BUITENLAND. I BINNENLAND. ve van den Groot- ts waarover reeds en. Mocht deze ver- op waarheid gegrond- zo a die verandering van het Russische rijk, wel ering in de Europeesche toe- eg kunnen brengen bij even- ke verwikkelingen vooral nu op de Oostersche kwestie, die 'estion bruiante is geworden, eizer Alexander toch heeft zich in ver schillende omstandigheden een vriend van Pruissen en van het Duitsche Keizerrijk betoond, niet zoo echter do Grootvorst, wiens sympathie niet zoo groot voor Pruissen is maar wien men veelmeer ge negenheid voor Frankrijk toeschreef. Dit alles berust echter nog op „menzegt" en, „men verneemt" maar zekerheid bestaat er nietofschoon dikwijls zulke geruchten voorboden zijn van gebeurtenissen die wor den voorbereid. Na het eindigen van den Carlistischen oorlog levert Spanje weinig belangrijks op. Nog heeft het wel te kampen met binnen- landsche verdeeldheden, nog geeft de op stand in Cuba der regeering veel te doen doch de groote belangstelling, de alge- meene opmerkzaamheid waarvan het in de laatste jaren het voorwerp was, zijn grootendeels verdwenenen ofschoon er nog zeer vele personen geïnteresseerd zijn met hetgeen daar gebeurt en velen reikhal zend uitzien naar een geregelden stand van zaken, kan men toch zeggen dat Spanje voor een oogenblik meer op den achtergrond getreden is. Don Alfonsonu alléén Ko ning van Spanje, heeft zijn zegevierenden intocht te Madrid gehouden en daarmede het einde van den oorlog bezegeld. Voor hoe lang echter? Hier over valt weinig te zeggen, alleen kan men dit anticipeeren dat de regeering nog voor veel moeilijk heden staat die niet zullen verminderen wanneer zij blijft vasthouden aan haar plan om de zoogenoemde fueros af te schaffen. De provinciën die zich tot dusverre in het genot daarvan zagen, zullen hunne ver meende rechten met hand en tand verde digen en dus misschien nog veel verwar ring en onlusten verwekken. De toestand van Turkije blijft nog even hachelijk. Zoo als wij in ons vorig over zicht reeds melden, hebben de pogingen der mogendheden om de opstandelingen in Herzogowina tot onderwerping te noopen schipbreuk geleden. De krijg duurt dus voort en meestal is de uitslag gunstig voor opstandelingen. In de laatse dagen werd de toestand nog verzwaard door dat men vrees koesterde dat vorst Milan van Servie, die zijne troepen met ijver en haast wapen de, zich in de zaak zou mengen en de opstandelingen ter hulpe zou komen. 't Is slechts mef, moeite aan Oostenrijk moge gelukken den vorst meer vreedzame verklaringen aftelokken, die hoofdzakelijk slechts met weerzin werden gedaan uit vrees voor Rusland, en toen ook nog slechts op voorwaarde dat Montenegro zich ook bedaard zou houden. Of vorst Milan echter zijne belofte wel zal nakomen blijft de vraag. Misschien zal hij in de pressie zijner onderdanen die ten volle met de opstande lingen simpathiseereneene welkomen ge legenheid vinden om zijne, door vrees afgeperste belofte in te trekken. Dit zijn echter niet de eenige zwarigheden waarvoor Turkije staat. Binnenlandsche onrusten, aanvallen van half wilderoofzuchtige grensbewonersgebrek aan geldzoodat en leger en ambtenaren sedert langen tijd reeds geen soldij ontvingen, zijn als zoo vele struikelblokken die den grooten Heer ten val kunnen brengen. Italië heeft wederom eene ministrieele crisis achter den rug. Volgens de laatste ^berichten is de heer Depretis, aan wien de zorg voor de zamenstelling van een nieuw ministerie was opgedragen in zijn taak ge slaagd en heeft hij de personen gevonden dTe de vacante zetels zullen innemen. Over het algemeen is dat nieuwe bewin uit vrij heterogeene bestand deelen zamengesteld, hoewel het conservatiene element de min derheid uitmaakt. Dat de liberale meerder heid niet gunstig gestemd zal zijn voor de katholieke kerk in Italië kan men gerus- telijk aannemen en reeds hoort men van nieuwe maatregelen sprekenwaar over wij voor als nog het stilzwijgen zullen be waren. De geleidelijke gang der zaken zal ons van zelf tot de nadere bespreking daar van brengen. Voor heden zullen wij ons over zicht hier mede sluiten, terwijl wij over verder nieuws onze lezers naar den rubriek Buitenland verwijzen. Engeland. Zaturdag had in Willes' Rooms te Londen het jaarlijksch banket plaats van de Institution of Civil Engineers. Aan dat banket namen o. a. deel Prins von Teek, de Minister Car- navon, de Nederlandsche |ezant, graaf van Bylandt, verschillende oud-Ministers en Par lementsleden en de Lord-mayor. De verschil lende toasten liepen allen over het ingenieurs vak. Vermelden wij slechts het volgende uit den toast van graaf Bylandtdie den dronk op de vreemde gasten beantwoordde en zeer werd toegejuicht. Hij zeide o. a. »Ik hoop dat wij binnenkort der wereld een nieuw bewijs zullen geven van onzen ondernemingsgeest waar het groote waterwerken betreft, en wel door de droogmaking van de Zuiderzee!" »Ik verwachthoewel ik het niet zeker weet dat het groote vraagstuk nog in deze zitting van de Kamers zal afgedaan wordeD envoor zoover ik met de bijzonderheden van dit groote plan bekend benwaarvan de kosten bijna 16 millioen pd. st. bedragen, zal het, een maal uitgevoerdaan mijn land een uitgestrekt heid van 750,000 hectaren goed bouwland toevoegen, terwijl het te verwachten is, dat dit groote werk binnen 16 jaar voltooid zal zijn." Zaturdag jl. heeft te Londen weder een groote diefstal van juweelen plaats gehad. Bij de firma Williams en Zoon in Harton-Garden is in gebroken en voor een waarde van 20,000 pd. st. ontvreemd. Onder de gestolen waarden behooren 200 karaat schoone brillantenverscheiden sieraden met juwelen en paarlen bezet, 250 ringen met edelgesteenten, een collier met 375 bril lanten en nog vele andere voorwerpen van waarde; naar men beweert zou de politie de dieven reeds op 't spoor zijn. Onlangs melde zich een bejaard man aan Windsor-Castle aan; hij was gekomen, zeide hijom Prinses Beatrice te trouwen voor zij naar Duitschland vertrok. De arme krankzinnige werd natuurlijk da delijk onder behoorlijke bewaking gesteld. Er worden buitengewoon groote toebereid selen gemaaktter ontvangst van Z. K. H. den Prins van Wales in de City bij zijn terugkeer uit Indië. De illuminatie van de stad zal bij zonder schitterend zijn. België. Naar men weet heeft onlangs een beambte aan de Banque de Belgique genoemde bank voor collessale bedragen bestolen en bedrogen doch werd in Engeland aangehouden op 't oogen blik dat hij voornemens was naar Amerika te vertrekken. In de gevangenis gebrachtheeft 't Kint de Rodenbecko van den procureur des Konings van België en aan den rechter van in structie volledige bekentenis afgelegd. Sedert die twee magistraats-personen te Brus sel zijn teruggekeerd hebben zij het gebouw van de Bangue de Belgique bijna niet ver laten. Een bewijs dat 't Kint werkelijk compromit terende bekentenissen heeft gedaan en dat niet alleen hij de schuldige is, vindt men in het rapport van den heer Fortomps, gouver neur van de Banque du Belgique aan de alge- meene vergadering. Onmiddelijk na het vertrek van 't Kint zijn nauwkeurige nasporingen gedaan om 't be drag van de door hem verduisterde gelden te weten te komen. Het bedrag van de ontvreemde gedeponeerde waarden kon 19 Maart op 15,300,000 frs. worden genaamd. Doch het misdrijf van 't Kint heeft zich niet bepaald tot het ontvreemden van gede poneerde waardenonder verschillende namen werden door hem rekeningen-courant geopend en daardoor lijdt de Bank een schade van iuet minder dan 6,500,000. Hiervan komt wel wat terecht uit de bezittingen en de goederen van den schuldige maar de bank lijdt er een verbazend verlies door, en heeft veel van haar vertrouwen ver loren. Binnen weinige dagen zal de uitlevering door Engeland geschieden en verwacht men 'tKint in België, als dan zullen natuurlijk nadere bijzonderheden aan het licht komen. Het Handelsblad van Antwerpen deelt het volgedde mede omtrent eene zeer geheimzin nige daaddie bij het parket te Brussel aan hangig is. Dezer dagen werden de geburen van een huis, gelegen in de Keulenschestraatonder Schaerbeek, in opschudding gebragt door het het lossen van twee schoten. Een persoon had zich daar van het leven trachten teberooven doch de toegebrachte wonden waren niet doo- delijk. 't Bleek te zijn de heer C., van Utrecht. Hij werd den volgenden dag naar hét St. Jans gasthuis vervoerd en de politie stelde een on derzoek in. Zijn echtgenoteonlangs te Schaerbeek aangekomenverhaalde dat haar mandie zich bezig houdt met het vervaardigen van onderzeesche telegraafkabelsverleden week naar Parijs was geweest, ten einde daar het bedrag te ontvangen van een levering van kabelszijnde een som van 250,000 gulden. Hij had in het Hotel de la Paix zijnschulde- denaar ontmoetdie hem de helft van het geld ter hand stelde, met de belofte hem weldra te Brussel, in het Hötel de l'Empereur, te komen bezoeken. De heer G. kwam in dit hotel aan en telegrafeerde aan zijn vrouw die te Utrecht woonde, om haar intrek te nemen ten huize van haar moeder die in de Keulenschestraat woonde. Mevrouw G. vond haar man in een ongewone toestandhij gaf voordat hij waarschijnlijk een te groote do sis chloral had ingenomen. Den volgenden dag verkeerde de heer C. in groote opgewondenheid. Hij verhaalde bij zijn aankomst aan het Noorderstation, een man te hebben ontmoetdie hem nog 125,000 schutdig was; dat die persoon hem die ge noemde som had overhandigddoch toen deze hem, na verscheiden rijtoertjes en een keurig diner, verlaten had, hij niet alleen de laatsten ƒ125,000 niet meer vond, maar ook de ƒ125000 miste, die hij te Parijs had ontvangen. Mevrouw G. troostte haar echtgenoot zoo goed zij kon en raadde hem aan zich ter rust te begeven, Toen schijnt de poging tot zelf moord beproefd te zijn. Dit verhaal van mevrouw G. wordt gedeel telijk bevestigd door den heer C.die in het gasthuis ondervraagd is. Geen volledige op heldering was echter te verkrijgen, daar de heer G. zich in hoogst bedenkelij ken toestand bevindt. Zaandam, 26 Maart. In de zitting der Kamer van Koophandel is medegedeeld dat de Rege ring, blijkens een schrijven van den Minister van Marinehad afgezien van het plan om een buskruidmagazijn te doen bouwen in de nabij heid van het Noordzeekanaal. Op de klachten der schipperij over de be diening van den stoomsleepdienst op het kanaal en de vaart tusschen Amsterdam en Zaandam, werd een Commissie benoemd om de feiten te onderzoeken en pogingen te doen om een verbetering in den thans bestaanden ongun- stigen toestand te brengen, daar handel en schipperij er groote nadeelen van ondervinden. Didam29 Maart. Een treffend ongeluk vond hier Dinsdag-avond plaats. Tegen elf uur toch kwam de nachtwacht den burgemeester waar schuwen, dat er een drenkeling lag in een sloot nabij de pastorie. Spoedig bleek deze te zijn de waardige leeraar der Hervormde ge meente, sedert 1835 predikant alhier. Niet lang geleden, bij de viering van zijn veertig jarig jubilé, op 9 Augustus, bleek hoe alge meen geacht en geliefd de waardige man was niet alleen bij de gemeente maar bij allen, die hem kenden. Meppel, 29 Maart. De vruchtboomen en heesters ontwikkelen een buitengewone groei kracht. De abrikozen en perziken wemelen van bloesemknoppen; in geen tijd zag men een zoo blijde toekomst tegen. Indien geen nachtvorsten de ontwikkeling belemmeren ziet men volop vruchten te gemoet. Ook de graslanden laten zich voorloopig gunstig aanzien; de bange vrees van tuiniers jen landlieden zal waars* inlijk niet bewaar- iheid worden en 'tvoo tar schijnt nu. reeds te willen goedmaken, v>d in de laatste we ken hopeloos scheen. t de jongedames vöffrueele van Voorburg, 29 Maart, Viruly en van Citters de watersnoodlijders eei: loterij ontworpen, die met zulk gewenscht gevolg wordt bekroond dat in weinig dagen reed! meer dan 700 loten zijn geplaatst. Ook het iizenden van prijzen ondervindt in diezelfde ma'e de belangstelling, zoodat reeds een keurige collectie is bijeen verzameld waaronder ook ran H. K. H. Prinses Marianne. 's Hertogenbosch, 28 M:4art. Het voornemen bestaat, een gedeelte vaat't garnizoen, een bataillon van het 5e rigen.ent infanterie, tij delijk te verplaatsen. De redenen, die daartoe leidenzouden zijn dat de kazernendie bijna allen in het laagst gedeelte der stad lig gen, ten gevolge van het water, dat °°k daarin was doorgedrongenveel reparatie noodig hebben en ook door de vochtigheid, welke dat water nalaat, ongezond zijn voor de soldaten. (Pr. Nbr. Cl) GEMENGD NIEUWS. Te Dordrecht werd door de commissie voor den watersnood eene collecte voor de noodlij denden gehouden. Al spoedig bleek het, dat zij niet de eenige wasdie zich met deze taak had belast, maar dat ook zekere P. J- E- zich op weg begeven en zich aan onderscheidene woningen als collectant voor den watersnood voorgesteld had; daar, waar hij dit minder veilig achtte, werd door hem eene inteeken- lijst gepresenteerd op een werkje, getiteld: «Een handvol dichtbloemen" enz., welk werkje ten behoeve der noodlijdenden zou worden i uitgegeven en waarmede genoemde E. door een boekhandelaar te Dordrecht belast was te colporteeren. Dat van de bedriegelijke hande lingen van E. menigeen de dupe werd, laat zich begrijpen, te meer, omdat E. zijn niter- lijk voorkomen geheel in overeenstemming had gebracht met de taakdie hij zich had opge legd, en op de meest eenvoudige manier zich aanmelde, een geldzakje voorhoudende en roepende: „Collecte voor den watersnood zoodat een ieder dacht met de werkehj re col lecte te doen te hebben. Hij is door de po ilie gearresteerd en naar het huis van arrest over- gebragt. - Vrijdag-namiddag had een persoon, die bij den restaurateur van de station van den Rijn spoorweg te Rotterdam eene boodschap had verrichtde onvoorzichtigheid over het voor het publiek verboden terrein van den spoorweg te loopen om zijnen weg te bekorten. Nabij het Boerengat, waar men bezig was met het rangeeren van treinen, kwam hij njet een c'er treden van een achteruitrijdenden trein in aanraking, waardoor hij viel en de trein hem over beide voeten ging, zoodat deze verbrijzeld werden. Hij is spoedig aan de bekomen won den overleden. Den 19 April. 1875 vertrok uit Gravesend naar Nieuw-Zeeland het ijzeren klipperschip Stralhmore, waarvan men na dipn tijd niets meer vernomen heeft. Eindelijk is men iets naders er van te weten gekomen. Den lsten Juli; strandde het schip op eene rots, in de nabijheid der Crozet-eilanden, welke groep tusschen het Kaapland en het Kerguelen-eiland ligt. Bij de pogingen om met booten de rots te bereiken kwamen van de 88 opvarenden 44 om het leven, waaronder de kapitein- Van de overblij venden waren er eenigen, die ge noodzaakt waren, terwijl de anderen reeds aan land waren, een dag en een nacht hon ger en koude lijdende, op het dek van het schip te blijven, dat ieder oogenblik dreigde te zinken. Eindelijk kwamen ook deze nog bijtijds, vóór het zinken van het schipbehou den aan wal. Maar den derden nacht werden de booten losgeslagen en gingen verloren. De rots, juister nog het kleine rotsachtige eiland was onbewoond. Zij hebben daar tot de 2lsten Janurij 1876 moeten vertoeven. Van het schip was niet meer gered dan een paar vaatjes buskruid, een flesch wijn, eenige flesschen rum en brandewijn en eenige lekkernijen. Zij moesten leven van het vleesch en de eijeren van de zeevogels, pinguins, albatrossen enz., die gelukkig in vrij grooten getale aanwezig warenvan visch en eene soort van wortelen en vonden gelukkig 'drinkbaar water, maai leden ontzaggelijk veel van de koude. Zij slie pen de eerste nachten op de naakte rots,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1876 | | pagina 2