NIEUWE
No. 188.
Donderdag 18 Juli 1878.
3e Jaargang.
Onze Nationaliteit.
Pamilie-Regeering.
Moderne Opvatting.
Eene Godsdienstoefening der
Vrije Gemeente."
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlemf 0,83
Buiten Haarlem franco per posj1,
Afzonderlijke Nummers 0.06
Dit blad verschijnt
Eiken WOENSDAG en Z A T E K D A G.
BUREAU: St. Jansstraat Haarlem.
SfMSrnsXDTu
C
gijps®#»
AGITE MA NON AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIEN
Van 16 regels30 Cents.
Elke regel meer3
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen '13 cents per advertentie a Contant.
Advertentiën worden uiterlijk D i n g s d a g- en V r ij d a g-
avond ingewacht.
Uitgevers KÜPPERS LAUREY.
Onder de telegraphische berichten der
laatste dagen is er een uit Londenvolgens
hetwelk Lord Robert Montagu de Britsche
Regeering verzocht Maandag te zeggen of
zij kennis draagt van een verdrag tusschen
Nederland en Duitschland, ten gevolge
waarvan het eerstgenoemde zich zou aan
sluiten bi] het Duitsche Rijk.
Eenige dagen geleden zeide de Univers
»In politieke kringen te Parijs, loopen
geruchten omtrent de aanstaande openbaar
making van een tolverbond tusschen Duitsch
land en Nederland, dat ten gevolge zou
hebben de toetreding van dit land tot het
Duitsche Rijk.
.Tegenover Engeland zou dit tractaat een
soort tegenwicht zijn voor de annexatie
van Cyprus. De tegenwoordige reis van
Z. M. den Koning naar Weimar en het
jongste verblijf van prins Hendrik te Ber
lijn zouden met de tot standkoming ei van
in verband staan."
Wij twijfelen nog aan de echtheid dezer
geruchten. Onder eene liberale regeering
echter is veel mogelijk. De huwelijken door
onze Nederlandsche Prinsen en Prinsessen
vroeger en thans gesloten en nog te sluiten
zijn ook oorzaak Voedsel aan dergelijke
berichten te geven; trouwens wij kalme
Nederlanders zien de zaken zoo zwart niet
in. 't Zjjn alleen de pessimisten in den lande
die aan den horizon van ons politiek bestaan
donkere vlekken zient Is althans te
hopen
De Hemel beware ons van Duitsche,
maar vooral van Pruisische overheersching.
Het land der Mei-wetten, der Pickel-
hauben en der moderne Bildung kan onze
sympathie niet verwekken.
Naar aanleidingvau het belachelijke adres
dezer dagen uit eene Duitsche gemeente aan
prins von Bismarck gezonden waarin adres
santen in alle ernst aanwijzing vragen van
een der familieleden van den Rijkskanselier
ten einde dien als candidaat voor den Rijksdag
te stellen geeft het Scliwarze Blatt zijn leed
wezen te kennen dat von Bismarck niet
meer zonen bezit. Want er bestaat geen
FE BILLET ON.
DE MANESCHIJN-SONATE.
Beethoven deed op zekeren avond in de om
streken van Bonn een dier eenzame, verre wan
delingen, die hij zoo zeer lief had en waarop
hij de wereld geheel vergetende, vele zijner heer
lijke werker, schiep, die hij dan te huis slechts
behoefde op te schrijven.
De toonen van een piano, die uit eene een
voudige woning kwamenmaakten den com
ponist uit zijne droomerijen wakker. Verwonderd^
bleef hij staan en luisterde. Eene kunstvaardige
hand speelde een zijner compositiën en door een
onweerstaanbare macht gedreven, trad hij het
huisje binnenbeklomde toonen volgendeden
trapopende de deur van een vertrek en trad
binnen. Een jong meisje zat aan 't klavier.
„Zijt gij 't lieve vader?" vroeg zij toen ze het
openen der deur hoordezonder omzien of sta-
eenvoudigere oplossing van alle parlamen-
taire moeilijkheden met het Ministerieële
absolutisme wanneer de regeeringsmeerder-
heid was samengesteld uit de zonen van
den Minister-Vader. De acht oudsten kon
den tot onder-ministers benoemd worden en
alle beraadslagingen en regeeringsbesluiten
konden in den geest der liefde, eendracht
en Gemüthlichkeit geleid en genomen worden.
Bij onstentenis van het benoodigde aan
tal familieleden, moest de Minister-presi
dent de macht hebben het vereischte getal
te adopteeren, en in een oogwenk zou de
familieregeering gevestigd zjjn.
De vinding is niet nieuw. Wij kennen
wel regeeringen die in 't begeven van hooge
ambten en betrekkingen het zelfde zwak
betoonen en openlijk doen blijken dat zij
in dit opzicht ook nog al familieziek zijn.
Alleen in het liberale, vrijheidlievende
Nederland behooren dergelijke eventualitei
ten tot de onmogelijkheid?
De Heer C. J. Brutel de la Rivière, pre
dikant alhier een man die in de Standaard
van 11 Juli verklaarde, de neutrale school
slechts te aanvaarden »als een noodzakelijk
kwaad," en voor zich verreweg de voor
keur te geven .aan een onderwijs geheel
doordrongen van den geest van Christus,"
heeft thans in het Evangelisch Zondags
blad zijne afkeuring uitgesproken over het
zoogenaamd volkspetitionnement en tot deel
neming daarvan gewaarschuwd.
Hij noemt dit petitionnement volksmis
leiding. Zeg mij, wat gij wilt? vraagt hij
den leiders. Wat moet de Koning doen?
Het Ministerie ontslaan, de beide Kamers
ontbinden? Een dubbele Kamer te samen
roepen om de Grondwet te herzien? Wilt
gjj dat? Zeg het dan met ronde woorden.
Maar gij weet, dat dit alles niets zal
baten.
Wat wilt gij dan? gaat hjj voort. Een
coup d' état Wilt gij dat de Koning de
geheele constitutie zal onderst boven werpen?
Weet gij wel, gij die deze gansche be
weging op touw hebt gezet, wat gij doet?
Of de Koning zal niet antwoorden op
uwe petitiën en het volk zal denken: »de
Koning laat zich evenmin als andere hoog-
O O
king van haar spel. Eerst toen zij het stuk ten
einde had stond zij op, wendde zich om en zeide:
„Kom toch hier, lieve vader en laat mij u om
helzen achik kan u immers niet tegemoet
komen!" Beethoven trad nader. Hem trof een
treurig schouwspel. Voor hem stond een jong
meisje van hoogstens zestien jarenuit wier
schoon bijna volmaakt gevormd aangezicht hem
twee sehoone blauwedoch doffe oogen aan
staarden. Hij stond voor eene blindedaar was
geen twijfel aan. Een diep medelijden vervulde
het hart van den toonkunstenaar en ontrukte
hem een smartelijken zucht, luid genoeg om het
blinde meisje te overtuigen dat zich een vreem
deling in hare nabijheid bevond.
//Wie zijt gij?" vroeg zij angstig, gij zijt
mijn vader niet."
„Neen,// sprak de toondichter, „doch stel u
gerustik ben een vrienddieuitgelokt door
uw betooverend spel, gekomen is om u dank te
zeggen voor het gevoel en uitdrukkingdie
gij aan een zijner toonstukken geeft."
„Hoe! zijt gij dan Beethoven?" vroeg het
geplaatste personen aan ons zieleheil gele
gen zijn."
Of de Koning zal zeggenIk ben ge-
O ©O
bonden door mijn ministerie en de beide
Kamers," en dan zullen deze de schuldi
gen zijn.
Doch gij weet het maar al te wel, de
schuldige moet elders gezocht worden. De
verdeelde Kerk is zelve oorzaak van den
toestand waarin we leven. Tegenover al de
secten waarin de Kerk verdeeld is moet de
Staat zich op een onzijdig, neutraal stand
punt plaatsen. Hij moet aan de secten de
vrijheid laten om zich te ontwikkelen, ook
om scholen op te richten; maar onder
steuning geven aan een of twee of drie van
haar, dat kan hij niet.
Dominé Rivière vergeet echter dat er een
hemelsbreed onderscheid bestaat tusschen
het geven van ondersteuning en het bijna on
mogelijk maken van het bijzonder onderwijs.
Immers bijaldien het thans aanhangige
schoolwet-ontwerp tot wet verheven wordt
staat het bijzonder onderwijs op denzelfden
voet als de zoon van Pierot die van zijn
potsenmakenden vader een tambourin ten
geschenke ontving echter onder de uitdruk-
O 0
kelijke voorwaarde geen rumoer of leven
te maken.
De opvatting van Dominé Rivière is zeer
onjuist en getuigt van 's mans hoogst een
zijdige en ondoordachte beschouwingen.
»Op de vraag (zoo die door sommige
lezers mocht gedaan zijn) hoe de prediking
in de Vrije Gemeente te Amsterdam is inge
richt, en wat haar prediker of voorganger de
gemeente zoo nu en dan verkondigtdiene
O 7
het volgende:
Zondag-voormiddag trad de heer P. H.
Hugengoltz Jr. in het gewone locaal Maison
StroucJeen, bij de Leidsche poort, op, las
eerst een gedeelte voor van de spreuken
van Confucius en daarna onderscheiden
sehoone spreuken en gezegden van Paulus,
waaruit de spr. tegenwoordig bezig is een
bloemlezing te verzamelen.
Hierna werd een Evangelisch gezang ge-
zono-eu. Vervolgens weder het woord ne-
mende, behandelde hij de treffende gebeur-
blinde meisjeen een vloed van tranen ont
glipte bare oogen "o, boe ongelukkig ben ik, den
man dien ik boveu alles hoogacht en vereer in mijne
nabijheid te hebben en niet te kunnen zien. Sinds
twee jaren door eene hevige ziekte van het ge
zicht beroofd, is de muziek mijn eenige troost
geweest. Zonder haar ware ik misschien reeds uit
wanhoop gestorven. Uwe werken in 't bijzonder
zijn het mijnheer Beethoven, die mij de wereld
en mijn leed doen vergeten, mij in hooge sferen
leiden.
„Arm kindsprak Beethoven„gij kunt mij
niet zien, maar gij zult mij hooren."
Hij plaatste zich voor 't klavier, een traan
rolde langzaam van zijne wang, de smartelijke
gevoelens die hem bezielden, smolten in toonen,
terwijl zijne vingers het klavier de gevoelvolle
elegie ontlokten bekend in zijne meesterstukken
onder den naam van: de Maneschijn-sonate.
DE STAD VAN DEN EEUWIGEN REGEN.
Zoo mag men wel het Noorweegsche Bergen
tenissen der jongste tijden en wees daarbij
op de onrustbarende toeneming van diefstal,
dronkenschap en prostitutie.
»Hij betoogde voorts, dat het onderwijs
het krachtigste hulpmiddel is om deze on
deugden te bestrijden; dat daartoe evenwel
de Bijbel op de school niet noodig is,
en dat onze Kappeyne" zulks terecht had
begrepen, zooals bleek uit zijn wetsontwerp
dat thans in behandeling is. Hij verklaarde
voorts, dat de Bijbel als volksboek alles
behalve is aan te bevelen, want dat men
met den Bijbel in de hand bovengenoemde
ondeugden kon verdedigen.
Aangezien de spreker ditmaal bijzonder
gedisponeerd was en moeilijk van zijn on
derwerp scheen te kunnen scheiden, ver
toonde de kastelein van het concertgebouw
zich ten half 12 ure zoo nu en dan in de
zaal, zag schouderophalend eenige malen
den spreker aan en haalde daarbij telkens
ongeduldig zijn horloge voor den dag, als
om den redenaar te willen indachtig maken
dat er reeds personen waren, die ten 12 ure
naar de matinee musicale kwamen luisteren.
(Zooals bekend is maakt de kapel van het
7e reg. inf. directeur de heer Sonnemann,
hier des Zondags van 12 tot 3 ure muziek.)
Evenals aan alles, kwam echter ook aan
deze prediking een einde, eü maakte de
aandachtige schare plaats voor de liefheb
bers van Euterpe."
Wij hebben medelijden met de leden en
volgelingen van de Yrije Gemeente maar
wij sidderen bij de gedachte aan de ver
antwoording die zulk een Godvergeten voor
ganger van het moderne heidendom op zich
durft te laden.
Droevige teekenen des tijds!
Het OOSTEN.
De gevolmachtigden van het Congres zijn
naar hun landen teruggekeerd en het groote
werk is volbracht. De vrede is tot stand
gekomen en prins von Bismarck heeft zich
daarbij op nieuw even sluw en listig ge
dragen als altijd. De prins kan zeggen zoo
drukt de Weener Neue Freie Presse zich
uit, dat hij zijn schuld aan Rusland heeft
betaald en dat Duitschland tegenover die
Mogendheid zijn volkomen vrijheid heeft
herkregen.
noemen. Het regent bijna altijd in Bergen. Of
dit nu aan den invloed van den daar voorbij-
trekkenden golfstroom moet toegeschreven worden,
die de jaarlijks 80 duim in doorsnede bedragende
regenmassa van den morgen tot den avond over
de stad uitgiet, of eene andere omstandigheid
hierbij ten grondslag ligt genoeg, Bergen
had voor drie jaar gedurende den geheelen zomer
slechts 14 dagen zonneschijn. In vergoeding
daarvoor is echter het klimaat zeer zacht, zelden over
treft de winterkoude 89 graad Reaumur en alle
tuinplanten staan daar en in den omtrek buiten
gewoon weelderig, zelfs de wijn gedijt er vele
jaren voortreffelijk.
Een Bergenaar wandelde eens met een vreemde
ling door de stad, die verbaasd opmerkte, dat zijn
geleider in weerwil van den helder geworden hemel
met de parapluie op naast hem stapte en maakte
hem daarop opmerkzaam. Dat zie ik wel„was
het antwoord „maar bij ons is het de moeite
niet waard de parrapluie te sluiten zoo lang men op
straat gaat."