NIEUW M 7. Zondag 14 Mei 1876. I9 Jaargang. Voor KATHOLIEKEN van HAARLEM en OMSTREKEN. Uitgever W. KÜPPERS. BUREAU: St. Jansstraat—Haarlem. Dit blad verschijnt Zaterdagavond. OFFICIEEL NIEUWS. Aan het Politie Bureau Alhier is gedeponeerd: IS AFSCHAFFING VAN DIENSTVERVANGING GEWENSCHT? Du choc des opinions jaillit la vérité. Instellingenwelke bij andere legers voortreffelijk blijken te zijn, ook bij ons in te voeren, is zeer goed, doch op eene conditie; „zij moeten in onze omstandig heden doelmatig zijnm. a. w. onze toestand moet ze niet alleen gedoogen, maar de veran deringen moeten rëeele voordeelen opleveren; deze laatsten moeten ruimschoots tegen de nadeelen opwegenalles heeft natuurlijk zijn pro en contra. Als gevolg dezer redenee ring vragen wij„is afschaffing van dienst- vervanging gewenscht met het oog op onze instellingen Ter overweging diene het volgende De voordeelen, n. o. m. die ooit uit de bo ven bedoelde instelling zouden kunnen voort spruiten zijn de volgende 1. Gelijkheid voor alle standen in het dra gen van den dienstlast. (Wij gebruiken dit woord duidelijkheidshalve.) 2. De aanwezigheid van beschaafder en ont wikkelder personen zou een heilzamen invloed op de overigen uitoefenen. 3. De soldatenstand zou er door in ach ting kunnen rijzen. 4. De uit gewoonte zoo zeer geminachte plaatsvervangers verdwijnen. 5. Het vrijwillig engageeren voor den dienst hier te lande of de koloniën kan er door bevorderd worden of wel, wanneer dit bij na niet plaats heeft, de schutterij kan eenige geoefenden meer erlangen. Gaan wij er nu toe over ieder der pun ten op zich zelf te beschouwen. Pu,nt 1. Van verschillende zijden hebben wij dit argument hooren aanvoeren; dat ieder den last van persoonlijken dienst zal moeten dragen is een fait accompli, een axiomadoch dat alle standen dien last in gelijke mate zullen gevoelen, betwijfelen wij zeer. Iedereen kent de alles beheer- schende macht van het geld; kunnen de gefortuneerden zich niet geheel van den dienst vrijwarenvoorzeker zullen zij in de gele genheid gesteld worden, zich beter te voe den, beter te kleeden, van de onreine corveën vrij te koopen etc. etcalles natuurlijk voor eigen kosten. (In Pruissen is dit ook wel zoo, doch de overige instellingen zijn van geheel anderen aardzoodat het daar geen bezwaar geeft.) De zooeven genoemde voor rechten zijn niet te vermijden, wil men ten minste vrede met den meer gegoeden stand houden. Doch welke zijn de gevolgen Nu moge de milicien zeggen, de rijke behoeft niet te dienendoch daarmede uit, en meest tijds denkt hij er niet omwant die klacht hoort men gewoonlijk uiten van hendie nog burger zijn. Is bedoelde afschaffing inge voerd, dan verandert de klacht van burgers in wangunst onder de militairen zelf, dan zegt de gewone soldaat: de rijken hebben in alles voor, zoo kan men gemakkelijk dienen etc, etc; en deze oneensgezindheid is veel verderfelijker voor het leger (want kameraad schap is in zekere mate een vereischte onder militairen) dan de klacht van enkelen niet militairen. De redeneering van punt 1 is o. i. sophistisch en geeft meer na- dan voor deelen. Punt 2. De bemerkbare invloed van be schaafder personen betwijfelen wij zeer. Ter beoordeeling overwege men slechts deze 3 vragen. 1. Wanneer zij afzonderlijk gelogeerd zijnkomen zij dan genoegzaam in contact met de overigen en zoo niet2 zullen zij het gezelschap der minder ge- manierden niet zooveel mogelijk vermijden, zelfs ontvliedendaar zij (kleiner in getal zijnde dan de overigen) de dupe der pla gerijen van die anderen zullen wezenetc 3. Zullen zij niet veel gebruik maken van den 9 maandelijkschen dienst en alzoo nog minder tijd in aanraking zijn met de ove rigen Naar ons oordeel zal de uitwerking plus minus nihil zijn. Men ga tegenwoordig slechts het leven van H H onderwijzers en heeren kantoorklerken na, als zij milicien zijn; vraag hun eens af, welken invloed zij uitgeoefend hebben en hoe hun het le ventje onder de anderen beviel. Ontwikkelder personen zullen op de indi- viduën nietsop het geheel misschien wat goeds uitoefenen; velen zullen echter den dienst als noodzakelijk kwaad beschouwen en dien ten naaste bij verwaarloozen om hun eigene studie voort te zetten, of wel dien tijd bezigen om in een fijn uniform een beetje te spazzieren. Tot staving zouden wij wel wat uit onzen tegenwoordigen dienst kunnen aanhalendoch vermijden dit. Ook vragen wij zullen korporaals en onderoffi cieren niet dikwijls de dupe van de ge leerdheid (der bedoelde personen) worden Zullen sommige officieren niet door hen be- of veroordeeld worden in het bijzijn der overigen van de Compagnie, en wat zijn de gevolgen daarvan? En eindelijk eene derde Categorie: de bepaald gefortuneerdenwat zal hun tegen woordigheid uitwerken, als zij in de ka zerne logeeren? Worden er nu ook reeds door middel van een klein cadeau aan een' meerdere (of liever gezegd aan diens echt- genoote) gunsten boven anderen erlangd? Wij zullen dit niet beantwoorden maar laten het aan ieders verbeeldingskracht over, er bij voegende, dat het natuurlijk gevolg daarvan isdat de overigen (minder gegoeden) ontevreden wordenmorren etc. etc. En als men eens groote cadeaux kan krijgen? De uitwerking van dergelijke zaken op de discipline is zonneklaar, een ieder kan het zich voorstellen. En résumé gelooven wijdat zoo punt 2. al wat voor deel mag geven, de nadeelen ontzaggelijk groot kunnen zijn en te meerwat geeft het, de soldaat behoeft geensints geleerd en door en door beschaafd te wezen, hij moet slechts gewillig en gehoorzaam zijn als mede een' behoorlijke dosis gezond verstand (dit vindt menof ontbreekt in alle klassen van personen) en een krachtig lichaam be zitten. Punt 3. Dit is in zoover waar, dat men niet meer over iemand sprekendemet eene soort van minachting zal zeggen: „hij is soldaat"; doch hier tegenover staat, dat door de eventueele voorrechten en behan deling der gegoedende anderen nog meer tegenzin in den dienst krijgen; want zij dienen gelijk met anderen, voor een zelf de zaakverdienen hetzelfde, presteeren den lande dezelfde, misschien nog meer, diensten en zijn bij dat alles geen pares inter pares. Punt 4. Wij hebben het aangehaald doch het beteekent niets. Dank zij der door de regeering genomen maatregelen zijn de plaatsvervangers gewoonlijk tegen woordig even geschikt als de overigen soms zijn zij zelf te verkiezen door vroe- geren dienst etc. Wij zouden hier meer over kunnen zeggendoch eindigen kortheids halve verzekerende dat men de beweering als zouden de plaatsvervangers grooten- deels deugnieten zijn tegenwoordig wel op zijde mag en moet zetten. Punt 5. Dit zal de ondervinding geheel moeten leerende schijn is er voordoch schijn bedriegt wel eens. Van al de ge- genoemde punten houdt alleen punt 5 eenige waardedusde voordeelen der overige punten zijn om zoo te zeggen tot nul gereduceerd en de nadeelen, welke er tegenover kunnen staanzijn o. i. be langrijk door hunne uitwerking op de disciplinekameraadschapetc.want dis cipline en subordinatie zijn de ziel van de militairen dienst. Ten slotte vragen wij 1. Zouden de kazernen dan niet meer verbeterd of wel uitgebreid moeten wor den, dan men nu van plan is. Het laat ste, als men ze afzonderlijk logeert. 2. Hoe moeten ze gehuisvest worden onder de anderen, Compagnie's of ba- teljon's ge wij ze Het eerste heeft veel tegen, en het laatste zou den dienst van (het dikwijls weinige) kader nog vermeerderen. 3. Is 't gewenschtna bovenstaande over weging, het zoovele personen boven dien nog lastig te makendoor ze de vrijheid tot dienstvervanging te ont nemen Hiermede eindigen wijerrare humanum est, hebben wij verkeerd geoordeeld, het zal ons aangenaam zijn anderer wensch vervuld te zien, wij schreven slechts met het oog op boven aangehaalde spreuk. WEKELIJKSCH OVERZICHT. ,,'t Daget in het Oosten" zouden wij wel willen zingen, maar helaas nog weinig voor uitzichten zijn er om te mogen vermoeden dat het daar spoedig zal dagen. Nog steeds is de horizont met onweer voorspellende wolken bedekt en al zijn er ook die ge looven dat deze voorbij zullen trekken, anderen weer zijn er die meenen dat zij zullen losbarsten en alles in vuur en vlam zullen zetten. Bij al haar verwikkelingen is de Turksche regeering op nieuw in een zeer hachelijke positie gekomendie bij de bestaande grieven tegen Turkijeop nieuw de gemoederen in gisting brengt. Het feit is als volgt. In Salonichi een der grootste en meest handeldrijvende steden van Turkije is oneenigheid ontstaan tusschen Christenen en Turken. Een oproer was daar spoedig het gevolg van en bij deze gelegenheid werden de consuls van Duitschland en Frankrijk door de Turken vermoord. De gezanten van beide mogendheden hebben zich onmiddelijk tot de Porte gewend en eischen een streng onderzoek en bestraffing. De Porte heeft onmiddelijk haar leedwezen betuigd over het voorgevallene en een bui tengewone gevolmachtigde naar Salonichi gezonden om de zaak te onderzoeken, de schuldigen op te sporen en te straffen. De meeste mogendheden hebben schepen naar de wateren van Salonichi gezonden om bij verdere gebeurtelijkheden aan hunne onderdanendie daar verblijf houden, hulp te kunnen verschaffen, 't Is te begrijpen dar deze gebeurtenis op nieuw kwaad bloed heeft gezet en het bewijs levert dat de Turksche regeering niet bij machte is om dergelijke uitbarstingen van het gepeupel tegen te gaan en moeilijkheden met de buitenlandsche mogendheden te vermijden. Van dit feit zal wel niet op zich zelf een casus belli worden gemaakt, maar kan in vloed uitoefenen op den loop der zaken. Alsof dit alles nog niet genoeg ware, komt een spiksplinter nieuw incident de verlegenheid den Turksche regeering ten toppunt voeren. Volgens een telegram van de Times was in Bulgarije een opstand uitgebroken. De laatste berichten melden dat die opstand een dreigend aanzien be gint te krijgen en der Regeering groote onrust baart, zij zendt dan ook alle be schikbare macht derwaarts. De opstand is uitgebroken te Ottikeni een dorp in de nabijheid van Tatar Bazardjik gelegen, HAAR1MSLH WEEKBLAD. ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Haarlem75 Cents. Buiten Haarlem franco per post85 Afzonderlijke Nommers6 PRIJS DER ADVERTENTIEN: Van 16 regels30 Cents. Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 cents per advertentie a Contant. Advertentiën worden uiterlijk Zaterdag vóór 12 uur 's middags ingewacht. -A.gite ma non agitate. Een gouden oorbel. Een dito dito met bloedkoraal. Een dito kinderbei met dito. Eene portemonnaie met geld. Een blauw kruisje met goud ingelegd. Een blauw buskingvest. Een R. C. Kerkboek. Een paar witte kousen. Een witte zakdoek. Een dito gemerkt. Twee dito waarvan een gemerkt. Twee kussensloopen Een dito waarin een Akdoek. Een paar kinderhandschoenen. Een blauw met wit wollen halsdoekje. Een damesportret. Een kousenband met stalen sluiting. Een eind van een grijze wollen kous met 4 breipennen. Een enveloppe waarin 15 vreemde postzegels. Een hangslot. Twee tabaksdoozen. Een rijtuigsleutel. Een onderstel van een poppenwagen. Een ring met twee sleutels, en zeven losse sleutels. Alles op straat gevonden. Voorts te bevragen Een hazewindhond, en Eene portemonnaie met geld. i

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1876 | | pagina 1