NIEUWE No. 331. Zondag 30 November 1879. 4e Jaargang. Een Iiainer-ics. 0,06 De Familie Choisel. De vrijheid zou reeds lang door de re volution nairen zijn vermoord als de be houdende richtingen er niet geweest waren om haar met machten kracht te verdedigen. HMRIME (OIIMIÏT. ABONNEMENTSFBIJS Per 3 maanden voor Haarlem Buiten Haarlem franco per post. Afzonderlijke Nummers 0,85 1- Dit blad verschijnt Eiken WOENSDAG en ZATERDAG. BIT BE AU: St. Jansstraat Haarlem. Al N TI EN AGITE MA NOU AGITATE. PBIJS DEB ADVEETENTIÊN Van 16 regels30 Cents. Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. Avertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrijdag avond ingewacht. Uitgevers KÜPPERS LAUREY. Bij deze Courant behoort een bijvoegsel. Men heeft de dagendie wij beleven meermalen genoemd een tijdperk van over gang, aan welke qualificatie de geestige dichter de Géuestet de verzuchting toe voegt: »och, dat die tijd maar overging. De kenschetsing op zich-zelve is echter volkomen juist. Wij bevinden ons in een tijd van wordingvan gistingvan ontbinding er worden nieuwe toestanden voorbereid. God heeft veel te zeggen tot de kinderen oo van onze eeuw. Hunne afdwalingen moeten zij zwaar boeten, want de verachting in godsdienst en zeden loopt schier geheel paralel met den achteruitgang in stoffe- lijken bloei en welvaart. En als men ons nu vraagt, welke aan leiding wij heden hehben dat denkbeeld van de algemeene onzekerheid op bijna elk gebied, ook van het openbare leven, aan te roerendan antwooi'den wijhet debat over de begrooting, in de laatste dagen in de Kamer gevoerd. Veel werd er gesproken, te veel wel licht; doch, tot opheldering der parlemen taire en politieke verhoudingen is het mis schien wenschelijk geweestdat de Kamer leden zoo spraakzaam waren. Men heeft elkander in het Parlement harde waarheden toegevoegd. Aan de lin kerzijde was men alles behalve onderling homogeen. Aan de anti-liberalen in de Kamer mag de lof niet onthouden worden van met ernst en nadruk te zijn uitgekomen voor hetgeen alleen voor Nederland noodig en nuttig isvoor hetgeen alleen ons dierbaar Vaderland redden kan. Die belijdenis van beginselen moest hoogst noodzakelijk worden geacht, nu aan de linkerzijde der Kamer eene stem was ge hoord, die openlijk de uiterste consequen- tiën van de beginselen der groote re volutie* verdedigt. De heer van Houtenafgevaardigde voor Groningen, pleitte direct voor de volks- souvereiniteit en daardoor viel hij indirect het Koningschapde constitutioneele Mo narchie aan. Of gaan wij in de kritiek te ver? FEUILLETON. II. Vervolg. Mevrouw Choisel zag naar Eduard, die echter vermoeid van het lange waken, aan de neiging der natuur had toegegeven en in een' gerusten slaap met het hoofd op den papieren zak leunde. Afgemat door het gezicht der gruwelen, ging de gravin voort, wierp ik mij op eene legerstede, en eene ziekte, die mij bijna het leven kostte, was het gevolg der aandoeningen, welke ik dagelijks ondervond. Later had het proces van den ongelukkigen koning plaats, en als om zoo vele euveldaden te bekroonen, brak eindelijk de rampzalige dag van den 21sten Januari aan. Wij sloten het huis en baden voor den marte laar der volkswoede. Het treuren over den ver moorden vorst werd zelfs ten kwade geduid, en het gemeen liep woedend door de straten, onder Maar men beseft dat geen twee souve- reinen tegelijknaast elkaar in een land heerschappij kunnen voeren. Van tweeën dus één: öfdeKoning isSouverein öf het volk is Souvereineen derde is er niet. Tegen de theorie der volksalmacht, door den heer van Houten ontwikkeldverhie ven zich tal van getuigenissen, geuit door onze politieke geestverwanten. Meer dan een naam wil ons daarbij on willekeurig uit de pendochin dit ver band, heeft de heer van Nispen er recht op vooral te worden genoemd. Hij sloeg het blad der historie op en vertolkte de treffende moraalwelke de ge schiedenis doet hoorenwaar zij ons wijst op Vorsten, die hun steun hadden gezocht bij de democratie, met geen ander gevolg dan dat zij straks vielen als slachtoffers dierzelfde hartstochtendie zijop aan raden van sluwe en egoïstische volksleiders hadden ontboeid. Wèl mocht de heer van Nispen uitroe pen: God beware ons dierbaar Vaderland voor een Vorst, die zich zou kunnen wer pen in de armen der demasfocie O O Zijn wij dankbaar voor de welsprekende protesten van de rechterzijde der Kamer, tegen de revolutionnaire denkbeelden van den heer van Houten geformuleerd, zijhunnen het feit niet wegnemen dat de republikeinsclie richting haar formeelen intocht deed in de Nederlandsche volksvertegenwoordiging. Wij zullen wel niet breedvoerig behoe ven aan te toonen, dat die omstandigheid van het uiterste gewicht is, want de par tijstrijd, de partij-formatie kan daardoor een geheel nieuwe wending nemen. 'tWas daarom, dat wij aanvingen met te spreken van de phase van gisting, van wordingwaarin wij thans levenlaat ons liever zeggenworstelen. Tegen de zuivere revolutie-idee behoort het staatsgezag van nu aan in veiligheid te worden gesteld. De radicale partij heeft haar logische gevolgtrekking, haar wezenlijke bedoeling uitgesproken. Het baat nu niet meer of de radicalen zouden zeggenwij gaan niet zóó ver; wij blijven op zekere hoogte staanzij moeten thans duidelijk kleur bekennen. het geroep van: leve de vrijheid! dood aan de tirannen! Voor onze woning bleef men stilstaan, zong het Marseillaansche lied, en schreeuwde: weg met de aristokraten! Het offer der noodlottige omwenteling was dan gebracht en onze laatste hoop verdwenen. Meer malen hebben wij pogingen aangewend, om Frank rijk te verlaten. De heer Chalon, die aan Henriette verloofd is, leende ons daartoe zijne hulp; maar nimmer konden wij reispassen erlangen; en tel kens als mer. dacht, dat wij uit Parijs wilden vertrekken werd ons voornemen verijdeld. Thans leven wij te midden van een land vol gruwelen, afgescheiden van een gedeelte onzer kinderen, die wij zelfs niet eens kunnen bezoeken. Onze eenige vreugde is onze oudste dochter en Eduard, maar ik heb nog hoop op herstel der orde. Eeni ge dagen geleden, ontving Choisel in het geheim een' brief van zijn vriend Sardois, die te Ma- rou woont. Deze maakte hem bekend met het voornemen van de bewoners der Vendée, en spoorde hem aan de goede zaak te ondersteunen. Albert heeft de aanzienlijksten zijner partij bij De waarheid nu gebiedt te constateeren, dat verschillende liberalen in de Kamer zich tegen de begrippen en voorstellingen van den heer van Houten hebbon verzet. Hun betoog kwam hierop neder: wij gaan niet met hem medeons liberalisme is van een ander allooi. 't Verblijdde ons dat te vernemen; doch wij moeten de liberale heeren waarschuwen voor een gevaarlijk zelfbedrog. Onwaar is het toch, dat hun liberalisme zou wezen van een andere soort. Er bestaat geen principieel verschil tus- schen den heer van Houten en de andere radicalen, dat verschil is slechts gradueel. Om een beeld te gebruiken, zeggen wij, de heer van Houten zit met de overige liberalen in de Kamer in denzelfden trein maar, terwijl hij doorrijdt tot Amsterdam, gaan de vrienden er te Haarlem reeds uit. Daar dit staatsrechtelijk en historisch vast staat, is er slechts een middel, ook voor de radicale heeren, om aan het "evaar der revolutie te ontkomen, dat panafé ligt hierin dat zij met de beginselen der revolutie breken. Doen zij dat niet, dan zullen zijhuns ondanks, worden gevoerd waar zij niet zijn willendan zal de tijd aanbrekenwaarin de oproerige massa op den politieken trein zal plaats nemenen hun zal beletten te Haarlem uit te stappenmet geweld zal men laten doorstoomen tot Amsterdam. Daarom hulde, warme hulde aan onze staatkundige geestverwanten. Zij hebben met waardigheidmet bezadigdheid het woord gevoerd. Alle fractiën der ééne groote anti-radicale partij in een schitterend advies heeft de heer Heijdenrijck die één heid der rechterzijde doen uitkomen na men met energie partij tegenover de ver derfelijke stellingen van het ultra-radi cal isme. Voor hen was het geen quaestie van meer of minmaar zij spraken het beslis send: »in het geheel niet.« Dat Credo is alleen reddend. Met de re volutie geen transactiemeêwandelen is mede verloren gaan. Als wij in de jongste Kamer-discussiën eenige lichtpunten meenden te kunnen ont dekken, dan noemen wij dat nationaal pro elkander geroepen, en thans vergaderen zij in een boerenhuis, dat aan een zijner kennissen toebe hoort, en waarin ook een gedeelte onzer belang rijkste papieren geborgen is. Ik beken, beste nicht, dat gij inderdaad vele treurige uren hebt doorgebracht; maar laat ons op den bijstand des Hemels hopen en bid den, dat de patrones vau Frankrijk het land van den heiligen Lodewijk bescherme. Dan zullen wij nog gelukkige dagen beleven, zeide de geestelijke. Wij zien reikhalzend naar redding uit. Maar vertel ons nu toch ook eens uwe lotgevallen, want deze moeten wel belangrijk zijn. Doch zeg mij eerst, wat gij verlangt te eten; want door de treurige geschiedenis had ik er niet aan gedacht. Gij ziet, dat ons avondmaal nog bijna onaange roerd op tafel staat. Ik heb gebruikt hetgeen ik noodig had, en verlang niets anders, dan een uurtje met u te spreken, Wilt gij u niet ter rust begeven? vroeg Hen riette, want gij zult wel vermoeid zijn. test tegen de revolutiehet lichtpunt in 't debat. Nog een andere verblijdende uitkomst leverde die beraadslaging op. Er werd na melijk met groote zeggingskracht door den heer Heijdenrijck aangewezendat het be strijden der revolutiehet ageren tegen het radicalismeniet was een strijd tegen de vrijheidintegendeel voor haar. Zoo is het. De woorden van den heer Heijdenrijck werden ons als uit het hart ge grepen. Geen grooter en onhistorischer leugen, dan dat de conservatieven vijan- der der vrijheid zouden zijn. O Het eerste en laatste woord der revolu tiemannen is: geweld. Het eerste en laatste woord der voorgangers, leiders en woord voerders der anti-liberalen, is: vrijheid, zelfs vrijheid voor hen, die de waarachtige vrij heids-orde bestrijden. De groote revolutie ging onder in het bloedbad van het schrikbewind. De kleine generaal maakte het groote monster spoedig, helaas omdat hij den wortel niet uitroeide, tijdelijk onschadelijk. Telkens leeft de revolutie weer op, en telkens begint zij met de vrijheid te bela gen en te dooden. De feiten van den dag leeren dat met een ontzettende welspre kendheid. Alleen onder de anti-radicale vlag staat de vrijheid veilig. De volkssouvereinen» willen het volk, de massa, souvereincn doen worden, enkel om dan die almacht te ge bruiken om het intellect, het bezit »af te maken» en bovenal om de vrijheid, het recht voor allen, te dooden. Tegen die richting roepen wij allen te wapen, die hun land en onze staatsinstel lingen liefhebben. Wij voegen er alleen bij, dat, zal die strijd tegen de revolutie, vrucht baar en zegenrijk wezen, hij op grond en kracht van het anti-radicaal beginsel moet worden gevoerd. Die Kamer-les gaf de algemeene begroo- tings-discussie ons in de pen. Zullen wij nog over het Ministerie spreken? Maar dat wil beoordeeld worden naar zijn daden. De slaap zou van korten duur wezen, nicht, want heden moet ik weer vertrekken. Gij moet ons van daag al verlaten, mijn heer! zeide Chalon. Ja, mijn vriend, de zorg voor de schapen roept den herder. Ik zal met u blijven waken; misschien komt Choisel in dien tijd terug, en dan heb ik het genoegen onzen waarden neef ook te zien. Gustaaf stond op, dronk een glas water en zette zich weder naast den pastoor, terwijl Henriette msl de tang eenige turven op het vuur legde. Mijne geschiedenis, hernam Choisel's neef, levert niet veel belangrijks op. Het is die van vele geestelijken. De omwenteling was reeds lang aan het woeden, toen wij bij ons als het ware nog rustig voortleefden. Maar eindelijk verschenen de edikten tegen de geestelijkheid en het decreet van den 27 sten November van 't jaar 90. Ik wei gerde een eed af te leggen, welke in strijd was met mijn geweten en mijne priesterlijke belofte en moest dus mijn post verlaten.... Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1879 | | pagina 1