NIEUWE No. 378. Donderdag 13 Mei 1880. 5e Jaargang. Landverhuizing. BUITENLAND. De Familie Clioisel. België. Engeland. Frankrijk. Duitschland. Zwitserland. ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Haarlemj 0,85 Buiten Haarlem franco per post1, Afzonderlijke Nummers0,06 Dit blad verschijnt m Eiken WOENSDAG en ZATERDAG. BUREAU: St. Jansstraat Haarlem. AGITE MA NON AGITATE. PRIJS DER ADVERTENTIEN Van 16 regels30 Cents. Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. Advertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrijdag avond ingewacht. Uitgevers KÜPPERS LAUREY. »In Europa schijnt zich eene kolossale volksverhuizing te ontwikkelenzoo schrij ven de Amerikaanscbe dagbladen en schil deren drastisch het bedrijvige leven in Castle Garden, de landingsplaats van New- York, waar wekelijks eenige duizenden landverhuizers ontscheept worden. Daar heerscht eene bedrijvigheid als bij den bouw van Babels toren. Hier ziet men Italianen, armoedig gekleed doch met welvoorziene beurzen, ginds ontwaart men Poolsche Is raëlieten en vele jonge Duitschers die angst vallig om zich heen zien, alsof ze bang Waren Pruisische gendarmes te ontmoeten die hen aan den dienstplicht zouden her inneren. Voorts ziet men er Franschen, Belgen en helaas! ook Nederlanders.Over al heerscht leven en beweging en de tol beambten zijn overladen met werkzaam heden en haasten zich ten einde nog voor bet invallen der nacht gereed te zjjn. De meeste landverhuizers zullen wel op goeden grond en met verstandige bereke ning de reis over den Oceaan ondernemen. Maar de ondervinding heeft duidelijk ge leerd dat ook een niet onaanzienlijk ge deelte der émigranten zonder overleg en donder nadenken handelt. Er heerscht, om bet zoo uit te drutken, eene epidemische landverhuizings-koorts. Komt er b. v. in ®ene gemeente een brief met goede berich ten van iemand uit de nieuwe wereld, of v®rtrekt de een of andere familie naar een, volgens geruchten, rijk geworden vriend °f bloedverwant, dan ontwaakt al zeer spoe dig bij een dozijn buren en vrienden de zucht om hun geluk ook in Amerika te gaan beproeven. Zij meenen dat het hen al niet slechter kan gaan dan zij het te genwoordig hebben. Helaas! dikwerf be gint hun leed reeds als zij in de haven- stad zijn aangekomen. Velen hebben reeds dan berouw en klagen: ach, waren we toch te huis gebleven! Maar dan is het te laat ®u met een benauwd gemoed begeven zij Mch aan boord van het schip en angstval lig lauden zij in 't gewoel der groote stad als een kind dat afgedwaald is van het ou derlijk huis. Wij geven een ieder, die door de laud- FE UIL LET ON. Vervolg. Ik kom! ik kom! zeide de knecht, die met den ^uthakker de paarden bij den toom leidde. De vrouwen stegen op. Geef mij den kleine, sprak Chalon tot de ®tavin. Bodewijk vatte het kind uit de armen zijner goeder, en plaatste het op het paard van den apitein. Vooruit! riep Gustaaf, en men vloog in 8®lop been. Een verward geraas deed zich in de verte °oren. De vijand komt, en ik zie moeder niet, Zuchtte Hedriette, die sedert eenigen tijd naast bhalon had voortgereden. Het is stikdonker. Be bliksem, welke het zwerk doorkliefde, trof verbuizings-koorts mocht worden aangetast den raad: overleg de zaak rijpelijk en be zin u wel alvorens een passage-biljet te koopen en bespreek de onderneming met verstandige menschen en met hen die het wel met u meenen. In 't algemeen kan men zeggen dat het niemand geraden is naar Amerika te vertrekken, dan nadat hij zich van een betrekking of bestaan heeft ver zekerd. Waut die fraaie beloften der agen ten en der Amerikaansche maatschappijen die hunne onvruchtbare landerijen als een paradijs voorstellen, hebben niet de min ste waarde. Die geen bloedverwant, vriend of beschermer aan gene zijde van den Oce aan bezit, die blijve met vrouw en kinde ren te huis, al is het maal wat sober, al zijn de kleêren krap. 't Is in elk geval beter in 't eigen land droog brood te eten dan te verhongeren in de straten van New- York of in de wildernissen van Amerika. Verreweg de meeste landverhuizers bege ven zich naar de Vereenigde Staten van Noord- Amerika; zij gelooven nog steeds dat de nieuwe wereld, het land van. vrij heid, geluk en vrede is. Helaas! velen heb ben zich deerlijk bedrogen en zuchten thans voor den onberaden stap dien ze eenmaal in overijling hebben gedaan. Te laat erkennen zij dat ontevredenheid in hun lot de groote drijfveer is geweest in het gewichtig besluit. Ook in sommige streken van ons laud is de koorts der landverhuizing op komen zetten. Uit Drente en Noord-Holland (Texel) zijn vele familiën naar Amerika vertrokken. De oorzaak van hun vertrek zal wel ge zocht moeten worden in de malaise die overal in alle takken van handel en nij verheid heerscht. «Men bluffe zoo hard men wil,zegt de Gelderlanderer heerscht malaise en het land gaat achteruit. Bouwt straat aan straat, het zijn wanhopige po gingen om aan 't werk te blijven en het volk werk te verschaffen. Men bouwt soms nieuwe huizen waar oude bij de vleet ledig staan. Het is schijnvooruitgang; even als de meerdere weelde, het groot doen van onzen tijd slechts schijn is. Het oude laken en de tooi van den ouden tijd was min der zwierig, maar degelijker; daar zat meer achter en de erfenis viel gewoonlijk mede en niet tegen, zoo als tegenwoordig veelal een grooten pijnboom, waarvan de vlam den om trek verlichtte. Het beangstigde meisje maakte een kruis. Gustaat blikte verschrikt rond. Zij komt, zie ginds, mompelde hij zacht. Moeder!moeder! Twee geweerschoten beantwoordden deze kreten. Help! help! riep Henriette, wier paard over een ontwortelden boom struikelde. Vlug sprong Chalon af, trok het dier op, en hielp haar weer in den zadel. Gustaaf, luister; ik hoor het geluid van hoefslagen; misschien is zij het. De kapitein vatte Eduard, en steeg weder op. Sta! schreeuwde men in de verte. De republikeinen! Henriette, in 's Hemels naam vooruit! Zonder mijne moeder?ach! ik bezwijk Voorwaarts! voorwaarts! Wij zijn verlorenzie, de rivier ik kan niet meer terughoudensnikte het meisje. het geval is. De vaders des vaderlauds in den Haag mogen derhalve toezien, dat zij niet te veel vergen van de draagkracht van het arme dier, het volk, het kon er wel eens onder bezwijken en niets meer kun nen dragen. Ja, ook wij erkennen dat de tijden slecht zijn en het voor menigen huisvader »tob- ben« is om er zich »doorheen te werken*. Daarbij komt nog dat de regeeringsstelsels, ofschoon onder de leus der vrijheid, aan houdend tirannieker worden en dat de be lastingen onder het voorwendsel dat er meer geld onder de menschen is en er dus meer opgebracht kan worden, aanhoudend druk kender worden, 't Is dus geen wonder dat de nieuwe wereld met hare weinig druk kende belastingen voor velen iets aantrek kelijks heeft. Maar bjj die kleine lichtzijde heeft het land van Colombus eene schaduw zijde van enorme afmeting en daarbij komt dat noch de kerkelijke noch de politieke toekomst van Noord-Amerika couleur de rose is. Groote landverhuizingen verzwakken de natiën. De krachtigen van geest, de vaste karakters vertrekken. Het land verliest al- zoo zijne krachtige bestanddeelen, de zwakke en vervallene behoudt het. Het is derhalve de plicht der gouverne menten, op die ontwikkeling der landver huizing nauwkeurig toe te zien en wat meer zegt, door gepaste maatregelen trach ten te voorkomen dat het land niet be roofd wordt van zijne beste zonen. De re- geeriugen moeten zorg dragen dat de kin deren van het land niet door dwaze en on rechtvaardige belasting-wetten worden uit gemergeld en door het drijven eener alles beheerschende partij tot den bedelstaf wor den gebracht. Maar ook van de andere zijde moeten we hen ernstig waarschuwen die door landverhuizings-manie mochten worden overvallen. Waarlijk de gouden bergen die in de verbeelding van velen glinsteren zijn niets dan chimères, die als sneeuw voor de zon verdwijnen. De treu rige ondervinding van anderen strekke ve len tot waarschuwing. BI ei be im Lande und nahre dich redlich, zegt het Duitsche spreekwoord. Wij beamen dat ten volle. Eduard, houd u vast! riep Chalon, en de paarden sprongen in den bruischenden stroom. XVI. Op een half uur afstands van het kasteel van Hyèges verheffen zich twee rotsen, wier door gang eene soort van grot vormt. In een donkeren hoek dezer spelonk, waarin het daglicht slechts flauw door twee spleten binnen drong, zat een man op den grond, en leunde peinzend met het voorhoofd op zijne hand. Hoe akelig is het hier, zeide een meisje, dat naast hem stond en wier afgemat gelaat verried, dat zij veel geleden had. Hij zag op, en een droevige glimlach kwam op zijne lippen. Nog een weinig geduld, weldra zullen wij vertrekken, Henriette. Een geruimen tijd heers elite er weder eene diepe stilte, welke eindelijk door Chalon afgebroken werd. Eduard, hebt gij geene koude? vroeg de De Commissie voor de Belgische nationale feesten het programma dier feesten vastgesteld hebbende, heeft tevens gevolg gegeven aan het voorstel om de Kamers uit te noodigen, in haar aanstaande buitengewone zitting het initiatief te nemen tot een betuiging van sympathie aan het Nederlandsche volk, door de aanneming van een wetsvoorstel tot intrekking van het besluit van 19 Julij 1831, waarbij de September-feesten wer den ingesteld. Goschen vertrekt den 17en r.aar Konstantino- pel. De Daily News gelooft, dat het voornaamste doel zijner zending zal wezen de invoering van organieke wetten, regelende het binnenlandsch be stuur in de Turksche provinciën, te verzekeren. Terwijl de Fransche republiek de Jezuieten wil verjagen, toont de Engelsche regeering hun hare welwillendheid. Te Bombay, Eng. Indië, hebben de Jezuieten een huis, dat tamelijk klein was. De gouverneur heeft hen gratis een terrein geschonken en wil bovendien de helft betalen der onkosten van het nieuwe gebouw. De werkstakers in de noordelijke fabrieksteden van Frankrijk bezoeken geregeld een Belgisch grensplaatsje, om er geld te ontvangen. Zoo zijn den 7en dezer 4000 dier lieden naar het gehucht Ballon getrokken, waar hun geld werd uitgedeeld. De beide vorige dagen moet er aan de Fransche werklieden per hoofd 8 en 10 fr. uitgekeerd zijn. Er zal eerstdaags een nieuw besluit verschijnen, waarbij aan bijna honderd veroordeelden der com mune gratie wordt verleend. De Reichs-Anzeiger meldt, dat prins Hohenlohe, Duitsch gezant bij de Fransche Republiek, tot nader order benoemd is tot chef van het departe ment van buitenlandsche zaken en dat hij in aangelegenheden behoorende tot het ressort van dat departement zal optreden als plaatsvervanger van den Rijkskanselier. Ook het Zwitsersche kanton Appenzell besloot de doodstraf weer in te voeren voor moord en brandstichting met gevaar voor menschenle- vens. man aan het kind. Ja, zuchtte de knaap, en liet het kleed zijner zuster los, om zich naar Gustaaf te begeven. De kapitein zette hem op de knieën, en wik kelde hem in den mantel. Hoe meer het uur van vertrek nadert, sprak Henriette, hoe banger het mij om het hart wordt; ach! Chalon het is zoo smartelijk zijn geboor tegrond te moeten verlaten. Sedert lang bracht hij mij slechts doornen voort, en mocht er soms al eene enkele roos bloeien, dan was haar geur toch zoo spoedig door den rampspoedsstorm weg gevaagd. Deze grond heeft het bloed van mijn vader bevochtigd. Alles, wat edel is, wordt ver volgd, recht en deugd gehoond; en toch gevoel ik eene innige gehechtheid aan den bodem, waarop ik ben geboren. Ach! Gustaaf, welk geluk voorspelde ik mij, toen ik u leerde kennen Blijde dagen kunnen ons nog wachten, beste vriendin. Het pad van leed en jammer leidt immers meermalen tot geluk, viel de kapitein haar in de rede. {Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1880 | | pagina 1