N I E UW M 15. Zondag 9 Juli 1876. 1 Jaargang. Voor KATHOLIEKEN van HAARLEM en OMSTREKEN. Uitgever W. KÜPPEES. BTTBEAU: St. Jansstraat Haarlem. Dit blad verschgnt Zaterdagavond. BERICHT. De opstand in de Herzogewina, die aanleiding heeft gegeven tot den tegen- woordigen oorlog met Turkije, vond zijn grootste oorzaak in het slechte en dwingelachtig bestuur der Pachas. Conrad van Bolanden, de beroemde Duitsche schrijver, heeft over dat Pa cha bestuur in de christenvasalstaten, eeu vertelling geschreven, waarvan wij in eenige achtereenvolgende nommers van ons blad, eene vertaling zullen geven, vertrouwende onze lezers een dienst te doen, wanneer zij in den vorm eener vertelling, nader bekend worden gemaakt met het Turksche regeerings-systeem. Afzonderlijk uitge geven, zou deze vertelling zeker even veel kosten als de abonnementsprijs van een kwartaal dezer courant. De lezers ontvangen deze dus nu gratis. Tevens maakt de uitgever bekend dat: hij tien Exemplaren disponibel heeft gesteld van èén werk getiteld „Een zomer in Borjios, van den beroemden Spaanschen schrijver Fernan Cabal- lero. Deze tien Exemplaren van dit werk, dat anders f 1.20 kost zullen bij verloting aan tien geabbonneerden kosteloos worden verstrekt. Bij loting zullen de namen der winners in dit blad nader bekend worden gemaakt. OFFICIEEL NIEUWS. Aan het Politie Bureau Alhier is gedeponeerd. TOESTAND VAN HET TURKSCHE RIJK IN EUROPA. De gebeurtenissen in het Oosten geven tegenwoordig eene bepaalde belangrijkheid aan alles wat ons met den toestand der be trok ken landen in nadere kennis kan bren gen, vooral wat betreft de onderlinge ver- hou dingde zedelijke en staatkundige be trekking en alles wat onmiddelijk in vloed op den stand der zaken kan inwerken, wij meenen dus wel te doen met het vol gende onder de oogen onzer lezer te bren gen. De jongste gebeurtenissen in Constanti- nopel overtreffen alles wat in de laatste tijden is voorgevallen dermate, dat zij uitsluitend de aandacht van Europa tot zich trekken. Het kon niet uitblijven dat eene daadzaakdie voltrokken werd op het oogenblik waarin iedereen met spanning de ontwikkeling der feiten op het Balkan schiereiland gadesloeg al dadelijk de vraag deed ontstaan, welken invloed zij op deze ontwikkeling zou uitoefenen; en inderdaad het onderzoek dezer vraag houdt bij.voor- keur het publiek, de pers en hoogstwaar schijnlijk ook de kabinetten bezig. Het is intusschen nog niet zeker of de invoed dezer gebeurteniszoo omvangrijk is als men het wel van vele zijden wil be weren. Zij kan niet van beslissenden aard zijn op vrede of krijg in het niet-Turksche Europa en zelfs niet op de houding der andere regeeringen tegenover de regeering in Constantinopel. Onverschillig of de Sul tan Abd-ul-Aziz dan wel Mahomed heet: het komt betrekkelijk weinig op den per soon aan, die aan den Bosphorus bevel voert; want men heeft niet af te rekenen met hem die op den troon van Osman zit maar met het Turksche volk. De Turken echter blijven Turken, zooals zij het zijn door hun godsdiensthunne geschiedenis en hun volkskarakter. Het verschil tnsschen Islamisme en Christendom blijft onder Mu- rad hetzelfde als onder Abd-ul-Aziz en alle vroegere sultans. Voor dit verschil nu moet gestreden worden; het geeft aan het oproer der Christenvolken zijne ware beteekenis, die niet alleen eene politieke maar ook eene godsdienstige is; en dit verschil zal over de toekomst van het Turksche Rijk beslissen. Het zal niet veel beduiden of de nieuwe Sultan eenige beloften minder of meer doet. Hoe ook zijne persoonlijke zienswijze zijn moge, hij kan niet op zijne Christen-onderdanen, maar moet op zijne Turken steunen en van deze kan hij nooit vrienden der Christenen maken. Als hij aan de tien millioen Chistenen in Europeesch- Turkije dezelfde rechten wilde toestaan, die hij aan zijne twee millioen Turken in dat land schenktdan zoude het Turksche Rijk spoedig vernietigd zijn; en derhalve kan een Sultan die Sultan wil blijvenden Christenen geene gerechtigheid laten we dervaren. Deze betrekking tusschen Christenen en Turken op het Balkan-schiereiland, wordt dus door de plaats gehad hebbende troons- verwisseling weinig veranderd, en even zoo min kan zij invloed hebben op de hou ding der andere mogendheden tegenover de Verheven Porte. Immers deze mogendheden hebben hunne verhouding tot de Oostersche kwestie niet gekozen in zoover dit gedrag der Turksche regeering ten aanzien harer Christen onderdanen gold, maar zij hebben alleen hare eigene politieke belangen ge raadpleegd. Rusland zal zijne sedert meer dan een eeuw gekoesterde plannen niet laten varenomdat een nieuwe Sultan met eenige „liberale" firmans optreedt. Wat de Czaars in het Zuiden najagen, is niet de eerzuchtige gedachte van een' enkelen auto- kraat, maar het naar een bestemd doel gericht volksbewustzijn, dat iederenCzaar (zooals iederen Sultan) dwingt Constan tinopel te heroveren voor de „orthodoxe Kerk"is volgens de overtuiging van ieder Oosterschen Christen de plicht van Rusland en Keizer Alexander II weet, zooals zijne voorgangers het wistenen zooals zijne opvolgers het zullen wetendat deze plicht op den Rnssischen alleenheerscher rust. Voor een politiek die voor den Krimoor- log tegen half Europa niet terugdeinsde, heeft eene troonverwisseling in Constanti nopel niet meer beteekenis dan eene voor bijvliegende schaduw. Oostenrijk onder zijne tegenwoordige leiding, tracht de heer schappij der Turken over de Slavische volk stammen aan gene zijde ran den Donau te ondersteunen, om de macht en den in vloed der vrije Slavische Staten van zijn eigen gebied verwijderd te houden. Zal het aan deze politiek een mindere wending gevenomdat een sultan is afgezet en het land der levenden verlaten heeft en een ander op den troon is verheven? En zal prins Bismarck de inzichten die hij heeft bij de behandeling der Oostersche kwestieof Engeland zijne rivaliteit tegen Rusland of Frankrijk zijne voorzichtig af wachtende politiek laten varen, omdat het eene party in Constantinopel behaagd heeft zich een nieuwen heerscher te geven? De afzonderlijke belangen dezer Staten, die sedert langen tijd niet meer weten wat het zeggen wil een algemeen christelijk belang te dienen, vragen niet naar dezen of genen Sultan, niet naar zoogenaamde hervormingen, niet naar de verlossing van Christenvolken uit een heidensch juk, het zijn alleen de belangen der zelfzucht; en deze zouden dezelfde zijn al besteeg ook een engel den troon aan den Bosphorus. En welk is nu het karakter van den opstand? Vele bladen wijzen, en dit met zekeren nadruk op het revolutionnaire ka rakter van den opstand. Zekerdie opstand is revolutionair even als eiken opstand tegen een wettig bestuur zulks is, even goed als onze opstand tegen Spanje in de 16e en 17e eeuw een bij uitstek revolutionnair ka rakter droeg. Maar wanneer ergens redenen zijn om verontschuldigingen te vinden voor een revolutie, dan kan men die aanwijzen voor Herzegowina en Bosnië. Wij beoogen hiermede geen vergoelijking en schoonwas- sching van den opstand, deze blijft altijd af te keuren. Zelfs wanneer een Nero of Diocletiaan den staat regeert en de chris tenen onderdrukt, mogen deze zich niet verzetten tegen den Staatzij mogen alleen dan ongehoorzaam zijn wanneer de Staat of de heerscher van den individueelen mensch iets kwaads zou vergen of eischen, maar wij wenschen deze opmerking te doenom dat het woord „revolutie" aan de Herze gowina wordt gegeven soms door hen die hij andere gelegenheden en onder an dere tijdeneene revolutie goedkeuren en verheerlijken. Wij blijven elke revolutie afkeuren, 1<> omdat zij strijdt tegen het gebod van gehoorzaamheid aan de gestelde machten; on 2° omdat de revolutie zelden iets goeds voortbrengt en haar eigen kin deren verslindt. WEKELIJKSCH OVERZICHT. De teerling is geworpen, de oorlog tus schen Servie, Montenegro en Turkije is uitgebarsten en reeds hebben de eerste ge vechten plaats gehad. Ofschoon de toebe reidselen en het streven van Servie dit reeds gedurende eenige weken had doen vooruitzienhoopte men nog steeds dat het de mogendheden zou gelukt zijn het ge vaar af te wenden door Servie tot gema tigdheid of Turkije tot toegevendheid aan te sporen. Die laatste geringe hoop vervloog echter weldra in rookhet zwaard is uit de scheede en misschien zullen nog stroomen bloeds vloeien eer het weder opgestoken zal worden. Op de oorlogsverklaring van Servie, volgde ook spoedig die van Montenegro en daarmede is dan ook eindelijk de onzeker heid verdwenen, die men nog altijd om den laatsten vasalstaat koesterde. Lang wist de vorst van Montenegro zijn eigentlyke plannen te verbergen en de vraag of tus schen hem en vorst Milan van Servie een verbond was geslotenwerd menigmaal ge daan doch niet opgelost. De oplossing zien wij nu. Over de eerste krijgsbedrijven valt nog zeer weinig mede te deelen. De eerste berichten luiddendat de Serven belangrijke positiën hadden ingenomen en eenige over winningen behaaldspoedig echter meldden officieele telegrammen uit Constantinopel, dat in de verschillende gevechten die er geleverd waren, de Turken de overhand hadden gehoudendus reeds dadelijk weer tegenstrijdige berichten, 'tls steeds moeielijk om onder die talrijke oorlogsberichtenhet ware te onderscheiden van de fictie; men zal dus wel doen, door die berichten aan te nemen voor hetgeen zij zijnzonder dade lijk te veel gewicht er aan te hechten. Iets anders is het te onderzoeken, welke de onderlinge machtsverhouding der oorlogvoe rende partijen is, ten einde daaruit eenig- sints den vermoedelijken uitslag te kunnen bepalen. Wij meenen te mogen gelooven dat de sterkteopgaven van het Servisch leger, dat op 100.000 man werd geschat, overdreven isvooral wanneer men in aan merking neemt, dat de geheele bevolking niet veel meer dan een millioen bedraagt. Men schat het dan nu ook, wat het geoefende en goed gewapende leger aanbetreft, op 40.000 man. Hierbij komen nog de Monte- negrijnen, die van Bosnië en de Herzoge wina, hetgeen een niet onaardig legertje geeft. Het schijnt echter niet bestand te zullen zijn tegen het Turksche leger, dat niet alleen veel grooter ismaar bovendien uitmuntend gewapend schijnt te zijnzoodat de kans voor de vasalstaten niet zeer gun stig is. Om deze reden heeft men er zich dan ook over verwonderd, dat Servie het HM Hl. LH Slïl HEEKllllll. ABONNEMENTSPBIJS Per 3 maanden voor Haarlem75 Cents. Buiten Haarlem franco per post....85 Afzonderlijke Nommers6 PBIJS DEB ADVEBTENTIEN: Van 16 regels..,30 Cents Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 cents per advertentie a Contant. Advertentiën worden uiterlijk Zaterdag vóór 12 uur 's middags ingewacht. Agite ma non agitate. Twee gouden oorbellen. Een armbandje van een snoer blaauwe koralen met gouden sluiting. Een zilveren naaldenkoker. Een speld waarop een zilveren leeuwtje. Een koperen horlogieketting Een zwart beenen oorbel. Eene portemonnaie met eenig geld. Een schoot van een japon Een vrouwenhoed. Een hooge manshoed. Een zwart strookinderhoedje. Een wit dito, dito. Een zwart katoenen parapluie. Een paar zwarte handschoenen. Een paar witte dito, dito. Een glacé handschoen. Een stuk van een japon Twee duimstokken. Een witte zakdoek. Een wit boezelaar, Een papieren zakje met eenig geld, Een paar manchetten met knoopen, en Twee losse sleutels. Alles op straat gevonden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1876 | | pagina 1