NIEUWE No. 153. Zondag 17 Maart 1878. 3® Jaargang Mr. F. J. M. A. Reekers, De godsdienst en het openbaar lager onderwijs. BUREAU: St. Jansstraat Haarlem. Uitgevers: KÜPPERS LAUREY. Bij dit nommer behoort een Bijvoegsel. De verkiezing voor een lid der 2e Kamer in het district Haarlemmermeer zal op Dinsdag den 19n dezer, gehouden worden. Kiezers! Gewichtig is de keuze, die ge te doen hebt. Het algemeen welzijn, de belangen van het onderwijs uwer kin deren moeten op den voorgrond staan. Vooral in de tegenwoordige omstandighe den, nu de wet op het onderwijs van den minister Kappeyne is ingediend, zijn er mannen noodig, die niet alleen het recht der Katholieken maar ook dat der geloovi- ge Protestanten, op het gebied van het onderwijs, met alle kracht weten te ver dedigen tegen de overheersching van het moderne ongeloof. Daarom Katholieken en geloovige Pro testanten ter stembus, maakt allen van uw burgerrecht gebruikvervult uw burger plicht, en stemt Dinsdag 19 dezer als één man op advocaat te Amsterdam. Het ongeloof heeft ons dierbaar vader land nog niet tot zulk een volslagen ver derf kunnen brengen, dat onze Regeering eene wet tot regeling van het lager onder wijs zou durven voorstellen, waarin God en godsdienst geheel vergeten was. Keen, volgens het nieuwe ontwerp kunnen onder de schoolautoriteiten geen andere mannen plaats nemendan zijdie door het afleg gen van een eedof van eene in sommige gevallen daarmede gelijkstaande belofte plechtig getuigen, dat zij aan het bestaan van een persoonlijken God, die looner en straffer is, gelooven. Dat ook de onder wijzers aan het bestaan van God moeten gelooven blijkt uit deze voordracht niet, wel dat zij een getuigschrift van zedelijk gedrag over de twee laatste jaren moeten toonen, om eene benoeming te kunnen aanvaardendat zij de bevoegdheid tot het geven van lager onderwijs verliezen, als zij bij eindvonnis veroordeeld zijn wegens misdaaddiefstaloplichtingmeineedmis bruik van vertrouwen of aantasting der zeden dat zij ook om andere niet genoemde redenen ontslagen kunnen wordenzoo ook om ongehoorzaamheid. De bijzondere on derwijzer kan deze bevoegdheid ook ver liezen, als hij hij zijn onderwijs leeringen verspreidt, strijdig met de goede zeden of aansporende tot ongehoorzaamheid aan de wetten des lands, of als hij zich aan een ergerlijk levensgedrag schuldig maakt. Nu moeten wij wel aannemendat ook dezelfde straf voor gelijke overtreding den openbaren onderwijzer zou treffenmaar ieder weet dat het begripmisschien ook wel het ge voel van zedelijkheid bij velen, ook zelfs onder de beschaafde klassenzeer verschil lend is, en dat de goede katholieken en protestanten op dat punt dikwijls veel kies keuriger zijn dan de autoriteiten, die over de goede zeden van een onderwijzer hebben te beslissen. Zijn nu die autoriteiten goede christelijke mannendoordrongen van het ware begrip van christelijke zedelijkheiddie er veel meer dan het uitwendige fatsoen voor eischenzijn zij niet gehoudenom alleen volgens de begrippen, in deze wet over zedelijkheid neergelegd, te oordeelenmogen zij nog met een anderen maatstaf meten, dan zou deze wet de nauwere begrippen van zedelijkheid nog niet uitsluiten. Blijft men echter alleen aan den letter van dit ontwerp hangen, dan zal men in de toe komst al met een luttel weinigje zedelijk heid op de openbare school tevreden moeten zijn. Yolgens het nieuwe ontwerp wordt evenmin als volgens de bestaande wet van den onderwijzer vereischt, dat hij een gods dienstig man zij; ook niet, dat hij eenige waarde hecht aan het christelijk geloof. Hij kan heiden, mahomedaan of wat ook zijn, christen behoeft hij niet te wezen. De eisch isdat hij het schoolonderwijs ook dienst baar make aan de opleiding der kinderen tot alle christelijke en maatschappelijke deugden. Hij zal dus moeten weten wat christelijke deugden zijn. Hij zal verder ook kennis moeten dragen van de godsdienstige begrippen van andersdenkenden, om niets te leeren, te doen of toe te laten, wat strijdig is met den eerbied aan die gods dienstige begrippen verschuldigd. Hieruit volgt, dat een onderwijzer aan de openbare school een ernstige studie moet hebben gemaakt van alle godsdienstige begrippen. Hoe toch zal men eerbied kunnen hebben voor het ongekende De wetgever kan toch niet tevreden zjjn met de dikwijls scheeve voorstellingen, die men zich in het dage- lijksch leven over de godsdienstige begrip pen van anderen vormt. Het zal voor den onderwijzer toch niet genoeg zijn, dat hij, onueen voorbeeld te noemenover de R. K. Kerk niets anders weet, dan wat hij uit sommige den roomschen vijandige schrij vers heeft opgevischt. Hij moet dus den Roomschen Catechismus goed bestudeeren. Als hij nu de godsdienstige begrippen daarin vervat weet te ontzien, zich bij zijn on derwijs, uit eerbied voor de protestanten niet inlaat met de begrippen, die daarte gen protesteeren, wanneer hij ook dejood- sche denkbeelden spaarten al de ongeloo- vige begrippen, die hij uit eene weinig grondige kennis der geschiedenis, uit ver keerd voorgestelde feiten uit veelvuldige opgedischte onwaarheden en uit eene op pervlakkige studie van de natuurwetenschap pen zich eigen maakte weet op zij te stel len dan zal hij het eerste vereischte bezit ten, dat voor een onderwijzer aan de open bare school volgens Art. 33 gevorderd wordt. Dat echter is niet genoeg. Hij moet zijne eigene vooroordeelen tegen de godsdienstige begrippen van andersdenken den zoo onder zijn beheer hebben, dat hij nooit, zelfs niet door een hoofdschud den, een glimlach of een afkeurende be weging iets van zijne meening late blij ken. Hij mag zelfs niets toelaten, wat met die begrippen in strijd is. Waar zulk een man te vinden P Het ontwerp van wet veronderstelt dat men voor circa ieder veer tigtal kinderen zulk eenen man van zelf- beheersching, zulk een man van kennis vinden kan; het ontwerp meent zelfs, dat jongelingen van 18-jarigen leeftijd tot zulk eene kennis en zelfbeheersching kunnen gekomen zijnimmers deze zullen na goed afgelegd examen als onderwijzers kunnen optreden. Zoo krijgt men eene school met eene zedeleer, waarover allicht de barbanrsche volken zich zouden schameneene school met zulk een flauw bewustzijn van God en godsdienst, dat de heidenen haar afschu welijk zouden vinden, terwijl alleen de ongeloovigen haar voor genoegzaam konden houden. Ja, genoegzaam voor een volk, dat God en godsdienst verloochentGe noegzaam voor wilde horden, die in de teugelloosheid van de losbrekende harts tochten hunner kinderen het geluk des levens stellen, die in de bandeloosheid de hoog geroemde vrijheid bewonderenmaar niet voldoende voor het echte Nederlandsche volk, dat aan de voorvaderlijke zeden van het christendom zich blijft hechten, al durven sommigen zijner bestuurders het onverholen verkondigen, dat zulke scholen die zij neutrale scholen gelieven te noemen, de kweekplaatsen van de echte burgers zijn, dat de bijzondere godsdienstige school de vijandin van die gevierde neutrale school is, en dat die bijzondere schoolals ware zij een noodzakelijkeen onvermijdelijk kwaad, geduld maar op geene wijze bevoordeeld mag worden. Alleen voor die openbare neutrale scholen mogen de belastingpennin gen van een christenvolk dienenmaar geen cent voor de godsdienstige scholen van datzelfde christenvolk. Het mag nog van geluk spreken dat de godsdienstige bijzondere scholen worden geduld. De bo vendrijvende partij zou, als zij consequent hare beginselen durfde doordrijven, die scholen moeten opheffen. Wat zouden de minderheden er tegen kunnen doen Zoo deze eene godsdienstige school verlangen, zoo zij zich overtuigd houden dat veel weten zonder een godsdienstig leven gevaarlijk is voor de veelweters zelve en voor hunne medeburgersdat de meer dan gewone kennis der natuurkrachten den deugniet verschrikkelijke wapenen van moord en brandstichting in de handen geeft, enz. enz. laat die eenvoudige minderheden dan zelve scholen naar hartelust oprichten maar eerst zullen zij voor de neutrale school betalen wat deze van noode heeft, om te kunnen schitteren, en dan kunnen zij uit eigen middelen hunne scholen betalen. Dat is belasting op hot godsdienstig gevoel van eene christelijke natie Nu, zegt men, de openbare school kan niet anders dan neutraal zijn, en die neu trale school moet regel wezen. En zonder een schijn van bewijs aan te geven, werpt men de tegenovergestelde meening zoover mogelijk weg, die meening, die uit het gemoed van een christenvolk zich luide uitspreektde godsdienstige school moet regel en de neutrale moet aanvulling of uitzondering zijn. De uitzondering is regel geworden. En die uitzondering, tot nu toe bij de wet nog niet als regel vastgesteld zalgaat het nieuw ontwerp door, tot regel verheven worden. Aan het godsdienstig gevoel der natie wordt slechts een en ander brokstuk toegeworpenb. v. dat de schooluren ruimte zullen moeten laten voor godsdienstonder wijs enz. De memorie van toelichting zal bij de nieuwe wet kunnen voegendaar wij be grijpen, dat godsdienst bij staatsburgers niet noodzakelijk en voor de eendracht na- deelig is, zoo hebben wij goedgevonden, om de godsdienstlooze of neutrale school met alle kracht te bevoordeelenmaar dewijl er nog menschen zjjn, die aan eene gods dienstige school hechtenzoo zijn wij voor eerst nog genoodzaaktom tegen onzen zin die godsdienstige school te dulden. Zoo wil men den godsdienst in het chris telijk Nederland behandelen. D. BUITEN LANDSCH OVERZICHT De ex-Italiaansche minister Crispi heeft nog eene derde vrouw. Reeds vóór zijn eerste huwelijk op Malta verheugde hij zich in het bezit van een zoon. Toen Crispi moest vluchten, begaf zich de moeder van dezen zoon bij Crispi's vrienden en ver klaarde zijne echtgenoote te zijn. Zij ont ving uit het partijfonds eene maandelijksche toelage van 60 franks. Yermits nu reeds eene derde vrouw van den diplomatieken handelsreiziger. Crispi ontdekt is, zoo zal op alle plaatsen waar hij op zijne laatste reis is afgestapt van ambtswege onderzoek gedaan worden of er nog meer echtgenoo- ten worden aangetroffen. Alle nog te vin den exemplaren worden direct naar den Mormonenstaat aan de Zoutzee gezonden, waar de heer Crispi als opvolger van den profeet Brigham Young zal worden be noemd. Koning Humbert, zit zonder ministerie. Crispi is op den loop en Cairoli is nog niet gereed. Yoor de portefeuille van Binnen- landsche Zaken wordt Zanardelli en voor die van Financiën Seismit Doda genoemd. Rusland heeft op nieuw met verscheiden Moscousche firma's overeenkomsten gesloten tot de levering van mondbehoeften en de noodige fourages, tot bestrijding van de behoeften van twee legercorpsen voor den tijd van twee maanden. De Porte treft maatregelen om haar gar nizoenen in Bosnië uit te breiden. Bij Bi- hatsch zal een kamp voor 40,000 man wor den opgerichtleveringscontracten voor de approviandeering van de troepen zijn reeds gesloten. In Bosnië en de Herzogewina duurt de beweging, om een bezetting door Oosten- rij ksche troepen uit te lokken, voort. Ignatieff en Reouf Pacha zijn Maandag avond met het vredesverdrag te Odessa aangekomen en Dinsdag-middag om 2 uur per spoor naar Petersburg vertrokken. Het bezoek van Grootvorst Nicolaas aan den Sultan is verdaagd wegens de onge steldheid van den laatste; de Sultan heeft HAAREE ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Haarlem75 Cents, Buiten Haarlem franco por post90 Afzonderlijke Nummers 6 Dit blad verschijnt twee maal per week. In half formaat 'S WOENSDAGS AVONDS. In geheel ZATERDAGS AGITE MA NON AGITATE. COERMT. PRIJS DER ADVERTENTIÊN Van 1—6 regels30 Cents. Elke regel meer5 Grooto letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 cents per advertentie k Contant. Advertentiën worden uiterlijk Zaterdags en Woensdags vóór 12 uur 's middags ingewacht.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1878 | | pagina 1