moedelijk ging het in Haarlem om één a vijf gevallen per jaar in de vijf tiende eeuw.14' De 'rationalisering' van het strafproces: onderzoek en pijnlijk verhoor Onvrede met de hierboven geschetste manier van procederen in het oude geding manifesteerde zich in de Nederlanden het eerst in Vlaanderen.15' In dit gewest zien we een vroege en intensieve verstedelijking en talrijke stadsbesturen en de grafelijke overheid hadden een gezamenlijk belang in het terzijde schuiven van de uitwassen en misbruiken van de oude procedures. Bezwaarlijk werden gevonden de omslachtigheid en lange duur van het proces, de vele onredelijk geachte formalismen, het gemak waarmee aperte misdadigers ontkwamen die zich aan de regels wisten te houden of geluk hadden bij de proeven, de mogelijkheid van inhuren van eedhelpers, het frequente inroepen van goddelijke interventie wat door de kerk geleidelijk als blasfemisch werd beschouwd, en de geringe aandacht voor de materiële waarheidsvinding, dus het onvoldoende on derzoeken van de feitelijkheden van de misdaad, en tenslotte, doordat er altijd een klager noodzakelijk was, betekende dit dat een misdadiger met macht vrijuit ging als hij potentiële klagers kon intimideren. Dit alles re sulteerde al in de elfde en twaalfde eeuw in een praktisch verdwijnen van de godsoordelen - proeven en duels - uit de Vlaamse strafrechtspraktijk en een groeiend aantal zware misdrijven die door de baljuw en schout, uit naam of in opdracht van de landsheer, vervolgd mochten worden zonder dat er een particuliere klager voor nodig was. Met Vlaanderen als voorlo per volgde Brabant, en via de Brabantse stadsrechten kwam deze rationa lisering ook in Hollandse steden op gang.15' In het Haarlemse stadrecht van 1245 is ook al geen proef of duel meer te vinden, er is echter nog geen sprake van dat de schout ex officio, dus ambtshalve, misdadigers vervolgt. Er is nog wel een klager nodig. Maar er is meer verandering op til. In een tiental artikelen verliezen de ge zworenen, dus de schepenen de tamelijk passieve rol die ze in het oude proces speelden. Zij mogen zich nu een eigen oordeel vormen op grond van getuigenonderzoek en verklaringen van partijen, en vervolgens een boetstraf opleggen. Dit onderzoek lijkt veel op de uit Vlaanderen bekende 'scepenwaerheyt', dat wil zeggen dat gerechtelijk vooronderzoek in een aantal gevallen door de schepenen werd uitgevoerd. Ook in enkele andere artikelen komen testes, dus getuigen, voor die niet als eedhelpers funge ren maar als informanten omtrent de materiële waarheid.17' MAARTEN MÜLLER

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2014 | | pagina 43