N I E IJ W E
Yo. 310.
Donderdag 18 September 1870.
4e Jaargang.
Een beeld des tljds.
BUITENLAND.
t
T 0,85
1,—
0,06
De Vrouw des Spelers.
België.
Engeland.
Duitscliland.
Frankrijk.
linilll!IIS(Hl C0UR4IT.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem
Buiten Haarlem franco per post.
Afzonderlijke Nummers
Dit blad verschijnt
Eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
BUREAU: St. Jansstraat Haarlem.
1 i'v. I"". S>X'/r'
AGITE MA NON AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIÉN
Van 16 regels30 Cents.
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Avertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrijdag
avond ingewacht.
Uitgevers K P P E R S LAUEE Y.
Mevrouw X. heeft een zoon, die vier
jaar geleden met glans eindexamen voor
de hoogere burgerschool heeft afgelegd,
daarna nog twee jaren een andere inrich
ting van onderwijs heeft bezocht en
toen een plaats gekregen heeft, een Rijks
betrekking, die hem f 1800, zegge achttien
honderd gulden per jaar opbrengt. Mama
die jaren lang zich bekrompen heeft voor
haar zoon, meende nu van hem af te zijn.
Arnold*, zei ze nog, toen hij naar zijne
standplaats ging, Arnold, gij hebt nu
eene schoone positie, gedraag u fatsoenlijk,
leef ordelijk en zuinig, dan kunt gij jaar
lijks zelfs nog wat overhouden. Betaal al
les wat gij koopt en maak geen schuld;
die eens ten achter is, komt niet licht
weer op gelijken voet.Arnold behoorde
tot de jonge menschen van onzen tijd, hij
had staatshuishoudkunde geleerd en meende
beter te kunnen rekenen dan mama die van
positief en negatief niets verstond en ze
ker geen geflatteerde balansen kon maken.
De twee, drie eerste maanden kwam Ar
nold rond: hij was goed uitgerust in klee
ding en had dus voor schoen- noch kleer
maker te zorgen. Hij was lid geworden
van eene sociëteit, het trimester was nog
niet verschenenbals en concerten waren
niet gegeven. Extra-uitgaven ten behoeve
van noodlijdende waren hem niet gevraagd.
Met zijn f 150 per maand was hij nu
volgens mama's wenk rondgekomen, hij
had zelfs de eerste maand f 25 gulden
overgehouden; de tweede maand was het
maar f 10; de derde f4. Dat is een
dalende reeks, zei Arnold bij zich zeiven,
en mijn schoenen gaan slijten, het wordt
winter en ik zal kolen op mij u kamer moe
ten hebben en zonder nieuwen winterjas
zal ik het niet kunnen doen. Maar, dacht
hij, geen ellende voor den tijd, ik heb nog
een spaarpot. Hij leefde voort op den ei
gen voet en reeds een paar maanden la
ter stond de goede Arnold voor een te kort.
Mama was vroeger voor alles goed geweest,
nu haar lastig vallen, durfde hij niet; er
moest iets anders gevonden worden om
zich uit de verlegenheid te helpen. Jonge
lui, die gestudeerd hebben, behoeven niet
FEU1LLETO N.
III.
Vervolq.
liet was een genadig vonnis; zelfs zijne patroons
hadden voor hem gesproken, en hij werd f.ot
vüf jaren gevangenschap veroordeeld.
Ik zag dat hij meer dood dan levend, uit het
gerechtshof werd weggeleid. Ik zag dat zijne
oogen met eene uitdrukking van angst op mij
gevestigd waren, die geene woorden kannen we-
dergeven-, toen was het vreeselijke tooneel voor
bij.
Gedurende eenige dagen was ik door smart
overstelpt, niet zoo zeer omdat ik aan mij zel
ve dacht dat ik de vrouw van een schelm was,
maar uit verdriet over den viveselijken val van
hem dien ik nog steeds bemin.
Ik was verplicht de eenige woning die mij
lang op middelen te denken, die, althans
voor eenigen tijd, baten: hij besloot ee :-
voudig zijn hospita verschot te laten doen
van rekeningen, die ten zijnen laste kwa
men, bij het einde van de maand kon dan
alles vereffend worden. Zóó gedacht, zóó
gedaan. Het ging enkele maanden goed
maar allengs werd het te kort komende
grooter en de juffrouw verkoos geen voor
schotten meer te doen, zij verlangde, dat
mijnheer alles zou afbetalen of verhuizen.
Mama werd middelerwijl, door een der
crediteuren in kennis gesteld met het te
kort van haar zoon. Zij stopte de gaatjes
en Arnold was een poosje geholpen. Toen
dat goed was gegaan, ging Arnold toch
zijn ouden weg en het te kort kwam
op nieuw, het werd telkens grooter en
grooter, zoodat er geen stoppen meer aan
was en mevrouw X raakte er onder, ter
oorzake van haar zoon, die de tering niet
naar de nering had weten te zetten en
eerst leerde zuinig worden toen hij zijn
moeder van verdriet in het graf had zien
dalen.
Te Kort! Te Kort! is tegenwoordig het
wachtwoord van vele financiers. Er is een
te kort in de boeken van vele handelaars;
er is een te kort in de kas van vele se-
o
meenten; er is een te kort in de meeste
Rijks-schatkisten. Ziet men het voor de
eerste maal en voor de tweede, men maakt
er zich niet bezorgd over: de handelaars
verwachten beter tijden, de gemeenten gaan
leeniugen aan, de Ministers verzinnen
nieuwe belastingen. Gelijk Arnold er zijn
mama aan waagde, zoo wagen zij er ook
anderen aan. Dat gaat zoo immer voort, tot
de koopman zijn toevlucht neemt tot een
bankroet en tot stad en land de burgers
zooveel lasten hebben opgelegd, dat ze er
onder bezwijken.
Er lieerscht malaise in de wereld, maar
geen wonder: het eenige middel, waardoor
de te korten kunnen voorkomen worden,
brengt men niet in beoefening. Wie denkt
er aan bezuinigingWie? De Arnolds, die
hunne moeder vermoord hebben. Zij alleen.
Ze zitten nu in zak en ascb, zij die als
groote heeren leefden zonder na te gaan
of het er af kon. Ze zitten nu in zak en
asch de steden en dorpen, die leening op
nu nog overbleef te betrekken, en dat was een
arm hutje waar mijne moeder een toevlucht had
gezocht. Daar leefden wij, mijne moeder, ik en
mijn kind, gedurende drie lange droevige jaren,
en toen stierf mijne moeder, zij stierf zacht en
goed zoo als zij geleefd had, zonder mij ooit
eenig verwijt toegevoegd of zelfs één woord tegen
mijn echtgenoot gezegd te hebben. Ik nam mijne
kleine May en ging heen waar ik dacht dat
mijne geschiedenis niet bekend zou zijn. Ik ver
diende zooveel geld als ik noodig had, door een
net soort borduurwerk dat ik in gelukkiger dagen
had geleerd. Al mijn zorgen en gedachten waren
voor May. Ik noemde haar mijn engel, zij was
zoo schoon en zoet, haar beminnelijk gelaat en
groote onschuldige blauwe oogen, geleken meer
op die welke men soms op schilderstukken van
engelen ziet. Zij had lange gouden lok
ken, die over haar schoon voorhoofd golf
den.
Mijn kind en ik waren alleen, zij was mijn
eenig gezelschap, en ik het hare. Met haar was ik
als een kind: ik speelde, met haar; ik danste met
op leening sloten voor onnoodige uitgaven en
thans geen geld kunnen vinden om kanalen te
graven of buurtsporen aan te leggen ten
einde den kwijnenden handel of het ver
minderd vertier van den dood te redden.
Ze zitten nu in zak en asch de groote en
kleine Staten, die het volk uitzogen door
hooge belastingen ter wille van flinke tuig
huizen met allerlei vernielingswerktuigen
en een leger en een vloot in vredestrijd
alsof de vijand reeds aau de grenzen stond.
En men hoort nog niet van ontwaping,
nog meer belastingen moeten opgelegd
worden, - de malaise moet een ongenees-
lijke kwaal zijn geworden, armoede en el
lende moet het deel der natiën geworden
zijn, dan komen de Arnolds tot bezinning
en tot bezuiniging, maar onder gewetens-
O O7
angsten en een wroegend zelfverwijt.
Het voorbeeld van Arnold moge ons
allen tot leering zijn. Laten we spareu en
bezuinigen. Kwade dagen die onvermijde
lijk te korten veroorzaken, kunnen gemak
kelijk komen, ze worden dan moedig en
kloek doorleefd en opgevolgd door een tijd
van herlevenden voorspoed, van weliger
bloei en van grooter welvaart.
üe Katholieke bhuleti zijn opgevuld met brie
ven van openbare onderwijzers, die hunne betrek
kingen nederleggen en tot het Katholieke onder
wijs oveigaan. Sommige onderwijzers hebben reeds
andere betrekkingen ontvangen; andere moeten
die r.og zoeken. Vele openbare scholen hebben
trouwens geen onderwijzers meer noodig, omdat
zij geen kinderen meer hebben. Te Turnhout b. v.
telt de pas geopende school reeds 700 kinderen,
terwijl in de openbare school 3 jongens en 2 meis
jes overgeoleven zijn. En zoo gaat het op tal van
plaatsen.
De Regeering heeft wederom een Duitschen
socialist over de grenzen doen zetten, llij was
koffiehuisbediende en vrijwillig colporteur voor
abonnementen op het socialistisch blad Die Frciheit,
hetwelk door Most te Londen wordt uitgegeven.
Esser zoo heet hij had in De Werker
en in een ander Belgisch socialistisch blad bericht,
dat hij zich belastte met het overzenden naar
Londen van aanvragen voor abonnementen.
Deze advertentie heeft aanleiding tot zijn uit
haal- en zong haar voor. Zij vroeg mij dikwijls
waar haar vader was, en ik zeide, dat hij weg
was gegaan, maar spoedig terug zou komen. Zij
kwam dikwijls naar mij toe en zeide dan,„ Mama
vertel mij nog eens een mooie geschiedenis van
Papa." Ik wilde dat zij hem zou eeren en be
minnen. Ik bad nog hoop. Ik dacht, dat wanneer
de straftijd over was, wij weg zouden kunnen
gaan en onder een anderen naam een nieuw
leven beginnen, er niet aan twijfelende of de
harde les zou hem geheel van het spel genezen
hebben.
Zoo leerde ik mijn kind hem beminnen, en
zorgde er voor dat zij nooit iets anders dan goed
en schoon van hem zou hooren. Ten laatste wa
ren alle gedachten van May evenals de mijne op
haar vader gericht. Toen zij zes jaren oud was
besloot ik haar naar school te zenden. Ik had te
veel werk om haar zelve te leeren lezen.
Ik werkte dag en nacht ten einde genoeg te ver
dienen om naar Londen te gaan, want over drie
maanden zou mijn echtgenoot vrij zijn, en
ik dacht dat ik hem dadelijk zou kun-
Het is vrij vreemd, dat de Duitsche socialisten,
die in hun eigen land zich bijna niet durven
verroeren, buitengemeen aanmatigend worden, zoo
dra zij zich in den vreemde bevinden. Dan meenen
zij dat hun alles geoorloofd is.
De Directie van de Mersey Steel <J- Iron Works
Company heeft besloten, met het oog op de on
tevredenheid van haar arbeiders met hun loon,
500 Duitsche werklieden naar Engeland te doen
komen.
Te Liverpool zijn met het stoomschip Africa
berichten aangebracht van de Westkust van Afrika.
De inboorlingen van Old Calabar hebben tot op
volger van den overleden heerscher, Koning Ar-
chibeng, een opperhoofd, bekend onder den naam
van Prins Hertog tot hun Vorst gekozen. De
kroon ingsplechtigheden werden bijgewoond door
den consul Hopkins. Zij eindigden met het onder
een grooten volkstoeloop verbranden van een beeld
van den duivel.
Het Duitsche stoomschip Luxor is te Callao
voor wettigen prijs verklaard omdat het oorlogs
behoeften van Montevideo naar Valparaiso ver
voerd had.
Men zal zich herinneren, dat de socialistEritzsche,
die krachtens dc zoogenaamde socialistenwet uit
Berlijn was verbannen, bij de herstemming van
den Rijksdag aldaar teruggekomen is om aan de
zittingen deel te nemen. Volgens den Leipziger
Reichsbiirger heeft hij nu wegens die „wederrech
telijke terugkomst" eene dagvaarding ontvangen.
De Gemeenteraad te Munchen heeft besloten,
het initiatief te r.emen tot eene algemeene fees
telijke herdenking aan de 700jarige regeering van
het Beiersche Vorstenhuis op 16 September 1880.
In het Regeeriugs-diitrict Oppeln, grenzende
aan het Poolsche district Rendszow, is de run
derpest uitgebroken. De gewone, zeer strenge
maatregelen van voorzorg zijn genomen.
Zoodra de radicale pers maar fluit, begint de
minister van oorlog te dansen. Onlangs heeft hij
de kinderen van militairen uit de godsdienstige
scholen gedreven; thans heeft hij den militaire
muzikanten verboden bij godsdienstige plechtig
heden mede te werken. Dit zal voortaan slechts
geoorloofd zijn, wanneer de muzikanten alle dienst
plichten vervuld hebben, en de minister van
oorlog daartoe zijne bizondere toestemming
geeft. Bij wereldlijke gelegenheden zal de toe
stemming van den commandant voldoende zijn.
Gelijk recht voor allen!
De gemeenteraad van Lyon heeft een voorloopig
n°.n overreden om buiten 's lands te gaan.
Er was dicht bij mijn huisje een dagschool,
waarheen ik besloot haar te zenden. Ik heb dien
dag nooit vergeten. Ik was zoo trotsch op haar.
Ik kleedde haar in het kleine witte jurkje dat
ik zelve geborduurd had, en kamde hare dikke
lokken uit. Ik zette een klein hoedje met witte
veer op haar blond hoofdje en dacht dat ik nooit
te voren zulk een lief kind gezien had. May
was half wild van vreugde; zij had een jaar te
voren reeds verlangd naar school te gaan; zij
sprong en danste in hare blijdschap. Ik zag haar
in de straat na; zij keerde zich om, om met
haar zoet gelaat en glinsterende oogen naar mij
te zien, en wuifde met haar kleine hand naar
mij. Ik zag dien helderen glimlach, of dat zelfde
vroolijke licht on het gelaat van mijne kleine May
nooit weer terug. Zij kwam om twaalf uur naar
huis. Ik keek naar haar uit, en zag haar aan
komen. Ik was nieuwsgierig wat dielichte, dansende
voetstappen zoo zwaar en loom had gemaakt; waar
om zij bet kleine hoofdje zoo boog als om haar
gelaat te verbergen. Wordt vervolgd