NIEUWE No. 164. Woensdag 24 April 1878. 3e Jaargang. Karakterloosheid. jntienjgur."—ff Per 3 maanden voor Haarlem0,85 Buiten Haarlem franco per post1. Afzonderlijke Nummers0.06 Dit blad rerscliijut Eiken WOENSDAG en ZATERDAG. PRIJS DER ADVERTENTIEN Van 16 regels30 Cents. Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbie Advertenticn BUREAU: St. Jansstraat Haarlem. Het is geen onrecht, maar plicht en vereischte van ieder mensch, dat hij met ernst en ijver tracht te verwerven, wat hij en de zijnen noodig hebben. Maar het komt er slechts op aan hoe hij verkrijgt. De mensch mag geen oogenblik vergeten, dat hij een lid is van de groote menschenfamilie, en dat hij dan eerst recht heeft, aan de tafel dezer groote familie, zijn dagelijksch brood te eten, als hij zich als een nuttig lid ge draagt. Daarom moet hij hij al zijn wer ken en zwoegen steeds een tweeledig doel voor oogen houden; ten eerste moet hij door alle mogelijke krachtsinspanning trach ten nuttig te zijn voor de menschheid in 't algemeen en daardoor bijdragen tot het behoud en de bevordering van het Rijk Gods op aarde; dat moet het hoofdmotief van zijnen arbeid, van zijne goede meening zijn. Ten tweede moet hjj ook voor zich en de zijnen het noodige zoeken, voor zoo verre de goddelijke en menschelijke orde dat toelaat. Elke beroepsbezigheid, die al leen op eigen voordeel gebaseerd is zonder acht te geven op het welzijn van den even- mensch en op Gods geboden, is immo reel en werkt verderflijk op het karakter, omdat daardoor zelfzucht en egoisme ont staan. Nu zjjn er twee soorten van zelfzuch tig streven. De eene kant zich met over- O moed tegen de algemeene orde en zoekt door geweld der wereld te onfutselen, wat zjj hebben wil; tot deze soort behooren de roovers, hetzij dat zij individueel agee- ren of zich, zoo als b. v. in het moderne Italië, tot gausche benden verzamelen. De ze soort vrijbuiters heeft een zeer slecht karakter, maar zij liehben er toch een: zij hebben merg in de knoken. De openbare strijd tegen de maatschappij is waarlijk geen gemakkei ij ken oorlog, daartoe behoort moed, kracht en vastberadenheid. De twee de soort echter is totaal karakterloos. Dat zijn zij, die geen behoefte hebben eerlijk mede te werken in den grooten kring van den menschelijken arbeid, die te laf zijn om den medemensch brutaal de pistool op de borst te zetten. Dat zijn de zakken- FE UILLETON. ggpys*. AGITE MA NON AGITATE. dingen 25 cents per advertentie a Contant. worden uiterlijk Dingsdag- en V r ij d a g- avond ingewacht. Uitgevers KÜPPERS LAUEEY. DE KLEINE ETIENNE. Vervolg. „Arm kind!" mompelde de oude, terwijl zij hem medelijdend aanzag. Etienne wreef zich het voorhoofd, zag schuw in 't rondgreep dan de grove hand van Mariot en fluisterde „Madame, ik moet u een geheim openbaren: ik sterf van honger. Geef mij iets te etendoch laat geen sterveling weten dat iets anders mij heeft beneveld dan de harptoonen van Beaumarchais." O wat had nu de goede oude medelijden met den knaapen hoe spoedig had zij eten en drin ken voor hem gereed. De kleine Etienne maakte onmiddellijk gebruik van het aangeboden voedsel. Onderwijl ging de oude Mariot nu en dan naar Glucks vertrek om te melden dat de kleine spoedig beter zou zijn- En de gebraden kip en de vruchtenpastei deden hunne volle werking. rollers der menschheid, de bedriegers en de afzetters wier devies luidt: verkrijgen met en door alle goede en slechte midde len, mits ze niet gevaarlijk zijn. Helaas deze soort menschen is niet sporadisch. In alle rangen en klassen der maatschappij worden ze gevonden en jammer genoeg ook te dikwerf onder de christelijke en beschaaf de volken. Wjj zouden van de hoogste klas se kunnen beginnen en eindigen bij de laagste als wij zouden moeten aanwijzen hoe zeer de beseheidene, eerlijke arbeid in het algemeen gezonken is, hoe overal niet het welzijn der menschheid en de geboden Gods, maar de zucht en verderfelijke be geerte naar gemakkelijke en spoedige ver krijging van genot, pracht en weelde han den en hersens bezig houdt. Legio is het getal bedriegers die zich niet bekommeren over de eerlijkheid van een ambacht of eener in dustrie of die het welzijn hunner clientèle beoogen maar wie het alleen te doen is om, zonder nadere kennismaking met de heilige Hermandad, in den kortst mo gelijken tijd hunne koetjes op 't drooge te hebben. Dat is de karakterloosheid onzer dagen! Zij is de ondergang van het eergevoel, de moeder der huichelarij, der leugen en van de kruiperij. Het bewustzijn, een eerlijk, nuttig lid der menschelijke samenleving te zijn, moet den mensch boven alles dier baar wezen; hij die dat voor een eerlooze winst weg werpt, die niets hoogers kent dan momenteel voordeel en die zich met listen en leugens ophoudt om' zijn mede mensch het geld uit den zak te trekken, is een vrijbuiter, een schurk, een karakter- looze in den volsten zin en beteekenis van het woord. Verwacht van hem geen vaste godsdienstige of politieke principes en over tuiging waarvoor hij offervaardig te velde trekt. Een mensch wiens eergevoel bij den woekerhandel te loor is gegaan, zal zich O O geen oogenblik bedenken ook met zijne politieke en godsdienstige gevoelens handel te drijven. Wat beteekenen bij hem be ginselen, wat bemoeit hij zich met recht, vrijheid en menschelijke waardigheid. Zijne waardigheid zoekt hij daarin, een rijke schurk te zijn. Kan hij van de sociaal-de- Toen hij eindelijk gereed was, zeide hij met een vrolijk gelaat: „Madame, ik ben u mijn leven verschuldigd; eisch wat ge wilt, als ik het heb, zal ik 't u geven!" „Nu, zoo geef mij den kus van een zoon, lief kind!" sprak de huishoudster van ridder Gluck. Van nu af begon voor Etienne een nieuw tijdvak in zijn leven. Zijns speeluren verminderden want de muziek, onder de leiding van zijn be roemden meesternam hem geheel en al gevangen. Hij gevoelde zich in de kamer van den heer Gluck volkomen te huis. Dikwijls zat hij uren achtereen naast den grooten meesteren zag met vurige blikken naar de noten die Glucks handen schreven. Nu en dan waagde hij het den meester iets van zijne eigene compositie te toonen allerlei schoone stukkenen de groote meester beschouwde ze met een welgevallig oog. Zoo verliep er in vreugde en genot een geruimen tijd; doch het vertrek van Gluck bracht een groote verandering te weeg. Etienne Méhul nam diep getroffenafscheid van zijn vriendelijken beschermer. „Laat mij spoedig iets goeds van u hooren" waren de laatste woorden die Gluck tot hem sprak. mocraten voordeel trekken waarom zal hij niet voor klinkend goud de roode vlag in top voeren? Wil hem een potentaat tot hofleverancier benoemen, waarom zal hij niet het wapen kussen, vóór het boven zijne deur prijkt. En wordt hij om zijne voortreffelijke hoedanigheden geadeld" waar om zal hij niet met trotschheid nederzien op de arbeidende plebejers en te gelijker tijd voor de machthebbers zijn hoofd ter aarde buigen? De hedendaagsche philosophen willen de karakterloosheid door vrijheid" genezen. Vergeefsche moeite! De liberale vrijheid heeft slechts medegewerkt tot de uitbrei- dino- der karakterloosheid. Slechts eene zaak O kan helpen! De christelijke geest moet het vergift wederom uit het lichaam der meusch- o t heid verdrijven. De verderfiijke meening moet uitgeroeid worden dat alle afzet terij en dieverijwelke de wet niet ver biedt, geoorloofd zijn, de heerschappij van het goud moet gebroken worden en de wa- o O re verdienste moet weder op den troon ko men en de eerlijke christelijke arbeid moet wederom het schoonste sieraad van den mensch worden: dan zullen eergevoel, ach ting, overtuiging, trouw, moed en kracht teruo-keeren in de ziel van het volk en de heerschappij der karakterloosheid zal ver- morseld en vertrapt worden en de mensch heid zal opstaan uit den modderpoel van ellende waarin deze ondeugd haar ge slingerd heeft. Het OOSTEN. De Rumeensche minister Bratiano die om hulp was uitgezonden en ongetroost van zijn reis in Bucharest terugkeerde noemde dezer dagen in de Kamer, den toe stand waarin Rumenië verkeert, van zeer ernstigen aard. Zeker mag de Minister, die een gevoelig échec te Weenen en voor- O O al te Berlijn ondervonden heeft, zoo spre ken In Berlijn zocht hij hulp bij den man van ijzer en bloed bij den huichelaar en den vriend, maar tevens ook den geheimen bondgenoot van den Russischen dwinge land. Rusland gesteund door von Bismarck En voor er een jaar verloopen was, kon de leerling zijnen meester aan het einde van een brief, waarin hij uitvoerig over zijne studiën en composities bericht gaf, en hem de partituur eener ouverture „la Chasse du jeune Henri" zond schrijven „De Parijzenaars zijn dwaas geuoeg nu reeds „van den grooten Méhul" te spreken en te schrijven. Voor U echter ben en blijf ik tot aan 't einde van mijn leven „de kleine Etienne." Ofschoon Etienne Méhul vlijtig studeerde en componeerdeen werkelijk beroemd begon te worden, dacht hij echter wel degelijk aan zijne Marion de kleine koriste en Désirée Edel- mann. Aan de eerste verbond hem ook nog het gevoel van dankbaarheidwant zonder haar zou hem immers nooit het geluk ten deel zijn gevallen leerling van den grooten Duitschen meester te worden. Etienne Méhul ontving van zijn vroegeren meester natuurlijk geen onderwijs, doch iederen die zich wel een weinig op den achter grond plaatst in de Oostenrijksche zaken maar die tevens in 't geniep den Czaar behulpzaam is, 'om wederkeerig den knoet onder bescherming van den Rus op zijn beurt te hanteeren, deinst niet terug om prins Karei als vorst van Rumenië aan den dijk te zetten. Men staat immers verbaasd dat von Bis marck in zaken het Oosten oogenschijnlijk radeloos en machteloos staat. Ware dit zoo niet, hij zou zeker niet hebben geduld, dat zijne bepaalde aankondiging van een Europeesch Congres voorbarig genoemd werd, en zeker drukt dit onwelkome sa mentreffen van de binnen- en buitenland- sche crisis zwaar op den vermoeiden man. In zijn rol van makelaar" voor Rusland is de Rijkskanselier in den laatsten tijd ook niet al te gelukkig geweest. In de Weener Neue Freie Presse vinden wij heden een sensatie-artikel tegen von Bis marck. Zij verwijt hem tot nog toe in de Oostersche quaestie een slecht profeet te zijn geweest. »En in weerwil daarvan" zoo gaat zij voort blijft de groote Duitsche na tie gretig naar hem luisteren, laat zij hem meester over haar lot, hare rust, haren wil, haar geweten. Is het met de waardig heid van zulk eene natie niet in strijd, zoo slaafsch aan den leiband van één man te loopen? Heeft een volk geen andere roeping dan aanbiddend voor een reusach tige n afgod neder te knielen? Het wordt hoog tijd dat het Duitsche volk hierop ant woord geeft!" In de Russische liniën nabij Erzerum woeden de typhus koortsen en eischen vele slachtoffers. Rusland heeft in Sunderland 100,000 ton steenkolen besteld, om terstond te worden afgeleverd. De kolen zullen op stoomschepen naar de Oostzee havens wor den vervoerd. De aanleg van verschansingen aan de Turksche verdedigingslijnen is met ijver hervat. Naar de omstreken van Buyukdere is artillerie gezonden. Uit Berlijn telegrafeert men: Rus land en Engeland zijn het in beginsel eens geworden, over de verwijdei'ing der mili- avoud kon men den jongeling in het kleine huis van Edelman vinden. Twee slanke meisjes Marion was na den dood harer tante bij Désirée gaan wonen kwamen naar hem toe de oude meester reikte hem de hand en de musicusdien gansch Parijs vereerde, speelde met Marion en Desiré zoo lustig vangbal, alsof hij nimmer iets anders gedaan had, en alsof er geen contrapunt in de wereld was. Nu en dan gebeurde het echterdat hij in 't midden van het spel stil stond een ernstig gezicht zette, zijn schrijftafel te voorschijn haalde en allerlei noten krabde. „Wat doet gij daar vroeg hem eens zijn vroegere meester. „Ik componeer eene opera voor de zangeres Beau- ménil; ik heb haar dit belooid en de tijd vliegt voorbijbinnen een jaar moet ik gereed daarmede zijn. En binnen een jaar was zij gereed, de schoone opera „une Folie" genaamdzij werd met den rnees- ten bijval opgevoerden Beauménil zong de hoofd partij. Dit was de eerste avond, waarop Etienne geen vangbal speelde. Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1878 | | pagina 1