid. De nieuwe Sint-Bavokathedraal te Haarlem uit 1997.3) Bouwhistorisch onderzoek werd in opdracht van de stichting ook verricht door De Fabryck, Bureau voor Gebouwhistorisch onderzoek te Utrecht, wat resulteerde in drie rapporten. Dat alle glas-in-loodramen opnieuw verlood dienden te worden was al bekend. Daartoe werden alle ramen uitgenomen en naar het glasatelier Hagemeier in Tilburg vervoerd. Daar bleek dat de bovenramen in de oost en westzijde van de transepten niet grisaille geverfd waren, maar dat de grisaille was ingebrand, hetgeen de glazen aanzienlijk bijzonderder maakten dan tot nu toe werd verondersteld. Maar absolute blikvangers in de transepten zijn de ramen van Han Bijvoet zowel aan de noord- als aan de zuidzijde. Het belang daarvan werd door velen onderkend. Zo bracht de familie Bijvoet nog vóór de restauratie geld bijeen voor de in slechte staat verkerende ramen in het zuidertransept en subsidieerde de stich ting Zabawas de ramen in het noordertransept. Binnen kon worden geconstateerd, dat de gele stenen van de oostelijke muren van de transepten blauw waren gevoegd. De vraag was natuurlijk, of al deze elementen teruggebracht zouden kunnen worden. Financieel was daar immers geen rekening mee gehouden. De eerste beslissing die in dat verband moest worden genomen was het vergulden van de kroon en het kruis op de koepel. Gelukkig bleek de toestand van de koepel beter te zijn dan verondersteld. Volstaan kon wor den met reparaties van de slechte en afgebroken onderdelen. Verwacht wordt, dat het koper van de koepel nog wel vijftig jaar mee kan. Dat spaar de voldoende geld uit om daarmee het vergulden te kunnen betalen. De andere onderdelen moesten wachten tot de resultaten van het in gestelde onderzoek bekend waren. Dat kon ook, omdat de steigers op die plekken veel langer zouden blijven staan. Duidelijk was wel, dat al het niet voorziene werk moest zijn uitgevoerd, voordat de steiger ter plaatse zou zakken. Een latere uitvoering is namelijk onbetaalbaar. De kosten van de steigeropbouw zijn immers zo hoog, dat later uitvoeren van werk veel te kostbaar wordt. De meevaller van de bouwkundige toestand van de koepel maakte dat al heel snel het hoogste punt kon worden bereikt en gevierd. De vergul ding van de top werd mede in verband met het daarvoor noodzakelijke goede weer naar voren getrokken met als gevolg, dat op 16 september 2011 dit feestelijk kon worden gevierd. De Bisschop, Mgr. Punt, en de Gedepu- WIM EGGENKAMP

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2014 | | pagina 155