NIEUWE
No. 37.
Zondag 24 Juni 1877.
2e Jaargang.
De uitslag der verkiezing voor
de Tweede Kamer.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem75 Cents.
Buiten Haarlem franco per post90
Afzonderlijke Hummers6
Dit blad verschijnt twee maal per week.
In half formaat 'S WO BKSDAÖS AVONDS.
In geheel ZATERDAGS
BUREAU: St. Jansstraat Haarlem.
AGITE MA NON AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Van 16 regels30 Cents.
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 cents per advertentie k Contant.
Advertentiën worden uiterlijk Zaterdags en Woensdags
vóór 12 uur 's middags ingewacht.
Uitgever W. KUPPERS.
Er is niets wat duidelijker is dan het
cijferdat den uitslag der verkiezing aan
geeft; maar er is colt niets wat meer uit
eenloopt, dan het oordeel over de betee
kenis en de gevolgen van de gedane keuze.
Het cijfer staat bij alle partijen onaange
roerd; niemand denkt er aan iets bij of
af te doen: maar des te vrijer bespreekt
men de beteekenis van het cijfer en de
gevolgendie de jongste verkiezing zal heb
ben en men komtal naar gelang men
de zaak opvat, tot de vreemdste beschou
wingen en de uiteenloopendste gevolgtrek
kingen.
Ook wij willen een enkel woord over
de verkiezing van den 12en dezer spreken,
op gevaar af van de verschillende opiniën
met één te vermeerderen.
Yooreerst over de stemming zelve.
De overwinning is ontegenzeggelijk aan
de zijde der liberalen. Al hun aftredende
leden (17 in getal) zijn herkozen, uitge
nomen de heer de Lange, die door een
ander liberaal, den heer Rutgers van Ro
zenburg, vervangen is. Al de nieuw geko
zenen 6 in getalwaaronder de heer Rut
gers, behooren tot de liberale partij. Af
treden moesten 17 liberalen, gekozen zijn
er 22. Daarenboven dingen de liberalen
nog naar' 2 zetels, in Almelo en Delft,
waar hun candidaten respectievelijk 909
en 964 stemmen verkregen hebben, tegen
1032 en 893, op hun tegenstanders uitge
bracht.
De Katholieken zijn ongedeerd uit den
strijd gekomen. Hun aftredende leden (9
in getal) zijn allen met groote meerderheid
herkozen.
Het verlies is geheel aan de zijde van
conservatieven en antirevolutionnairen.
Wat de conservatieven betreft, slechts
één hunner aftredende ledende heer
Schimmelpenninck ('s Hage) werd, met
medewerking der Katholiekengekozen
één viel, de heer Fabius, te Amsterdam;
één komt in herstemming, de heer Insin-
ger, te Almelo; terwijl de twee anderen,
die niet meer in aanmerking wilden komen
vervangen worden, de één, mr. van Rap-
pard, door een liberaal, de ander de heer
Nierstrasz, door een liberaal of door den
candidaat der Katholieken. Van de 5 zetels
verliezen zij er dus minstens 3 misschien 4.
De antirevolutionnaire partijde oude
die men conservatief-antirevolutionnair kan
noemen, verloor 2 plaatsen, Deventer en
Utrecht. In de eerste stad verdreef de li
berale van I'elden den heer Schimmelpen
ninck v. d. Oije, in Utrecht won de libe
rale Roëll den zetel van den heer Messchert
van Vollenhoven, die niet meer in aanmer
king wenschte te komen. In Amersfoort,
Gorinchem en Leiden werden de aftredende
leden, met medewerking der Katholieken
herkozen.
De antirevolutionnair-democratische partij,
die in den heer Kuyper haar eenigen ver
tegenwoordiger had en die voor het eerst
overal aan de verkiezing deel nam, werd
over de geheele linie verslagen. De heer
Kuyper, die bedankt had, werd door een
liberaal vervangen.
Verder verdient opmerking, dat overal
waar de conservatieven of anti-i evolution-
nairen de overwinning behaaldenin Amers
foort, Gorinchem, Gouda, 'b Hage en
Leidendit alleen geschied is door de
krachtige medewerking der Katholieken.
Sommige bladen, die overigens niet ont
kennen, dat de heeren Patijn en Roëll
(Gouda en Utrecht) liberaal zijn, zeggen,
dat die heeren de candidaten van liberalen
en conservatieven waren. Wij weten niet,
wat daarvan is; maar mochten de conser
vatieven werkelijk voor die liberale candi
daten gestemd hebbendan heeft het echte
conservatisme daarop volstrekt niet groot
te gaan; dan wordt daardoor de meening
versterkt van hen, die in het conserva
tisme den jongeren broeder van het libe
ralisme zienen blijkt hetdat de minister
Heemskerk, met zijn beginsellooze politiek
en zijn toenadering tot de liberale richting,
lang niet alleen staat in zijne partij, maar
vele volgelingen onder de conservatieven
heeft.
Twee vragen willen wij ter waardeering
van den uitslag der stemming stellen.
Vooreerst: waaraan is de overwinning
der liberalen toe te schrijven? Naar onze
opvatting niet hieraandat de liberalen de
meerderheid in den lande vormenwant
de stemmen bij deze verkiezing in liberalen
of anti-liberalen zin uitgebracht, staan na
genoeg gelijk. Maar zij is te wijten l°aan
de partijdige indeeling der kiesdistricten;
2U aan de moede- en werkeloosheid der
conservatievenenkele plaatsen uitgezon
derd; 3° aan het drijven der Standaard
partij die conservatieven en katholieken
moedwillig tegen zich in het harnas joeg;
4° aan gebrek aan samenwerking van de
verschillende anti-liberale partijen, en 5°
aan de lauwheid van vele anti- liberale kie
zers, die in ijver en deelneming aan den
verkiezingsstrijd bij hun liberale tegenstan
ders ver achterblijven.
Wat dit laatste punt betreft, het blijkt
uit de cijfers, dat van de 105,392 kiesge
rechtigden er op 12 dezer slechts 60,789
zijn opgekomen, zijnde slechts ruim 57 pCt.
Sedert October 1866 was de deelneming
nooit zoo gering als bij deze verkiezing
terwijl toch, naar de N. R. Courant zelf
getuigtoveral waar den liberalen de zetels
werden betwisthun candidaten met groote
meerderheid dan ooit te voren de overwin
ning behaald hebben.
Een andere vraag. Heeft het land nu
uitspraak gedaan, dat het in liberalen zin
wil geregeerd worden?
De N. R. Courant zegt: ja. „De natie
„heeft, zegt zijzeer nadrukkelijk verklaard,
„dat zij niet wil eene kerkelijke politiek,
„noch open, noch vermomd, en dat zij
„liberaal wil geregeerd worden. Uit dat
„oogpunt is de dag van 12 Juni van aller
gewichtigste beteekenis."
Wij geven die „kerkelijke politiek" aan
het radicale blad cadeau. Waar, in 's hemels
naamheeft het ministerie Heemskerk blijk
gegeven een „kerkelijke politiek" te volgen.
Maar die clericale boeman moet er bij.
Dat maakt effect. De N. Rotterdamsche
weet anders wel beter.
Neen, de natie heeft in dien zin geen
uitspraak gedaan. Aangenomen dat de kie
zers de natie zijn, maar niet toegegeven,
omdat slechts één van de 35 Nederlanders
kiesgerechtigde isen de grondslag van het
kiesrecht, niet op meerdere ontwikkeling,
maar op het geld berust; daargelaten ook,
dat niet overal de kiezers geraadpleegd
zijnomdat er in eenige distrikten niemand
aan de beurt van aftreding was, hebben
er slechts 57 pCt.dat is goed de helft
der kiezersaan de stemming deel genomen,
en van dezen slechts even de helft30,264
kiezers in liberalen zin gestemdde andere
helft, 29,618 in anti-liberalen geest. Met
andere woorden: een van de 120 Neder
landers heeft zijn stem voor den candidaat
der liberalen uitgebracht, En dat heet „de
natie"'t Is te ongerijmd om er langer bij
stil te staan.
Een paar vragen over de gevolgendie
de verkiezing zal hebben.
Moet de regeering heengaan?
De liberale bladen verklaren het nadruk
kelijk. Alleen het Handelsbladdat overi
gens van hetzelfde gevoelen is, zegt, dat
er geen haast bij is, en dat het ministerie
eerst irog wel de onderwijs-wet kan afdoen.
Indien het uitgebrachte votum werkelijk
de beteekenis had, die de liberale bladen
er aan geven, dan zou de regeering wijs
doen de geheele erfenis, met inbegrip van
de onderwijs-wet aan de liberalen over te
laten. Dat de liberalen die netelige quaestie
door Heemskerk willen laten beslechten is
zeer begrijpelijkmaar dat deze z'ch zal
laten gebruiken om de kastanjes voor de
liberalen uit het vuur te halen, om dan
zonder verdere complimenten op zij gezet
te worden, kunnen wij niet gelooven.
Maar wij voor ons nemen niet aan, dat
de regeering reeds haar plaats voor de
liberalen moet ruimen. Waarom zou ze?
Omdat de natie uitspraak heeft gedaan
Dat is, gelijk wij zoo even schreven, niet
geschied. Omdat er een liberale meerder
heid in de Kamer is? Maar die meerder
heid bestond ook reeds vóór deze verkie
zing, al was zij ook niet zoo groot. Naar
onze meening kan de regeering blijven,
totdat een vijandig votum tegen haar in
de nieuwe Kamer wordt uitgebracht. Een
vroeger heengaan wordt door niets gevorderd.
Indien de regeering nu, door een vijan
dig votum getroffen, de plaats voor libe
ralen ruimde, zijn dezen dan in staat de
regeering over te nemenen kunnen zij op
eene goed aaneengesloten meerderheid in
de Kamers rekenen? Dat is de tweede
vraag.
Wij twijfelen zeer, of die vraag in toe
stemmenden zin kan beantwoord worden.
Langen tijd is de liberale partij zeer ver
deeld geweest. Nu heet zij wel gereorga
niseerd, heeft een hoofd gekregen en een
raad, die den leider ter zijde staat, maar
van eendrachtig samenwerken is nog niet
veel. gebleken. Ten andere zijn er in de
liberale partij velerlei schakeeringenmen
heeft de oude garde, de radicalen, de li
beralen de conservatief-liberalen enz. Of
die allen nu, hunne vroegere oneenigheid
vergetende, een krachtig aaneengesloten
meerderheid zullen vormen en steeds den
zelfden weg opgaanmeenen wij met recht
te mogen betwijfelen.
Eene zaak is intusschen zeker, de over
winning is aan de zijde der liberalen
dank zij de moedeloosheid, tweedracht en
lauwheid van de mannen der verschillende
anti-liberale richtingen. Moge de verkiezing
van den 12en jl. allen tegenstanders van
de liberale partij geleerd hebbendat deze
alleen door een eendrachtig samenwerken
der verschillende partijen met vrucht kan
bestreden worden. Wanneer alle waarlijk
conservatieve krachten zich vereenigen om
mannen hunner richting tegen de liberale
candidaten over te stellen, en daarbij niet
letten op de kerkelijke richting van den
candidaat, maar alleen op het welbegrepen
belang van het vaderlanden dan voor de
verkiezing van dien candidaat met kracht
ijverendan zal de verkiezingsstrijd andere
uitkomsten opleveren. Niet „verdeel en
heersch" moet de leus der anti-liberalen
zijn, maar „recht voor allen". Trad men
in het vervolg onder die leus open hield
men er zich ook werkelijk aan, dan zou
men met het beste gevolg de liberale rich
ting bestrijden, en de heerschappij onzer
tegenstanders zou niet lang duren.
Wjj bieden dit laatste aan de overwon
nen partijen ter ernstige betrachting aan.
Uit gebrek aan plaats moeten wij voor heden
de rubriek: Jubilé van den Paus weglaten.
Wij zetten in ons volgend nommer den voor
heden onderbroken arbeid voort.
Als een staaltje wat er van beginselen wordt;
wanneer haat tegen de Katholieken den boven
toon heeft, kan dienen wat de Standaard in
betrekking tot de herstemming in Delft schrijft,
't Is nog altijd het oude„liever Turksch dan
Paapsch."
Het blad zegt het volgende
Hieruit (uit de door den heer Heringa in
de Dplftsche Courant geplaatste verklaringen)
blijkt, dat de heer Heringa in de schoolquaestie
geheel aan onze zijde staat en zelfs tot onder-
teekening der bekende Nota bereid is.
En tochzelfs deze onvoorwaardelijke instem
ming met ons schoolprogram kan ons niet ter
gunste van zijn candidatuur vermurwen.
Er ontbreekt daartoe aan deze candidatuur
een onbevlekte ontvangeniswijl ze van Room-
sche zij gesteld is. Gesteld met een nevenbe-
bedoeliny.
Die nevenbedoeling blijkt uit het niet-stel-
len door de Eoomschen van een Roomschen
candidaat.
Wel wetend dat een Roomsche candidaat
geen uitzicht op het bijvallen van andere stem
men heeft, beproefde men eerst het stelsel
van stemmen op den Conservatief.
Toen deze firma verliepgebruikte men den
Anti-revolutionnair.
En nu deze zich wat hardhandig afscheidde
heeft men het eens met een eigen protestant-
schen candidaat willen beproeven.
Laten we ons daardoor verlokken, dan zal
het gevolg zijn, dat Rome allerwegen in de
gemengde districten dit kunstje beproeft.
In tal van districten zou dit, bij eenigen
tD
RMRLEMSCHE (IIIRtlT.
UNTI/JMJ