NIEUW
Voor KATHOLIEKEN van
HAARLEM en OMSTREKEN.
M 11.
Zondag 18 Maart 1877.
2 Jaargang.
Uitgever W. KÜPPERS.
BUREAU: St. Jansstraat Haarlem.
Dit blad verschijnt Zaterdagavond.
Aan het Politie Bureau alhier is gedeponeerd.
VOOR HET GOUDEN FEEST VAN
Z. H. PIUS IX.
Bedrag der vorige opgave43,90
Voor het Gouden Jubelfeest van een
vriendenkring M. de J. en K..16,00
Voor 's Pausen Jubelfeest uit Haar
lem van een Klaverblad-Goud.10,00
Totaal 69,90
EEN ANNEXATIE-PLAN VAN NEDERLAND.
Nederland is een landdatom zoo te
spreken zich zeiven geschapen heeft. Een
maal bestond ons vaderland uit poelenmoe
rassen en merenen slechts hier en daar sta
ken enkele hooger gelegen vlakten boven
moeras of water uit. Een groot deel van
den grond werd daarenboven jaarlijks over
stroomd wanneer de onbeteugelde rivieren
buiten hare oevers traden, of als de op
gezweepte golven van den Oceaan het
overdekte. Een halve eeuw vóór de ge
boorte van Christus was de bodem van
ons land nog gedeeltelijk in dien staat,
waarin alle landen zich bevinden, eer de
voet des menschen ze heeft komen druk
ken en dat zijne hand de vormen der
woeste en wilde natuur volgens zijne nood
wendigheden of tot zijn gemak heeft ko
men veranderen. De kusten der zee en
de lage landen, die zich van daar binnen
waarts uitstrektenwaren aan gedurige
overstroomingen onderhevig en op vele
plaatsen bedekt met staande moerassen uit
welker ondiepen grond het riet, nevens
de wilge-, essche en elzeboomen in dichte
bosschen opschoot.
Langzamerhand kwam echter verbete
ring in dien toestand: moerassen werden
gedempt, de rivieren tusschen hunne bed
ding gekluisterd, de zee teruggedrongen;
maar nog eeuwen duurde het alvorens
aan den doodsvijand van Nederland de
talrijke veroveringen ontrukt warenwelke
hij eenmaal gemaakt had. Nog altijd vond
men groote waterplassen, uitgestrekte meren
in het hart onzer provinciën, ten bewijze
dat de zee daar eenmaal de opperheer
schappij gevoerd had.
Sedert een tweetal eeuwen eehter heeft
men zich niet meer vergenoegd den vijand
terug te drijven en hem aan zijne grenzen
vast te kluisterenmen is tevens met moed
en volharding aan de zware taak begonnen
om hem één voor één al de zegeteekenen
zijner voormalige overheersching te ontruk
ken, met andere woordeu, men is begon
nen de meren en plassen droog te maken
indertijd door de overstroomingen gevormd.
Talrijke polders vruchtbaar land, waar
vriendelijke dorpen zich verheffen en tal-
looze kudden in de groene weiden grazen
zijn daar als zoovele heerlijke overwin
ningen behaald op den voormaligen erf
vijand van ons land. Purmer, Scher
mer, Beemster en zoovele andere polders
kunnen van den vlijt en de volharding
onzer vaderen getuigen. Ook in later jaren
heeft men niet stil gezeten: De Dollart,
de Anna-Pauwlona, en vooral het Haar
lemmermeer die geduchte waterplaswaar
meermalen slag is geleverd tusschen de
Nederlandsche en Spaansehe vloten, zijn
herschapen in een vruchtbaren bodemwaar
overvloed en rijkdom heerschen.
Er is dus veel gedaan, maar nog niet
alles. De erfvijand is overwonnen, maar
een gedeelte van zijn buit bevindt zich nog
in zijn bezit het beste gedeelte zelfs nog.
Waar nu de Zuiderzee hare wateren langs
de kusten van Holland en Gelderland stuwt
daar vond men voor honderden jaren niets
dan een klein en onschadelijk meer, voor
het overige waren het uitgestrekte bosschen
en onmetelijke velden. De Zuiderzee is zoo
goed als de laatste buit, welke de zee nog
in haar bezit heeft, maar een kostelijke
buit, welke haar moet ontweldigd worden.
Ieder rijk bijna, streeft er naar omzijn
grondgebied uit te breiden ten koste van
zijn nabuur; de annexatie-zucht is in het
merg en bloed der landen doorgedrongen;
om eenige mijlen grondgebied te veroveren,
offert men millioenen en millioenen op en
stroomen bloeds.
Niets acht eene regeering vaak te lief
en te kostbaarals zij kans ziet hare gren
zen eenige duizenden voeten meer buiten
waarts te verplaatsen; welnu, ook Neder
land heeft de kans zijne grenzen uit te
breiden; ook Nederland kan nog verove
ringen maken, het kan eene vruchtbare
provincie annexeerenhet make, de Zui
derzee droog en een schoone heerlijk
gelegen landstreek behoort het toe. En
daartoe behoeft het zijn volksbestaan niet
op het spel te zetten; wel zal het strijd
te voeren hebben tegen een vijand den
erfvijand van zijn grond, maar, gelukkig
een onbloedige strijd, een strijd zonder
stalen kanonnen of achterlaadgeweren en
een strijd van welke de overwinning zeker
is. Wel zal de droogmaking van de Zui
derzee geld kostenmillioenenmaar menig
land heeft in den bloedigenonzaligen strijd
des oorlog3 meer schatten verspild en
nog duizenden zijner eigene kinderen bo
vendien om minder grondgebied dan de
droogmaking der Zuiderzee ons zal op
leveren.
Twee honderd duizend bunders vrucht
baar land zal die arbeid ons opbrengen
en eene rentewelke op den duur het be
stede kapitaal genoegzaam dekken zal.
Niet waarzulk eene onderneming eene
kolossale onderneming zoo gij wilt, maar
daarom te aanlokkender is grootschis
Neêrlandsch roem waardig.
Reeds meermalen is het plan tot droog
making van de Zuiderzee ter sprake ge
bracht, ook in onze Tweede Kamer; ook
thans dringt het zich weêr op den voor
grond, eene maatschappij heeft der Re
geering een uitgewerkt plan voorgelegd en
is bereid, zoo ze Consessie erlangt, het
reusachtige werk op zich te nemen. Het
daartoe benoodigde kapitaal is reeds ge
vonden; hopen wij dat de Regeering en
Kamers hunne goedkeuring aan het plan
mogen hechtenopdat Nederlanddoor het
terugdringen van den alouden vijand, het
water, uit zijne laatste verschansingen,
langs roemrijken en onbloedigen weg zijn
grondgebied vergroot mag zien en opdat
andere natiën ons deze heerlijke overwin
ning mogen benijden.
BUITENLANDSCH OVERZICHT.
Generaal Igaatieff, die de Europeesche
hoven afreist de oogziekte belet dezen
diplomatieken lijder niet zich zeer druk
met hooge politiek bezig te houden heeft
volgens 't Daily News uit Berlijn de ver
zekering meêgenomendat een oorlog
tusschen Rusland en Turkije aan prins von
Bismarck en geheel de Duitsche Regeering
niet onaangenaam zal zijn.
De quaestie van oorlog of vrede hangt
op dit oogenblik, naar Ruslands schatting
althans, van Engeland af.
Groot-Brittannië „overweegt op dit oogen
blik met de meeste nauwgezetheid" wat
het Rusland zal hebben te antwoorden,
verklaarde de Minister Northcote aan den
leider der oppositiedie ditmaaldoor per
soonlijk als appellant op te tredenbewees
met hoeveel spanning men de ontwikkeling
der gebeurtenissen te gemoet ziet.
Dezer dagen schetste de Augst.Allg.Ztg.
den tegenwoordigen toestand als volgt
Rusland staat bijna vier maanden aan de
Pruthwapent en wapentlaat reserven
oprukken, zendt van tijd tot tijd een tele
gram, dat verteerend vuur uitademt de
wereld in, en dan wordt taptoe getrom
meld en geblazen.
De mobilisatie heeft reeds evenveel als
een oorlog gekost. Rusland roept voortdu
rend: „Houdt mij vast of ik bega een
ongeluk
Europa door zijne dubbelzinnige houding
Engeland door diplomatieke gedachtenwis-
seling houden Rusland vast, zoolang het
wil vastgehouden worden. Rusland vraagt
beleefd: Wanneer ik mij nu laat vasthou
den, wilt gij mij dan later tegen Turkije
helpen
Maar niemand wil hiernaar luisteren.
Wij willen ook wel gelooven, dat het
Rusland voor 't oogenblik slechts te doen
is om uit de impasse te geraken, waarin
het gekomen is door een conferentie zon
der resultaat, een leger zonder doel, een
vraag zonder antwoord.
In hoofdzaak althans schijnt Engeland
nu aan Rusland's vorderingen te hebben
toegegeven. Het Journal des Débals ver
neemt namelijk uit Londen, dat de En-
gelsche ministerraad tot het denkbeeld om
een protocol op te stellen't welk door de
zes groote Mogendheden zal geteekend
worden, in beginsel heeft besloten. Tus
schen lord Derby en graaf Schoewalof zou
nog slechts onderhandeld worden over de
redactie van dat protocol. Dit blijft in
ieder geval nog een zwaarwichtig werk,
want van de wijze, waarop Engeland het
protocol redigeertzal het afhangen of
Rusland het goed vindt. Vermoedelijk zal
het stuk slechts de formeele bekrachtiging
zijn van het Conferentie-program. Maar
voor Rusland levert de geheele zaak een
dubbel voordeel: le. tijd gewonnenen 2e
de gezamenlijke mogendheden collectief
verbonden. De Times doet opmerken, dat
nooit door een Staat aan den anderen een
voorstel van meer gewicht is gedaan dan
dat hetwelk nu generaal Ignatieff en de
gezant Schoewalof hebben overgebracht.
Indien door de aanneming van dit voor
stel verkregen kan worden, dat Rusland
zijn plannen opgeeftdan is geen voldoende
grond voorhanden om het te verwerpen,
zegt het City-blad, want het verplicht En
geland tot geenerlei stappen tegen Turkije
en verleent aan dezen staat nog een laatst
uitstel.
Ofschoon de tekst van het protocol nog
niet gearresteerd en dus nog veel minder
bekend is meent toch de Londensche Cor
respondent der Köln. Zeit. als zeker te
kunnen melden, dat het niet inhoudt een
uitstel voor Turkije tot het invoeren der
hervormingen, ook niet een verplichting
tot het nemen van dwangmaatregelen. De
Mogendheden zullen slechts verklaren, dat
zij door hare agenten een wakend oog
willen laten houden over de Turksche her
vormingen, om, zoo deze niet aan de ver
wachtingen der Mogendheden mochten be
antwoorden des noods later te beraadslagen
over het aanwenden van middelen tot ver
betering van het lot der christenen.
Generaal Ignatieff heeft Parijs verlaten,
is te Dover aangekomen en onmiddelijk
naar Londen doorgereisd.
Volgens de N. Preuss. Zeilung heeft de
heer von Stosch als chef der Admiraliteit
zijn ontslag aangevraagd wegens eenige
opmerkingen van prins von Bismarck in den
Rijksdag over de marine. Naar hetgeen uit
Berlijn aan de Maagdeb. Zeitung wordt ge
schreven, tracht graaf von Moltke het geschil
uit den weg te ruimen, doch verwacht
men niet dat het zal gelukken, daar er
reeds herhaaldelijk tusschen Bismarck en
HAARLEM REEK It Lil).
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Haarlem75 Cents.
Buiten Haarlem franco per post85
Afzonderlijke Nommers6 t
PRIJS DER ADVERTENTIEN
Van 16 regels30 Cents.
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 cents per advertentie a Contant.
Advertentiën worden uiterlijk Zaterdag vóór 12 uur
's middags ingewacht.
-A.gite ma non agitate.
Bij dit blad behoort een Bijvoegsel bevat
tende Kerkberichten
Drie portemonnaie's met geld.
Een paar glacé handschoenen
Een nieuwe wollen handschoen.
Een zwart sajetten want.
Een paar kinderkousen.
Een oude parapluie.
Een witte zakdoek met roode rand
Een R. C. Kerkboek.
Een jongensriem.
Een schilders stopmes.
Vijf sleutels aan een bandje.
Drie sleutels aan een touwtje, en
Eenige losse sleutels.
Alles op straat gevonden.
Wat spreidt uw Waterbouw een pracht
O Neêrland op uw vindingskracht
Moest vaak Europa U bewond'ren
Wanneer 't uw vlootvuur hoorde dond'ren
Zien Oost en West en Noord en Zuid
Steeds naar uw wereldhandel uit;
Nog meer verbaasd zien alle streken
U stroomen leidenstormen breken
Ja zelfs d'ondwingb'ren Oceaan
Met dam en dijk in boeien slaan.
(Dr. M. Smiets, Feestcantate.)
Wij maalden leêg wat nimmer voorzaat deê.
(J. A. Ai.berdingk-Thijm.)
„Zoo wint de landleeuw land, zoo paart hij goud
uit schuim."
(Vondel.)