NIEUW M 5. Zondag 4 Februari 1877. V Jaargang* Voor KATHOLIEKEN van HAARLEM en OMSTREKEN. Uitgever W. KÜPPERS. BUREAU: St. Jansstraat Haarlem. Dit blad verschijnt Zaterdagavond. Aan het Politie Bureau alhier is gedeponeerd. VOOR HET GOUDEN FEEST VAN Z. H. PIUS IX. Bedrag der vorige opgave20, Van N. N—,50 Totaal 20,50 RECHT VOOR ALLEN EN HET ONTWERP VAN WET OP HET LAGER ONDERWIJS. IV. In ons vorig artikel brachten wij twee grieven tegen dit Wetsontwerp in: le dat de Openbare school geen voldoend, bruik baar, waarachtig neutraal onderwijs geeft, zoo als art. 194 der Grondwet voorschrijft, maar integendeel 2e een moderne secte- school is. Wij voegen daarbij heden een drietal andere bedenkingen. III. Vooreerst: Dit Ontwerp handhaaft de suprematie der Openbare school en de achterstelling van hel Bijzonder onderwijs. Waar de Grondwet zegt in art. 194, dat de Regeering moet zorgen, dat overal van overheidswege voldoend openbaar lager on derwijs gegeven wordewil zij daar zeggen, dat de Regeering met het Bijzonder onder wijs niets te maken heeft? Sluit die zorg voor de Openbare school alle zorg voor de Bijzondere uit? In geene deele. En zoowel de Wet van 1857 als dit Ontwerp bevatten dan ook bepalingen betreffende toezicht, bekwaamheid en zedelijkheid, die doen zien dat de Wetgever begrijpt, dat de zorg der Regeering zich ook tot het Bijzonder onderwijs moet uitstrekken bepalingen overigens, wij vestigen daarop de aandacht, die niet ten bate, maar ten laste van het Bijzonder onderwijs zijn. Dat de zorg der Regeering zich tot op zekere hoogte ook tot het Bijzonder onderwijs uit- strekke, moet overigens het doel zijn dat de Grondwet beoogt. Want waarom wil zij onderwijs, dan opdat de kinderen zouden leeren wat zij behoeven, om eenmaal nut tige leden in staat en maatschappij te wor den. Maar daar volgt dan van zelf uitdat de zorg der Regeering zich niet tot het Openbaar onderwijs alleen te bepalen heeft. Wil de Grondwet goed onderwijsdan moet r/'ij het voor allen willenen niet de Open bare school alleen, maar elk degelijk on derwijs moet zich in de vaderlijke zorg der Regeering mogen verheugen. De Grond wet huldigt overigens de gelijkheid van alle burgers voor de wet, zonder aanzien van partij of godsdienstige richtingen het is de plicht der Regeering, dat gelijk recht van allen te verdedigen zonder daarvan noch ter rechter- noch ter linkerzijde af te wijkenmaar moet dan dat gelijk recht van allen ook in de zaak van het onder wijs niet gehandhaafd worden Ligt in dat beginsel de gelijke zorg voor Openbaar en Bijzonder onderwijs niet opgesloten? „Waar de Grondwetgever wij zeggen het „met de N.-Goessche Courant uitdrukke lijk erkenden uitgaat van het standpunt, „dat er twee richtingen zijn op het gebied „van onderwijs en dat deze gelijke rechten „hebben, daar vragen wij in gemoede: of „het aangaat om van overheidswege slechts „voor een dier richtingen zorg te dragen: „of heeft het vaderland slechts belang bij „het goed onderwijs van een bepaald ge deelte zijner kinderen? Komt het onder- „wijs voor het andere deel der kinderen er „niet op aan Volgens de beginselen van het recht en van de Grondwet moet do Bijzondere school naast de Openbare staan, beide hebben gelijke rechten, gelijke aan spraken op de zorg der Regeering. On grondwettig is het van de Openbare school eene Staatsschool bij uitsluiting te maken, het Openbaar onderwijs tot een Staatsmo nopolie te verheffen. Ongrondwettig zou het zelfs naar onze meening zijnwat de Amsterdamsche Courant onzerzijds zou willen erkend zien. „Dat het openbaar „onderwijs de grondslag moet zijn, dat „het is als een andere broeder, als een „majoraatsheer in eene familie, die buiten „het majoraat ook nog een kapitaal bezit, „hetwelk aan de jongeren ten goede kan „komen." Geen Staatsschool of Staatsmono polie, zelfs geen majoraatsrechten in het onderwijs zijn naar onze opvatting met de Grondwet bestaanbaar; gelijk recht voor allen, gelijke zorg der Regeering voor al len ziedaar wat de Grondwet wil. Plaatst de Regeering zich nu bij deze wet op dat standpunt? In schijn: Ja, in werkelijkheid: Neen. Volgens de Memorie van Toelichting moet het Bijzonder on derwijs beschouwd worden „niet als tegen stander, maar als bondgenoot in de be strijding van onkunde en onbeschaafdheid. Verder wordt gezegd, dat er moet worden „perk gesteld aan de min waardige pogin gen, waarvan men voorbeelden vindt, „om het Bijzonder onderwijs te bemoeie- lijken.u Op een andere plaats staat„Daar waar de Bijzondere school bloeit en voor „het geven van goed onderwijs voldoet, „worde zelfs geen vermomde of zijdeling- „sche dwang uitgeoefend om de leerlingen „naar de Openbare school te trekken, die „hun ouders niet wenschen te gebruiken." En eindelijk wordt van het Bijzonder on derwijs gezegd: „Het zal volkomen gelijk staan met het Openbare," altoos met eene kleine reserve, waarop wij aanstonds te rugkomen. Schoone woorden voorwaar maar waaraan wij weinig hebbenen waarvan wij niet wetenof zij moeten dienen om de voorstanders van het Bij zon der onderwijs wat zand in de oogen te gooienof dat de Regeering ze neerschreef in een oogenblik dat zij gevoelde, dat het volgens recht en Grondwet inderdaad zoo zijn moest. Intusschen wordt elders al dat schoons weersproken en te niet gedaan. In 1 der Memorie van Toelichting staat: „De rechtstreeksche zorg der overheid mag „en kan zich niet verder uitstrekken dan „tot de Openbare school, die een voorwerp „van staatszorg is." Dat is zoo apodictisch mogelijk: geen schijn van bewijs wordt voor deze bewering bijgebracht, die overi gens naar onze opvatting en volgens het geen wij boven zeiden, geheel in strijd is met het gelijk recht voor allen en met de Grondwet. Maar als de zorg der overheid zich niet verder lean en mag uitstrekken dan tot de Openbare school, hoe komt de Regeering er dan toe om voor het Bijzonder onderwijs bepalingen te maken aangaande „toezicht, bekwaamheid en zedelijkheid Is dat ook geen zorg hebben Verder heet het van het Bijzonder onderwijs: „Wierd „dat onderwijs tot voorwerp van staatszorg „gemaakt, het zou daardoor waarschijnlijk „niet aan levenskracht winnen. Bescherming „van en nauwe vereeniging met den Staat „drukt bijzondere instellingen, zoowel die „winst beoogen, als die waarvan het doel „liefdadig isdood. Leunende op de open bare kas en het openbaar gezag verliezen „zij veerkracht en initiatief." Dat staat er alweer als eene onbetwistbare waarheid neergeschrevenop bewijzen komt het niet op aan. Intusschen zien wij er uitdat de Regeering op stelligen toon aan het Bijzonder onderwijs harerzijds alle zorg onttrekt: Voor de Openbare school alles, voor de Bijzondere niets. Is dat gelijkheid Staat nu, zooals de minister zegt, de Bij zondere school volkomen gelijk met de Openbare Of is dat niet veeleer de Supre matie der Openbare school Is dat niet het Openbaar onderwijs tot Staatsmonopolie verheven IV. Onze vierde grief, en zij weegt zwaar der noch dan de vorige, is het subsidie stelsel. De Grondwet wil dat overal van overheidswege voldoend lager onderwijs gegeven worde. Wie moet dat betalen? De Grondwet zwijgt daarover. Men zou zich dus, wilde men billijk zijn moeten houden aan den regel, dien het gezond verstand dikteert en waaraan men zich in alle an dere omstandigheden houdt, dat men uit eigen middelen betaalt wat men wil ge nieten. Die voedsel, kleeding of onverschil lig wat wil hebben koopt diet't komt nie mand in de gedachte een ander te laten betalen, wat wij voor ons zeiven aanschaf fen. Zoo zou de billijkheid ook in betrek- iking tot het onderwijs eischen, dat die er gebruik van maakt het zelf betaalt. Nu kunnen de kosten van het onderwijs zoo groot zijn, dat zij de krachten der parti culieren te boven gaan. In dat geval zou het billijk zijn dat de Regeering, die vol doend en deugdelijk onderwijs moet wil len, die particuliere krachten door gelde lijke bijdragen ondersteunde. Maar dan vor dert ook wederom die billijkheiddan vor dert het gelijk recht voor allen, door de Grondwet gewaarborgd, dat die ondersteu ning gegeven worde aan allen die er be hoefte aan hebben, onverschillig tot welke godsdienstige richting zij behooren, onver schillig of het onderwijs dat zij geven Open baar of Bijzonder is, mits het slechts vol doend en deugdelijk zij. Elke andere op vatting van het subsidiestelsel isnaar onze meening, met rechtvaardigheid en Grond wet in strijd. En wat doet nu de Regeering? In art. 3 van het Ontwerp bepaalt zij: „Openbare „scholen zijn die, opgericht en onderhou- „den door de gemeentende provinciën of „het rijk, de overige zijn Bijzondere scho- „len." In de Wet van 1857 stond nog de bepaling: „Aan Bijzondere scholen kan van „wege de gemeente of de provincie subsidie „worden verleend," maar ook die schijn van billijkheid jegens het Bijzonder onderwijs is in dit Ontwerp niet te vinden. Hier heet het op beslisten toon: „Aan Bijzondere „scholen wordt van wege de gemeentede „provincie of het rijk geen subsidie verleend. Het blijft hier niet bij. In de Memorie van Toelichting zegt de Regeering kort en bon dig: „De eisch om uit openbare kassen „offers te brengen, ten einde de mededin ging der Bijzondere scholen te steunen, „is noch billijk noch grondwettig." Het bewijs, heer Minister, het bewijs? Dan volgt er„Een subsidie- of restitutiestelsel „waardoor bijzondere personen en vereeni- gingen over de staats- en gemeentekassen „zouden beschikken, is daarenboven met administratieve orde en goed beheer niet „bestaanbaar." Zoozou dat zijn over staats- of gemeentekassen beschikken? Beschikt de arme dan over de kas van den rijke, als hij eene aalmoes, of de werkman over de kas van zijn patroon, als hij zijn loon vraagt? Zoo: is subsidie- of restitutiestel sel aan Bijzonder onderwijs »met admini stratieve orde en goed beheer niet bestaan- „baar", aan Openbaar onderwijs wel? On bestaanbaar, Excellentie! met rechtvaardig heid en Grondwet is, wat gij in dit Ont werp bepaalt. Waar staat in de Grond wet dat het Openbaar onderwijs door ge meente, provincie of rijk moet bekostigd worden? De Regeering heeft te zorgen dat overal van overheidswege voldoend open baar lager onderwijs gegeven worde; ziedaar allesvan subsidie is geen spraak. Waar staat in de Grondwet dat aan het Bijzonder onderwijs geen subsidie mag ge geven worden? Het een zoomin als het ander is in de Grondwet te vinden. Maar wat er wel degelijk in staat is, dat allen lllilENSm WEEKBMD. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden voor Haarlem75 Cents. Buiten Haarlem franco per post85 Afzonderlijke Nommers6 PRIJS DER ADVERTENTIEN Van 16 regels30 Cents Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 cents per advertentie a Contant. Advertentiën worden uiterlijk Zaterdag vóór 12 uur 's middags ingewacht. VAgite ma non agitato. Een zilveren knip met koralen beurs, waarin eenig geld. Een koperen horlogekettingwaaraan dito medail lon met portret. Een gewicht van een klok. Een grijze busking broek. Een bonte kraag. Een rolletje mangelgoed. Een bruine entoutcas. Een wit zijden dasje. Een luster boezelaar. Een paar kinderwanten. Een bruine handschoen. Een roodkatoenen zakdoek. Een blikken trommeltje. Een oude bril. Een duimstok. Een zak van zeildoek. Een griftenkoker met schrijfboek. Een Pr. Vragenboek. Een fransch schoolboek, en Eenige losse sleutels. Voorts te bevragen Een witte bok, en Een postduif. Alles op straat gevonden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1877 | | pagina 1