NIEUWE
No. 192.
Donderdag 1 Augustus 1878.
3e Jaargang.
Zoo zijn er!
Een zonderlinge vergissing.
Een moderne Janns.
Emancipatie.
Een hatelijke insinuatie.
H44RlMSrUË
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlemf 0,85
Buiten Haarlem franco per post1,
Afzonderlijke Nummers 0.06
Dit blad verschijnt
Eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
BUREAU: St. Jansstraat Haarlem.
ITIIKD
AGITE MA NON AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Van 16 regels30 Cents.
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 cents per advertentie a Contant.
Advertentien worden uiterlijk D i n g s d a g- en V r ij d a g-
avond ingewacht
Uitgevers KÜPPERS LAUEE
't Is kermis in 't dorp, en de blonde boerinnen
Verzeilen de vrolijke boeren ten dans.
J. van BEERS.
Onder het devies veredeling der volks
vermaken* ageert een zekere partij in den
lande sinds jaren tegen de voorstanders en
aanhangers der kermisvermakelijkheden. Het
Nederlandsche volk echter wil voorloopig
niets weten van de zoogenaamde veredeling
en ten spijt der moderne philantropen keert
jaarljjks op gezetten tijd de traditioneele
kermis weder. Niet alle modernen echter
verzetten zich tegen de viering van dit
volksvermaak. Het tegendeel is waar. Er
zjjn zelfs moderne dominés die hunne over
tuiging in dit opzicht niet verloochenen en
door woord en daad der wereld kenbaar
maken dat zjj in zake van volksvermaken
nog min of meer conservatieve begrippen
hebben. Het Wagtningsche Weekblad van 27
Juli 11. levert ons een klinkklaar hewjjs tot
staving van ons gezegde. Genoemd weekblad
vermeldt het volgende:
„Als een bewijs hoe ernstig sommige mo
derne dominés hun roeping opvatten, deeltm we
mede, dat twee hunner onlangs op een Zondag
na waarschijnlijk 's morgens eerst in hun eigen
gemeente gepredikt te hebben, in een naburig
dorp met hunne respectieve echtgenooten kwa
men kermis houden, 's Middags zaten ze voor
't logement, natuurlijk in tegenwoordigheid en
in vereeniging met de andere kermisgasten. En
de kermispret werd door de eerwaarde heeren
en hunne echtgenooten, 's avonds besloten met
zich inden mallemolen, ieder hunner al draai
ende met de bekende rateltjes, te laten rond
trekken. Dit geschiedde op een dorp in 't
noorden van Noord-Holland."
Het Wagtningsche Weekblad schijnt zich
nog al boos te maken op deze kermisvie-
rende dominés. Maar tel mat/re, tel valet.
Heeft Luther niet gezegd:
Wer nicht Hebt Wei», Weib mul Gesang
Der bleibt ein Narr sein Leben lang.
De eerwaarde heeren hebben dus het
voorbeeld gevolgd van hun meester. Zeker
hebben ze 's middags voor 't logement niet
op een droogje gezeten, de dames aan hun
zijde en het welbekende rateltje diende liet
FE UILLET O N.
DE DOCHTER VAN DEN
UITGEWEKENE.
Vervolg.
Op dat tijdstip van staatkundige woelingen
Waarin men de edellieden als wilde dieren ver
volgde, waren deze nachtelijke tochten niet onge
woon ieder soldaat was verheugd eene beschut
ting tegen het slechte weder te vinden. De mid
delen om de koude te verdrijven wareu voorhan
den zij hakten hoornen om, die zij zonder plicht
pleging in de hut wierpen. Al de manschappen
maakten een cirkel om het knappende vuur;
toen de warmtestof de leden ontdooid en ieder
goed geluimd hnd gemaakt, begon er een vroo-
lijk gesprek te keerschen, dat door den brande
wijn gekruid werd, dien de bevelhebber de voor
zorg bad genomen dien dag te verdubbelen. On
gevoelig volgde op den brandewijn de looden
slaap, het uitwerksel der Uitte en der vermoeinis.
De schildwacht bleef alleen belast met de bewa-
eerwaardig gezelschap zeker tot accompag
nement van een vrolijk kermisbed. Het
Wageningsclie Weekblad vermeldt niet hoe de
dominés met hunne respectieve echtgenooten
in den mallemolen hebben plaats genomen.
Wij veronderstellen de dominés ieder op
een leeuw en de dames in een bak
Het meergemelde weekblad make zich in
't vervolg niet boos wanneer er berichten
hij de redactie inkomen betreffende pret-
makende dominés. Trouwens voor men be-
x-ispt moet men altijd eerst beproeven of
men verontschuldigen kan.
De eerwaarde heeren brachten de woor
den van hun meester in praktijk en meen
den in de draaiende beweging der caroussel
een aanschouwelijk beeld hunner draaiende
leeringen te zien.
Tot handhaving van het geestelijk gezag
en tot behoud van het moreele overwicht
gebruikten de eerwaarde heeren vreemdsoor-
tige middelen, 't Moet voor hunne geloovige
eremeentenaren dan ook een verrassende ver-
schijning geweest zijn toen ze daar hunne
srodsdienstleeraren bras dessus bras dessous
op de kermis zagen bommelieren.
O temporao mores!
In het jaar 1876 verscheen te Amsterdam
het boekwerk getiteld Mariedoor G. J.
van der Hoeve. In het laatste Gidsnommer
komt van de hand van Mevrouw Koorders
eene beoordeeliug voor van dit werk. Die
beoordeeling levert een nieuw bewijs voor
het gevaarlijke van de methode om uitliet
werk van een schrijver tot diens karakter,
tot zjjne persoonlijke overtuigingen en ge
voelens te besluiten. Mevrouw Koorders
komt nameljjk uit den inhoud van het hoek
tot de gevolgtrekking, dat de schrijver,
hoezeer afkeerig van het ultramontanisme,
»een trouwe zoon der Roomsch katholieke
kerk is.» Le style eest Vliomme, maar ons
dunkt dat van der Hoeve vreemd zal opzien
als hij het oordeel van Mevrouw Koorders
over zijn persoon hoort of leest. De schrij
ver van Marie* is toch zoo weinig »een
trouwe zoon der Roomsch-Katholieke kerk,«
dat hij zelfs predikant is bij de Nederlandsch
hervormde Gemeente te Spanbroek.
king der gevangenen, die sidderend in een don
keren hoek der hut lagen uitgestrekt. Maar de
schildwacht zelf bezweek onder de dronkenschap
in den slaap, en begon weldra gelijk zijne ka
meraden te snorken. Een enkel man waakte vóór
allen bij (leze gelegenheidhet was de bevelheb
ber van den troep. Nadat hij zich verzekerd had,
dat zelfs het vergaan der wereld de slapers niet
zou wekken, naderde hij zacht en langzaam de
gevangenen.
Moedzeide hij hun met zwakke stem, het
oogenblik van (1e vlucht is aangebroken. Paarden
wachten u aan het kruis hij den eik ik heb oo k
paspoorten voor u, bier zijn ze; ik heb om het
bevel van dezen tocht gevraagdhet was het
eenige middel om u te redden.
De Markies wilde in dankbetuigingen losbarsten,
maar de jonge man onderbrak lieni en zeide
ik eisch slechts éene zaak den eed, dat gij nimmer
de wapenen tegen Frankrijk zult dragen; op die
voorwaarde geloof ik niet, door uwe vlucht te
bevorderen, aan mijn plicht te kort te doen
maar integendeel eene misdaad aan mijne mede-
Wij twijfelen zeer, al mochten wij 't
hoopen, (lat de heer van der Hoeven met
deze inlijving vrede zal hebben, maar 't zij
ter verschooning van de beoordeelaarster ge
zegd dat zij zich van 't ware spoor heeft
laten leiden door dien het den begaafden
schrijver van Mariegelukt is en hij uit
zijn standpunt den moed had het schoone, het
verhevene, het ware, het goede der Roomsch
Katholieke kerk te waardeeren en te ver
kondigen.
Een staaltje van liedendaagsche inconse
quentie geeft ons de Arnhemsche Courant
te lezen. Men oordeele
Nadat Zondag jl. door de pi-edikanten
der gemeente was opgewekt tot teekening
van het adres aan Z. M. den Koning in
zake de onderwijswet, werd Woensdag
avond te Woerden de aangekondigde bid-
O O
stond gehouden onder leiding van ds T. J.
O O
Jansen Schoonhoven, tevens voorzitter van
de afdeeling Woerden der Maatschappij tot
Nut van 't algemeen.*
Aan- een drukfout valt hier niet te den
ken, aan eene vergissing evenmin. Dus aan
een wonder. Want zonder dat is het on
verklaarbaar hoe iemand een bidstond lei
den kan ten gunste van het bijzon
der onderwijs en tegelijk, als voorzitter van
't Nut, (1e openbare school kan voorstaan.
Niemand kan twee Heeren dienen. Dit
a governo van dominé Jansen Schoonhoven
Het hoofdartikel in het jongste nommer
van Ons Strevenheeft eene strekking die
men geenszins in een vrouwenorgaan der
moderne emancipatie verwacht.
Het artikel betoogt dat de man, die in
den regel meer dan de vrouw nxet het hoofd
werkt, werkelijk behoefte kan hebben zich
eens door reizen te ontspannen, en dat de
vrouw, als de middelen het niet toelaten,
niet altijd behoeft mede te gaan.
De Amerikaansche geëmancipeerde dames
denken er echter anders over. Te Pax-ijs is
zoo als men wellicht weet een vrouwen
congres aan het praten.
In de eerste zitting hebben de Ameri-
burgers te besparen.
De markies deed den gevorderden eedde
markiezin drukte (1e hand van den officier aan
haar hart, en zeide hem op teederen toon: Jus-
tinus! gij zijt een edel jong menscli.
Mevrouw antwoordde hij zedig, ik heb de her
innering aan uwe goedheid behouden, toen ik
slechts de zoon van een jachtopziener wasik zou
gelukkig geweest zijn, indien ik u mijne dank
baarheid in betere omstandigheden had mogen
toonenmaar ik heb de gebeurtenissen niet kun
nen veranderen.
De Voorzienigheid zal zich belasten met
u voor mij te beloonen, Justinus, hernam de
markiezin; Zij laat nooit eene goede daad onbe
loond.
In 's Hemels naam, haast u, vlucht, loopt
zonder opbonden tot de grenzen door, vermijdt
steden en houdt goeden moed!
Dit gezegd hebbende, maakte bij zich gereed
hunne vlucht te vergemakkelijken, door zelf de
deur te openen, toen de schildwacht, die verraad
droomde, alarm maakte. Ieder soldaat vloog naar
kaansche gedelegeerden druk het woord ge-
O 91
voerd. Zekere mevrouw Ward Howe, die
reeds tal van jaren in haar vaderland strijd
voert voor de losmaking van de vrouw van
het juk der mannen, betrad ook het terrein
der politiek en verklaarde zich zeer goed te
kunnen vereenigen met de republikeinsche
trilogie, mits men haar een klein amende
ment toestond, namelijk om de leus te doen
diulenLiberte! Egalité! Maternité!
Men ziet het, homogeen zijn de geëman
cipeerde dames der oude en nieuwe wereld
nog niet.
Wij geven in gemoede den raad aan
Mevrouw Howe om boven en ouder de re
publikeinsche trilogie te plaatsen het woord
absurdité. En der redactie yan Ons Stre
ven raden we voortaan wat meer voorzich
tigheid te gebruiken in hare beschouwingen
O c5 O
van sociale en huiselijke toestanden. Als de
middelen het niet toelaten om te zamen op
reis te gaan dan blijve de man ook te huis.
De uithuizigheid der huisvaders is toch reeds
een kanker der hedendaagsche maatschap
pij. Zij behoeft waarlijk niet te worden aan
gekweekt.
Naar aanleiding van het besluit tot af-
schaffing van het coelibaat, door de Duitsche
oud-katholieken op hunne synode te Bonn
genomen, hebben de Nederlandsche oud
katholieken zich van de Duitsche en Zwit-
sersehe afgescheiden. Blijkbaar, zegt het
Evangelische Zondagsbladzijn onze oud
katholieken bang geworden. Ze hadden in
o O
vereeniging met de Duitsche iets goeds,
misschien iets groots kunnen doen, maar....
ze dorsten niet. Ze zijn teruggetreden in het
duister, waarin zjj zich vroeger verscholen
hadden.
Het Evangelisch Zondagsblad verklaart
niet waarin dat goeds en groots zou kunnen
bestaan. Wij noemen daarom deze tirade
eene hatelijke insinuatie. Wanneer men
iets verkondigt of wenscht aan te duiden
dient men dat met bewijzen te staven of
althans uitlegging te geven. Dat Neerlands
oud-katholieken zijn teruggetreden komt ons
zeer begrjjpelijk voor. Mochten ze nog een
stap verder treden en zich verzoenen met
de eenige en ware R. K. kerk. Met de ket-
zijn geweer; (le gevangenen kropen op niew in
hunnen hoek en hielden den adem in, terwijl
Justinus, na zijne troepen bij den naam te heb
ben opgeroepen, den schildwacht deed aflossen en
het ordewoord gafvervolgens verviel weder alles
in de diepste stilte, die slechts door het gesnork
der soldaten werd onderbroken; maar de schild
wacht sliep niet meer, en zijne makkers zouden
waarschijnlijk ook spoedig ontwaken.
De angst der bannelingen vermeerderde van
minuut tot minuut, de nacht vlood voorbij, en
met den nacht elk middel ter ontvluchting.
Het zou zelfs Justinus onmogelijk worden hen
te redden, indien hij dit oogenblik niet waarnam.
Er moest een middel gevonden worden; de
jonge man peinsde hierover en kon maar niets
verzinnen, wat hem voldeed, tot hij eensklaps
een besluit namhij opende de deur, on
der voorwendsel de luclit gade te slaan, en ter
wijl de schildwacht hem den rug toekeerde, liet
hij de gevangenen éen voor een ontsnappen.
Wordt vervolgd).