NIEUWE
No. 206.
Donderdag 17 April 1879.
4e Jaargang.
BUITENLAND,
Liberale Kiesvereenigingen.
Een nieuw grondwetsartikel.
Verschil van opinie.
Geld.
Frankrijk.
Duitschland.
MiRWHE COlftAlST.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem0,85
Buiten Haarlem franco per post1,
Afzonderlijke Nummers0,06
Dit blad verschijnt:
Eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
BUREAU: St. Jansstraat Haarlem.
JE MAIN hemxra j
AGITE MA NON AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIEN
Yan 16 regels30 Cents.
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Avertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrijdag
avond ingewacht.
Uitgevers KÜPPERS DAUREY.
Een grootsch denkbeeld van de betee-
kenis der kiesvereenigingen in Nederland
geeft, volgens het DagbladAmstels Grond
wet.
Er is namelijk eene vacature in de Pro
vinciale Staten van Noord-Holland. Om
daarvoor een candidaat te stellen, kwam
opgenoemde vereeniging de Grondwet in
algemeene vergadering bijeen en ten slotte
behaalde Mr. N. J. den Tex de overwin
ning op Mr. C. W. E. Vaillant, met
één stem meerderheid: hij kreeg name-
ljjkvijf stemmen.
Ce nest pas jurer gros.
Aan die vijf stemmen zal dus de heer
den Tex zijne benoeming te danken
hebben.
En dat noemt men dan in Nederland:
de uiting van den volkswil.
Proficiat!
Volgens de Gelderlander beleven de in
gezetenen te Surhuisterveen eene school
werkstaking. De hoofdonderwijzer met de
geïncrimineerde turven houdt van zelf geen
klas meer; hulponderwijzers met of zonder
acte voor turfverstoken zijn er niet, en
niemand zal naar deze vermaarde, histo
risch geworden plaats solliciteeren.
Nu Surhuisterveen, naar aanleiding van
drie turven in 't veen ziet men anders
op geen turfje klaar is met faire l'his-
toire, is die gemeente begonnen met écrire
l'histoire der turfkist. En geschiedenis
schrijven gaat niet samen met onder
wazen.
't Gerucht wil, dat het Dag. Bestuur der
gemeente in dezen nood zal aanvangen
met de voorloopige uitvoering van een
nieuw grondwetsartikel, dat waarschijnlijk
bij eene eventueele herziening zal worden
toegevoegd:
»X Hoofdstuk. Van het onderwijs en
het armbestuur.
Art. 194 bis. De openbare turven zijn
een voorwerp van de aanhoudende zorg
der regeering.
De inrichting van de openbare turfbe-
deeling wordt, met eerbiediging van ieders
FEUILLETON.
DE VERZOEKING.
Vervolg.
Haar laatste woord, terwijl zij haar kind hem
aan 't harte legde was een woord van innigen dank
voor zijne liefde, voor zijne trouw en dank aan
God dat zij nog te rechter tijd haar doel had
bereikt.
VII.
Terug op den geboortegrond.
De gouden morgenzonneschijn lag op de oude
stad en op hare omgeving; ook het verblijf der
dooden, het kerkhof, ontving door het heerlijke
licht een vriendelijk aanzien. Prachtig glinsterde
de zon in de duizende dauwdroppels die aan
bloemen en gras hingen, zij spiegelde zich ook
in de tranen der drie menschen, die weenende
voor de open groeve stonden waar de met bloe
men bedekte lijkkist zoo even was nedergedaald.
economische begrippen, door de wet ge
regeld.
Er worden overal in het Rijk van over
heidswege voldoende openbare lange tur
ven gegeven.
Het geven van turven is vrij, behoudens
het toezicht der overheid, en bovendien,
voor zoover het korte en lange turven
betreft, behoudens het onderzoek naar de
hoedanigheid der veenen; het een en ander
door de wet te regelen.
Volgens sommigen zijn er te Surhuister
veen onderscheidenen, die zich zelfs ver
heugen in deze conversie van onderwijs in
turf, en alleen betreuren dat het gemeen
tebestuur geen seizoen vroeger daarmede
begonnen is.
De Nieuwe Rott. Courant meldt het
volgende:
Bij den heer J. J. Van Brederode te
Haarlem is ter teekening gelegd een adres
van adhaesie aan het bekende Amster-
damsche adres tegen de effecten-belasting.
Of misschien niet druk op dit adres ge-
teekend wordt en de heer Van Brederode
daarom voor zijne stadgenooten eenige aan
sporing noodig acht, in de Haarlemsche
Courant vindt men een door hem onder
teekend ingezonden stuk, waarin zijn adres
volgenderwijze wordt aanbevolen.
Op de meermalen gestelde vraag: wat dan? er moet
toch geld zijn om in de behoeften te voorzien", zou ik
kunnen antwoorden: „laat men allereerst bezuinigen en
alle sinecures afschaffen in de huishouding van den
Staat.
Moet er dan nog geld zijn, dan zal de natie zich wel
eene opoffering willen getroosten, men stelle dan flink
weg eene algemeene inkomsten- of verterings-belasting
▼oor, doch geene speldeprikken links en rechts; men
schaffe dan tevens de vermomde inkomsten-belasting (pa
tent) af, evenals die zoo gehate belasting op de successie
in de rechte lijn, waardoor weduwen en weezen, die het
verlies betreuren van het hoofd des huisgezins en den
broodwinner der familie, worden gedwongen daarvan nog
boete te betalen aan de schatkist.
Eene flinke hoofdschotel kan de natie gezond maken,
doch de menu van maag en hoofd bedervende gerechten,
welke ons thans wordt voortgezet, maakt de natie ziek en
zal ze ten slotte onwillig maken om ze langer te slikken.
Het „wat dan?" zou dan van belangrijker beteekenis
worden dan nu, nu het nog tijd is de inquisitorial#
baan te verlaten waarop wij worden gebracht.
Hoeveel millioenen de heer Vau Brede
rode wel denkt dat in ons land, onder den
De hand Tan den grooten, bleeken man lag op
den schouderder weenende vrouvrdie aan zijne zijde
stond; de andere hand hield het handje Tast van een
kleinen allerliefsten knaap wiens oogen, daar hij
het weenen der anderen zag het begrip van
hetgeen om hem heen geschiedde was nog te
hoog voor zijn kinderlijke ziel vol tranen
waren.
Zijn leed belette hem niet, het lieve gezicht
der jonge vrouw voortdurend te aanschouwen;
eindelijk vroeg hij haar „hebt gij mijne moeder
ook gekend wijl gij zoo om haar weent?"
Diep bewogen drukte Elisabeth den knaap
aan 't hart. „Ja, antwoordde zij, ik heb haar
gekend en ik zal doen wat ik haar heb beloofd
namelijk eene liefhebbende moeder voor u te
zijn."
Rein hard, die om zoo te zeggen met Elisa
beth zijne huwelijksreis naar Europa maakte
om haar zijn geboortegrond te laten zien, had
geen rust meer alvorens hij met zekerheid wist
wie de oorzaak was van de rampen die zijne
ecktgenoote het leven hadden gekost. Hij wilde
tegenwoordïgen regeeringsvorm, aan sine
cures worden verdaan?
Zelf schijnt hij een flauw vermoeden te
hebben, dat dit niet veel kan zijn. Althans,
voor het geval dat er na afschaffing van
de sinecures nog geld noodig zal zijn, geeft
hij in bedenking flinkweg" eene inkom
stenbelasting voor te stellen. »Eén hoofd
schotel", zegt hij, »kan de natie gezond
maken", en met de inkomstenbelasting zal
men »de inquisitoriale baan" verlaten. Zou
de heer Van Brederode er nooit van ge
hoord hebben, dat de minister Blussé in
dertijd reeds flinkweg" eene inkomsten
belasting heeft voorgesteld, maar dat de
vrienden en geestverwanten van den heer
Van Brederode toen van oordeel waren,
dat deze hoofdschotel de natie niet gezond
zou maken en dat juist de inkomstenbe
lasting ons op de inquisitoriale baan*
zou brengen
»Maar er moet toch in elk geval geld
zijn!" Wij staan, zegt de Arnhemsche, voor
dit alternatief: deze belasting, die thans
voorgesteld is de effectenbelasting wordt
bedoeld of de andere, die onvermijde
lijk voorgesteld zal worden; het geld moet
er zijn".
Die vaak snedige en geestige Arnhemsche
zegt het Wageningsch Weekbladkan toch
vreemde bokkesprongen maken. Heel kort
geleden betoogde ze, dat we de tering naar
de nering moesten zetten, niet meer uit
geven dan we ontvangen. En nu schijnt
ze dit reeds vergeten te zijn!
Neen, 't geld is er niet noodig, we kun
nen het met de tegenwoordige inkomsten
best doen, wanneer we het maar ernstig
willen. Ministers we herhalen wat we
onlangs schreven »die zoo roekeloos
met millioenen durven spelen, alsof deze
niet het zweet en bloed waren der natie
waartoe niet alleen de effectenhouders be-
hooren, gelijk de Arnhemsche foutief uit on
ze woorden afleidde - bekomen slechts
loon naar werken*, wanneer vertegenwoor
digers en natie aan zulke verspillers hun
congé geven. Dat ze 't heel spoedig be
komen mogen!
Maria wreken; hij, die in zijne goedaardigheid
nooit te voren iemand eeri scherp woord had
toegevoegd, beloofde plechtig den ellendeling te
ontmaskeren, geene toegevendheid te gebruiken,
wien het ook treffe.
Hij stelde het kind onder Elisabe th's bescher
ming en ging, bezield met vreemde gevoelens op
reis naar het dorpje, waar hij eenmaal zoo'n
hartroerend afscheid had genomen. Met een klop
pend hart liep hij op de bekende wegen, de
menschen die hij ontmoette en die hij groette,
kenden hem nauwelijks en zagen hem verwon
derd aan.
Met rasscken tred snelde hij voort; de pasto
rie ging hij voorbij, immers de nieuwe predikant
die er eerst sinds korten tijd woonde kon hem
geen opheldering van de zaak geven. Hij begaf
zich alzoo naar de kleine woning waar de weduwe
van den vroegeren predikant woonde. Eene oude
dame, op wier gelaat men duidelijk kon lezen
hoe zwaar zij geleden had, opende de deur; een
zachte blos bedekte haar aangezicht toen zij hem
nader aanschouwde en met verbazing zijn naam
Te Bayonne bevond zich dezer dagen een per
soon die door middel van bedwelmende vloei
stoffen op het onverwachts jonge meisjes bewus
teloos maakte, ten einde ze daarna het hoofdhaar
te kunnen afsnijden. Men zegt, dat de onverlaat
reeds is gevat.
Men deelt uit Toulon mede dat dezer dagen
zekere Bounat, landbouwer, aan een iepeboom
zijn twee paarden had vastgebonden; de dieren
hadden de takken van den boom afgegetenen
eenige oogenblikken later waren zij dood.
Te Marseille werden jl. Zondag door twee
Spaansche schepen 580,000 sinaasappelen aange
voerd.
Een visscher had eenige vrienden met hun
vrouwennegen in getaluitgenoodigd een plei-
ziertochtje te maken, welke uitnoodiging aange
nomen werd ondanks den zwaren stormdie de
schuimende golven hoog in de lucht zweepte.
Op de terugreis bleven dan ook de gevolgen
van zulk een roekelooze vaart niet uit, door een
windvlaag langs boord „kopsseisde" het lichte
vaartuig, schepte water en begon omiddellijk te
zinken. Door een boot, die men op sleeptouw
genomen had, werden nog eenige personen ge
red doch een drietal vrouwendie zich in de
kajuit bevonden, zonken met het vaartuig in de
diepte weg.
In het hospitaal te Rijssel werd een zekere van
Daele ingebracht, lijdende, naar gezegd werd,
aan koorts, doch bij nader onderzoek bleek hij
krankzinnig te zijn. Toch werd hij gehouden.
Des avonds ten 10 ure sprong hijin een onbe
waakt oogenblik, uit zijn bed en snelde naar het
venster. Juist wilde hij daaruit springen, toen
een geestelijke liefdezuster hem vast greep; .ie
man werkte zich echter toch naar buiten en dc
moedige zuster moest het zwevende lichaam toen
eenige minuten vasthouden, tot gelukkig hulp
kwam opdagen en van Daele van een wissen dood
gered werd. En zulke moedige verpleegsters wor
den door onverlaten nog dikwijls verguisd en
bespot.
Te Keulen werd op den eersten April het stand
beeld van von Bismarck onthuld. De Katholie
ken hebben zich bij die gelegenheid rustig ge
dragen. De liberalen hebben het genoegen niet
gesmaakt eene demonstratie te zien. Bij gebrek
aan twist met de tegenpartij hebben de liberalen
met elkander ruzie gemaakt; een Israëlitisch bur
gemeester heeft van een collega oorvijgen gehad.
De Keulenaarsechte Witzbrüderhebben nu de
geschiedenis Tan de onthulling geboekstaafd als
noemde. Onwillekeurig, zonder dat hij er zich
rekenschap van kon geven, werd hij in zijn arg
waan versterkt, dat hier en nergens anders de
knoop van zijn noodlot gelegd was.
De weduwe van den ouden predikant leidde
hem in eene kleine kamer; hij keek verbaasd
over de armoedige inrichting en over de in 't
oog loopende schraalheid die zich in alles toonde.
Had de overledene dan niet beter voor zijne
achterblijvenden gezorgd, terwijl hij toch, zooals
Reinhard vermoedde de hand naar vreemd
geld had uitgestoken? De oude dame nam on
middellijk het woord, zij betuigde haren dank
dat hij was gekomen en zeide voorts dat zij ook
begreep welke beweegredenen hem daartoe gedron
gen hadden.
Reinhard kon zijne bevreemding nauwelijks
verbergen: zou de stervende zijne echtgenoote
alles hebben verklaard wel is waar kon hij
toch nimmer vermoed hebben welke gevolgen
zijne daad na zich sleepte en in welke verwarring
zij hem had gebracht,
(Wordt vervolgd