NIEUWE
J. J BEIJNES.
J. J. BEIJNES
Donderdag 14 Augustus 1870.
4c Jaargang.
Gemeentcraads-verkiczing.
Eene kwaal des tijds,
BUITENLAND.
No. 300,
De Vrouw des Spelers.
Ook in ons land hebben helaas deze
misdadige feiten jaarlijks een verschikkelijk
cijfer. Uit het verslag aan den Koning van
de bevindingen en handelingen van het
geneeskundig staatstoezicht in het jaar
1877 ontleenen wij dat in Nederland in
dat jaar 183 personen door zelfmoord zijn
overleden.
België.
Duitsehland.
HMRLIMI rnilRAlT.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem
Buiten Haarlem franco per post.
Afzonderlijke Nummers
r 0,85
If—
0,06
Dit blad verschijnt
Eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
BUREAU: St. Jansstraat Haarlem.
AGITE MA NOR" AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIEN
Van 16 regels30 Cents.
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Avertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrijdag
avond ingewacht.
Uitgevers KÜPPERS 8c LAUKEY.
Kiezers van Haarlem
Op Donderdag 14 Augustus a. s. gebiedt
onze burgerplicht ter stembus te gaan.
Wien zullen we kiezen?
Ons dunkt de keus van een candidaat
zal ditmaal niet moeilijk vallen, vooral
wanneer wij nagaan den loop der zaken
van de laatst gehouden verkiezing. De in
alle opzichten aangewezen candidaat is de
Heer
Eene uitweiding over de hoogst gunsti
ge antecedenten van genoemden heer zou
vleierij worden. Ieder onzer weet dat deze
candidaat bekend is met den toestand on
zer gemeente en met de belangen der bur
gerij.
Gekozen wordende zal de heer Beijnes,
wij zyn er zeker van, de algemeene en bij
zondere belangeu van Haarlem's inwoners
naar plicht en geweten behartigen.
Kiezers! van andere zijden worden ook
twee candidaten gesteld. Wie zijn deze?
't Zijn vreemdelingen die eerst kortelings
zich hier met der woon gevestigd hebben,
die dus onmogelijk met de locale toestan
den onzer stad bekend kunnen zijn.
Kiezers! laat ons medewerken tot den
bloei en de welvaart van de stad onzer
inwoning en stemmen we allen eenparig
op den heer
een man die op industrieel gebied zich
heeft onderscheiden en die het aangeboden
mandaat stellig alle eer zal bewijzen.
Men zou meenen dat alle menschen, die
over het vrije gebruik hunner zinnen kun
nen beschikken, het eens zijn iu de be
oordeeling van den zelfmoord en dat er
slechts ééne stem opging tegen deze mis-
FEU1LLET ON.
I.
Vervolg.
Wij keerden haastig terug. Op de zelfde plaats
waar zij ons een paar minuten te voren voorbij
was gegaan, en waar zij in den heiligen naam
van God had gesmeekt, lag de arme vrouw
levenloos op den grond uitgestrekt. Een kreet
van angst of zelfs van pijn, was eene te gewone
gebeurtenis in deze treurige plaats, om iets meer
dan een voorbijgaand gissen naar de oorzaak, op
te wekken; niemand waagde zich uit de ellendige
huizen om te onderzoeken wat er was voorge
vallen; en zoo lag het arme schepsel daar dan
buiten kennis, in den hevig neerplassende regen.
Ik haaste mij het hoofd op te lichten, terwijl
zuster ltosa in een der beide winkels die open
waren, hulp ging zoeken. Mijn hart werd wee
en aangedaan bij liet zien van de geopende
wonden aan haar hoofd en voorhoofd en waar-
daad jegens God en den eigen persoon.
Ieder weldenkend christen moet de over
tuiging bezitten dat de met voorbedachten
raad en vrijwillig gepleegde vernietiging
van het eigen leven, ingrijpend is in de
door God gemaakte orde der dingen en bij
gevolg even misdadig als het vernietigen
van het leven van een onzer medemen-
schen. Afgezien van de omstandigheid dat
men bijna dagelijks van zelfmoorden leest
en hoort, die oogenschijnlijk met overleg
en koelbloedigheid worden voltrokken, ont
breekt het niet aan moderne philosophen
en andere zoogenaamde geleerdendie zich
de moeite geven, den zelfmoord, onder ze
kere vooronderstellingen te billijken en te
verdedigen. In deze gevallen spreken zij
dan niet meer van zelfmoord, maar van
vrij willigen dood« dien iemand kiest om
zijne zedelijke waardigheid te handhaven
of om voor ideeënte sterven.
Deze theorie is valsch, onhoudbaar en
getuigt van de meest rampzalige en godde-
looze denkbeelden van hen die ze durven
verkondigen. De Kerk veroordeelt den zelf
moord zonder uitzondering. Zij leert dat God
niemand boven zijne krachten beproeft,
dat voor hen, die God liefhebben, alles
ten beste geschiedt en dat de mensch, die
nimmer bij machte is de wegen Gods te
doorgronden, ook nimmer mag oordeelen
wanueer de tijd, die hern ter voorbereiding
van een ander leven, hier is geschonken,
zijn einde heeft bereikt. Wij spreken na
tuurlijk van zelfmoord die met voorbedach
ten raad en vrijwillig gepleegd wordt; wan
neer de krankzinnigheid aan den mensch de
vrijheid van den wil ontneemt, kan men
hem die de hand aan 't eigen leven slaat,
deze actie niet als misdaad aanrekenen.
Evenmin is er van zelfmoord sprake wan
neer iemand zijn leven waagt om dat van
een ander te redden; deze handeling is veeleer
te beschouwen als het hoogste bewijs en
de schitterendste getuigenis van zelfopoffe
rende naastenliefde.
Belangwekkend is de beoordeeling die
de zelfmoord in de verschillende wetboeken
vindt. Bij de oude Atheners werd van het
lijk des zelfmoordenaars ééne hand afge-
uit het bloed over een bleek gelaat, dat zoo
strak als de dood was, vloeide. Zij was op een
grooten steen gevallen, en de scherpe punt had
haar vreeselijk gekwetst. Ik kon haar niet van
den grond oplichten, maar plaatste haar hoofd op
mijne knie, en trachtte het gewonde hoofd met
mijn zakdoek te verbinden. Ik heb in mijn
leven menig vreeselijk oogenblik doorgebracht,
menig dat vol gevaar en angst was, maar geen
enkel scheen mij zoo vreeselijk toe als dat hetwelk
ik daar in den regen neergehurkt, doorbracht
met dien vreeselijken last in mijne armen. Iedere
minuut scheen mij een uur. Eindelijk kwam er
hulp. Zuster Rosa keerde met twee buren terug.
Een van hen herkende haar toen hij over haar
heen boog er. haar in 't gelaat zag.
„Ach!" zeide hij, „is zy het, arm ding, zij
woont daar, juist om den hoek; ik zal haar voor
u naar huis brengen."
't Was een Ier en een Katholiek, Cassi ge
naamd; die ons van aanzien wel kende. Zijne
kinderen, die ik vroeger geleerd had, hadden
onze armen-school bezocht.
Hij nam haar naar huis. Wij volgden hem
met de vrouw die ons was komen helpen, 't Was
houwen eu mocht de misdadiger geene
eervolle begrafenis hebben. Onder de re
geering der Romeinsche keizers werden
alle goederen van den zelfmoordenaar ver
beurd verklaard. In Pruisen mogen er nim
mer eerbewijzen geschieden bij de begra
fenis van zelfmoorders. De Oostenrijksche
wet gebiedt dat het lijk van een zelfmoor-
der zonder plechtigheid wordt begraven.
Het lijk mag bij de begrafenis door nie
mand vergezeld worden dan door een die
naar des gerechts, die zorg moet dragen
dat het in den voor zelfmoorders bestem
den grond, geheel afgescheiden van het
Kerkhof, wordt gelegd. Het kanonieke
recht heeft den zelfmoord steeds in over
eenstemming met de Kerk beoordeeld; het
ontzegt den zelfmoorder de kerkelijke be
grafenis en de rustplaats op den gewijden
akker. En de Kerk zal deze wet nimmer
veranderen al kanten de moderne vooruit
gang en de hedendaagsche verlichting er
zich tegen aan. Ja, de Kerk zal in dit op
zicht nog strenger te werk moeien gaan,
naar mate van wereldsche zijde het stre
ven te voorschijn komt om den zelfmoord
door allerlei sophistische theoriën te ver
ontschuldigen.
Helaas! het moderne ongeloof is oor
zaak dat het aantal zelfmoorden schrik
barend toeneemt. De statistieke tabellen
zullen er ons van overtuigen. Terwijl in
het jaar 1870 in Pruisen 2963 zelfmoor
den plaats hadden en dit getal in het vol
gend jaar tot 2723 daalde, steeg het in
1872 wederom tot 2950. Het jaar 1873
kon wederom op eene vermindering wijzen,
maar in 1874 hadden er 3075, in 1875,
3278 eu in 1876, 3917 zelfmoorden plaats.
Men ziet het, naar mate godsdienst en
moraal in dat land verminderden, ver
meerderde het aantal zelfmoorden.
maar eer, korte afstand, maar hoe kort die ook
was, had de buurvrouw die Mrs. Weston heette,
den tijd om ons eenige bizonderheden over onze
arme patient mede te deelen.
„Niemand weet veel van haar, zij was zoo
arm als Job; maar aan haar blik en spreken
konden wij allen zien dat zij als dame geboren
en opgevoed was."
„Was zij getrouwd?" vroeg ik.
„Helaas! ja, God helpe haar, zij heeft een
slechten man; niet dat zij ooit tegen een van
ons klaagde, of een woord tegen hem zeide;
maar wij weten, dat hij nooit bij haar te huis
komt, dan wanneer hij hare zuur bespaarde pen
ningen komt halen. Hier zijn wij er zuster; en
't is een armzalige plaats."
Peter Cassi ging eerst naar binnen en wij
volgden met het licht. Er was in de hoogte een
ellendige bedstede en daar legde hij zijn last
neder. Daarna staken wij met behulp van Mrs.
Weston het licht aan. Zij had wel gelijk het eene
armzalige plaats te noemen; ik zag er nooit eene die
meer ellendig was. Het venster was op verscheidene
plaatsen gebroken, en de arme lompen die er in
gestoken waren konden den wind of regen er niet
Waarlijk het wordt hoog tijd dat de
godsdienst meer en meer onder de men
schen komt. De statistiek waarmee de
modernen zoo gaarne dweepen bewijst
het, dat in die streken waar de godsdienst
de menschen boeit, de zelfmoord onbekend
is, maar dat deze misdaad zich des te ver
schrikkelijker openbaart daar waar het
moderne ongeloof de menschen tiranni
seert.
Voor dc Correctioneele Kamer van Brugge is
de zaak van het „bakspel" van Ostende be
gonnen.
Het geldt hier de vraag of de sociëteit te Os
tende een private sociëteit is, of wel een fictive,
die voor ieder opengesteld is en waarvan de
stichters slechts één doel beoogden: de wet te
ontduiken.
Het Openbaar Ministerie heeft op waardige
wijze de laatste stelling verdedigd, en aangetoond
welk een verderfelijken invloed dergelijke speel
holen op de volksmoraliteit uitoefenen.
Dat de procureur-generaal, die het spel en wat
er bijbehoort in de Kurzaal van Ostende in be
slag nam, zich daardoor bij velen niet bemind
gemaakt heeft, laat zich begrijpen, en terecht
wees hij in zijn requisitoir op de anonyme aan
vallen, tegen hem in zekere pers gericht.
Alleen zij, die aan het spel verslaafd zijn, en
de ongelukkige vrouwen, die in dergelijke speel
huizen haar prooi komen bespieden, kunnen te
gen een maatregel protesteeren, welke tot heil
van de maatschappij genomen is. Elke dagblad
schrijver dan ook die zijn pen tegen het O. M.
scherpt, verlaagt zich tot het peil van de getrou
we bezoekers van dergelijke speelhuizen, waar
door menig huisgezin te gronde gaat.
Een bericht uit Zabrye meldt, dat de mijnen
van Ludwigsgluck door het water ingenomen zijn.
Twee mijnwerkers zijn gedood. Een andere is erg
gewond, en elf werden nog niet teruggevonden.
Keizer Erans Joseph is te Gastein aangekomen
en door het publiek met ontzaglijke geestdrift
ingehaald. Toen de Duitsche Keizer naderde,
snelde hem de Keizer van Oostenrijk te gemoet.
Na omarming gingen zij samen in de villa en
daarna reden zij samen naar het Badescliloss
waar een familie-diner plaats vond. Des avonds,
buiten houden; in den verroesten haard lagen
eenige smeulende overblijfselen van een klein
vuurtje. De kamer had geen ander huisraad,
dan de eene kleine bedstede, de tafel en twee stoelen.
Wie zou het zich ooit hebben kunnen verbeelden, dat
zij die daar met die doodelijke wonde en in
zulke armoede en ellende ter neder lag, eens
door weelde omringd, bemind en geliefkoosd,
en een eenig en bemind kind was geweest?
Wij zonden Peter om een doctor uit en zegden
hem daarna naar het klooster te gaan, om de
Eerw. Moeder bekend te maken waar wij bleven,
en een mand met het noodzakelijkste voor de
arme vrouw mede te brengen. Dit gedaan zijnde,
namen wij water, en trachten wij de wonde uit
te wasscben opdat wij de uitgestrektheid er van
konden zien. Het arme schepsel bewoogzich niet,
maar wij wisten dat zij nog leefde door het
kloppen van haar hart en de zwakke adem
haling die somwijlen over haar bleeke lippen
kwam. Wij doorzochten het huis om wat linnen
te vinden, maar er was niets, zelfs niet de
kleinste draad te zien.
Wordt vervolgd.)