GEMENGD NIEUWS. eene gehuwde vrouw, moeder van drie kinderen, in een sloot nabij hare woning verdronken. St. Pieter (bij Maastricht). Zaterdag werd uit een regenput levenloos opg-diaald het lijk van een dienstmeisje. Oud-Vroenhoven, 31 Mei. De ZeerEerw. heer Jos. Habets, pastoor dezer gemeemte is benoemd tot lid der Kon. Academie vau We tenschappen in Nederland. Dit is de hoogste onderscheiding welke 't Gouvernement aan een geleerde kan toekennen. Biesland, 31 Mei. De vrees, dat bij den brand een kind zou zijn omgekomen, heett zich helaas bevestigd. Men heeft het lijkje onder de puin- hoopen gevonden. Het knaapje heeft onder een bedstede den dood gevonden. Hellevoetsluis, 31 Mei. Zondag-middag is een marinier alhier in garnizoen, gaan zwemmen aan de duinen onder Nieuw-Hellevoet en door den stroom medegesleept en verdronken. Kampen, 31 Mei. Zaterdag-morgen werden alhier ongeveer 400 stuks schelvisschen afge keurd en onder toezicht der politie in den IJsel geworpen. Uit Zwartsluis wordt aan de Pr. Br. Ct. gemeld: „Eene droevige gebeurtenis verwekt in onze Protestantsche gemeente veel sensatie. Mej. B., die hier voor bijna drie maanden als onder wijzeres aan de bewaarschool in functie is getre- deu, is plotseling krankzinnig geworden tengevolge van haren overgang tot de Roomsehe Kelk. In alle stilte is zij met Pinksteren jl. door den Pas toor P. Braam te llattumerbroek aangenomen, waarover zij zooveel berouw heeft gevoeld, dat zij tot bekentenis is gekomen en haar overgang schriftelijk heeft herroepen. Hare hersens hebben echter zoozeer geleden, dat hare moeder, die her waarts is gekomen om, naar zij meende, eene zieke dochter te verplegen, haar kind in een toe stand van verstandsverbijstering mede naar Ter- boreh kan nemen." Alles gaat tegenwoordig met stoom. Veertien dagen geleden was het Pinksteren, en in dien korteu tijd is de arme jongedochter in „onze Pro testantsche gemeente" Roomsch geworden, heeft berouw over dien stap gekregeneene herroeping geschreven en is eindelijk krankzinnig geworden. Vermoedelijk zullen wij eerlang meer van deze geschiedenis 'nooren. Dat het meisje het dorp uit gegaan is, bevalt ons maar half. Men heeft er haar toch het leven niet onmogelijk gemaakt? In een ingezonden stuk voorkomende in de Maasbode van gisteren lezen wij het volgende: De N. It. Ct. van heden meldt, ontleend aan de Pr. Br. Courant, dat een onderwijzeres te Zwart sluis krankzinnig is geworden, omdat zij tot den Katholieken godsdienst was overgegaan. De hersens van het arme schaap konden dus het Katholicisme niet verdragen. „Welnu, Katho lieken, van harte geluk gevvenscht! De liberale pers, steeds geoordeeld hebbende dat de Katho lieken dom zijn, bewijzen nu de deugd van onze hersens, welke flinke hersens wij waarschijnlijk te danken hebben aan meerdere oefening van den geest en gezondheid van oordeel en onder scheiding. Een bruidegom in Den Haag heeft gisteren gebruik gemaakt van den tijd dien zijn bruid in de kerk doorbracht, om uit de reeds gehuurde woning op het Groenewegje de gouden en zilveren sieraden van de bruid te nemenbe nevens het gereedschap van een persoon die in hetzelfde huis woonde. De man een Duitscher van geboorte, schijnt naar die Ileimath terugge keerd te zijn. Dat een voerman voor zijn paard be zorgd kan zijn, bleek dezer dagen, zegt de N. Gorinchemsche Ct. Bij een ingezetene alhier werd door een voerman eene pianino opgeladen, die naar eene andere plaats moest worden vervoerd. Toen het instrument goed in orde op den wagen stond, vroeg de voerman leukweg: „Meueer, die toner, staan immers goed vast, want as dat ding vanzelf onderweg gaat speulen, zou mijn paard schrikken". Toen de goede man was gerustge steld, ving hij zijn tocht aan. In de rue St.-Lazare te Parijs woont op eene vijfde verdieping eene arme weduwe, die voor zich en haar dochtertje, een lieftallig kind van vier jaren, met naaldwerk den kost moest verdienen. Zondag-middag was het kind ouder het spelen in slaap geraakt en nu wilde de moeder van die gelegenheid gebruik maken om eenig afgemaakt werk bij hare klanten te brengen. Op de punten der voeten verliet zij daarom haastig het vertrek en spoedde zich naar beueden. Het kind werd echter spoedig wakker, en liep, on gerust hare moeder niet in de kamer te vinden, naar het raam, dat deze in de haast had vergeten te sluiten, boog zich voorover om op straat naar haar te zoeken, verloor het evenwicht en stortte naar beneden. Op hetzelfde oogenblik weerklonk een gil van ontzetting over de straat; het was de arme moeder, die, zich hare nalatigheid herin nerende, naar huis ijlde om het verzuim nog te herstellen en op het verschrikkelijke gezicht in zwijm viel. Wie beschrijft hare blijde verbazing, toen zij ontwakende, haar kind gezond en wel in hare armen vond liggen. Het meisje was op het linnen zeil van een slagerswagen, die juist het huis passeerde, terecht gekomen, waardoor haar val gebroken werd. De slager eischte 6 fr. scha devergoeding voor het scheuren van zijn zeil, I die de overgelukkige moeder hem gaarne terstond uitbetaalde. Een zonderlinge ziekte werd onlangs naar men uit Philadelphia meldt, bij een kind van 19 maanden waargenomen. Oorspronkelijk blank van kleur, veranderde de huid langzamer hand in grijs en bruin, om eind dijk zoo zwart als ebbenhout te worden. Men gelieve in aan merking te nemen dat het bericht uit Amerika komt Een winkelier te Balk (Friesland) schijnt begrepen te hebben, dat de gelegenheden om sterken drank te bekomen in ons gezegend vaderland nog niet talrijk genoeg zijn, en vooral, dat bet voor de jeugd nog te moeielijk is zoo gauw mogelijk tot de aan drank verslaafden te behooren. Hij heeft in deze behoefte voorzien door sterken drank verkrijgbaar te stellen per lei eivol tegen betaling van 1 cent. Werkelijk schijnt deze brave winkelier veel geluk in zijn werk te ondervinden. Uit Drouwenermond wordt gemeld: In de zoogenaamde fabriekswijk alhier waren eenige kinderen bezig bloedzuigers te vangen. Toen een meisje er eenige gevonden en verkocht had, was het aantal zoekers dadelijk giooter. Men trok de kousen uit, ca stak de beenen in 't water, waaraan zich die diertjes dan vast hechtten. Een zonderlinge manie, Een Weener dagblad bevat de volgende bizonderheden om trent de wonderlijke manie van den Hongaar- schen Magnaat Graaf Es, die een uitgebreide ver zameling van wandelstokken had bijeengebracht. Hij bezat er 366, voor iederen dag van het jaar een, en zij stonden in sierlijke kasten gerang schikt, zorgvuldig elk van een datum voorzien. De Graal had echter onder al die stokken een paar bizondere lievelingen van wie het hem speet dat zij zoo zelden aan de beurt en „in de bui tenlucht" kwamen, en als zijn oog soms bij het verruilen van den „dagstok" op een van die „favoriten" viel, riep hij hun troostend toe: „Wacht maar geduldig, over een poosje zijt gij aan de bei'11; eerlijk is eerlijk; denk eens aan numero 366, die moet telkens vier jaar wachten, en die is toch geduldig; neem daar een voor beeld aan." Om de waarheid te zeggen ging de Graaf echter niet volkomen oprecht met zijn stok ken om, want soms gaf hij zijn trouwen knecht Istvan wel eens heimelijk een wenk: om stil zonder dat de auderen het merkten den een of auderen stok eens mee uit wandelen te nemen, bijv. den armen schrikkeljaarstok, die anders zoo heel lang zou moeten wachten. De Graaf Es was niet half dwaas of krankzinnig; hij was zelfs in alle andere opzichten een bizonder verstandig mensch, aangenaam in gezelschap, en wat nog meer zegt, hij had een uitstekend hart. Een oppasser van het park in Issyzag Vrijdag-avond, terwijl hij langs den Quai d'Au- teuil ging, twee personen in een bootje op de Seine, een man en eene vrouw, wier bewegingen hem verdacht voorkwamen. Zij hadden een meisje van tien a twaalf jaar bij zich. De oppasser verborg zich om hen gade te slaan, en eenige oogenblikken daarna zag hij den man en de vrouw het kind in het water werpen en vervol gens de vlucht nemen. Hij zette hen onmiddellijk achterna, terwijl een ander persoon, die al wan delende getuige van dezelfde misdaad was ge weest, in de Seine sprong om het kind te redden, hetgeen hem gelukte- De oppasser van het park slaagde er in, den man en de vrouw te vatten, waarna hij hen naar het politie-bureau bracht. Daar verklaarden zij de ouders te zijn van het kind. Wij hebben het in 't water geworpen, zeiden zij, om het te leeren zwemmen. Het meisje werd natuurlijk ondervraagd. Zij zeide dat zij reeds langen tijd in 't ouderlijke huis aan mishande lingen had blootgestaan. Een 76-jarig koopman, die onlangs op de St. Anthonie-Breestraat te Amsterdam een meisje beletten wilde telkens tusschen zijn wagens, waarop allerlei koopwaar lag, door te loopen, en daartoe zeker goede reden had, ont ving van deze jeugdige feeks zulk een slag tegen het linkeroog, dat de man vermoedelijk blind zal worden. Hij wordt thans in het gasthuis ver pleegd. Professor Quenstadt van Tübingen heeft de gewoonte om des zomers lange voetreizen door bet gebergte te doen om planten en mine ralen te verzamelen. Dat de professor bij die tochten niet veel werk van zijn toilet maakt, is verklaarbaar; voor eenigen tijd bracht hem dit echter in ernstige ongelegenheid, daar eenige veldwachters een landlooper in hem zagen en hem in hechtenis namen. Luidens berichten uit Engeland zijn, ten gevolge van de rijzing der tkeeprijzen, groote partijen beschadigde en op nieuw gedroogde, als ook partijen van in China reeds gebruikte en an dermaal gedroogde, en voorts met allerlei slof en vuil gemengde theebladen in Engeland aange voerd. Een gedeelte van die waardelooze massa is door de Engelsche regeering in beslag genomen, ten einde ze te doen vernietigen. Maar de par tijen, die bepaaldelijk voor den voeder-uitvoer bestemd zijn, worden vrijgelaten, en er bestaat dus nogal kans, dat het vasteland hier of daar voor zien wordt van die fraaie producten. In Duitsch- land zijn dan ook van regeenngswege de Kamers van koophandel verzocht, de betrokken handels kringen tegen die knoeierij te waarschuwen. Zegt het voort, ook ten onzent! Het GerechtshoftePhiladelphiaheeft een uitgever aldaar veroordeeld tot schadever goeding aan een ander uitgever, te New-York, wegens het nadrukken van een stuk muziek, dat de laatste echter op zijn beurt niet van den com ponist had gekocht, maar gestolen. Hij bad het echter eenigszins doen omwerken. Wanneer hij het oorspronkelijk Fransche stuk had nagedrukt, zou hij geen rechten hebben gehad tegen dengeen, die zijn voorbeeld volgde; nu hij het misschien liet verknoeien, beschermt de wet hem nog! In eene correspondentie uit Amster dam aan het Vaderland wordt de volgende be schrijving gegeven van den Arasterdamschen Jodenhoek: De arme Jood te Amsterdam leeft meer buiten- dan binnenshuis. Hij ontbijt, di neert, soupeert op straat aan de talrijke rond rijdende of stilstaande wagens met eetwaar. Iemand, die nooit gezien heeft, hoe 't in het hartje van den Jodenhoek toegaat, zal zich een gang daarheen niet beklagen, want alles wat men ziet, is karak teristiek. Op de St. Authonie- of Jodenbreestraat, voornamelijk, van af de Hoogstraat tol aan het Jonas-Daniël-Meijerplein, stonden vroeger allerlei kraampjes met oude kleeren, oud roest, rommel, galanteriewaar, visch, boeken enz. Aan de hoeken der dwarsstraten in 't bizonder wagens met eieren, zuur, lever, geeonfijte dadels, vijgen enz., enz. In de dwarsstraten, die r.aar Marken, Uilenburg, de Houtmarkt, Vlooienburg enz. voeren, waren en zijn die uitstallingen nog menigvuldiger. Overal in die straten en stegen hoort men het geroep van „llaasz kienders! Haasz!" (verbasterd van 'tDuitsche: Heisz, Kinder! Heisz). 't Zijn de vrouwen, die met gekookte of gebakken aard appelen aan den weg te koop zitten of warme eieren venten. Aan een der hoeken vooral treft een alleronaangenaamste lucht onze reukzenuwen. De meest ervaren gastronoom zelfs kan dien geur niet thuis brengen, 't Zijn stokvischkruimels die gebakken wordeneen gerecht, dat door den armen Israëliet wegens dc goedkoopte zeer ge zocht is. Ook andere vischsoorten, voornamelijk schol en pieterman, voorn en blei, zijn, hoewel duurder, zijn lievelingsspijzen, die hij aan ver schillende kraampjes, gebakken in olie, kan koopen. Dikwijls stierf die visch, alvorens gebakken te worden, zijn natuurlijken dood, doch dat wordt door den niet verwenden consument niet opge merkt. Een diner met dessert in de open lucht behoeft aan den verbruiker niet meer dan eenige centen te kosten. Voor drie centen gebakken pieterman, uit het vuistje opgepeuzeld, voor drie centen erwten of linzen met jus in plaats van een bord, uit de pet, d. w. z. boven van de pet gegeten, ziedaar de entree en het erdremet. Een augurk voor een halve cent als hors-d'oeuvre, en als dessert een stukje kokosnoot, door den verkooper aangeboden op de punt van het mes, waarmede hij 't uit de voor de borst gehouden schil snijdt. Dessert, kokerleko genaamd, kost één cent en brengt dus de onkosten van 't geheele Lucullische maal tot de somme van 7l/s cent. Over 't algemeen zijn de Joden uit dien hoek liefhebbers van zoet en van zuur; gecor.fijte da dels, die, zoo ze van geringe qualiteit zijn, een alles behalve aanlokkelijke, zwartbruine massa schijnen, vijgen, al of niet door zeewater be schadigd, sinaasappelen, citroenen in 't zout en allerlei ingelegde zaken zijn dan ook gewichtige handelsartikelen voor deze ambulante restaurateurs, 't Is onbegrijpelijk, hoe al dat volkje aan den kost komt, denkt men onwillekeurig, als men ziet, welk een opeenkooping van menschen de Jodenhoek herbergt. Vraag ook niet hoe? want ge zoudt licht tot de ervaring komen, dat een beest 't soms beter heeft dan zij. De liefdadig heid onder de rijkere Israëlieten is zeer groot, maar schiet toch nog te kort, want nergens is de armoede zoo bitter dan onder de allerlaagste standen der Joden. Deze Joden zijn over't geheel genomen, alleen handelaars. „Sjaggelen, masse- matten maken" is hun leven, 't „Massel tof!" (goede zaken) ligt in hun mond bestorven. Hand werken, als timmerman, metselen, smeden, enz., enz, beoefenen zij weinig. Negotie is bijna de eenige bron van hun bestaan. Voornamelijk de kleinhandel, die zonder kapitaal gedreven kan worden, geeft brood aan duizenden onder hen. De Chineezen leggen bloemperken aan, die op eenigen afstand op groote vlinders gelijken; „smaakvolle" Europeanen schikken hun bloemen in den vorm van een kunstig opgemaakte haringsalade of vruchtentaart; een Frankforter bankier heeft dat alles overtroffen, door een mozaïek-bloembed te doen aanleggen in den vorm van een „blauwen Griek" of eenig ander effect, met couponblad. Een Amerikaatisch blad verhaalt, dat een blinde, die hout hakte, door het springen van een splinter in zijn oog, plotseling het gezicht terugkreeg, dat hij door de staar had verloren. In Amerika schijnen dus de blinden hout te hakken; misschien zullen daar wel blinde letter zetters ook zijn. In Den Haag is naar het Asyl voor honden gebracht een hond, die bij een slager vleesch stelende, door dezen zoo ernstig werd gekwetst, dat men voor dolheid vreest. Het ware, zegt de Arnh. Ct., indien die vrees gegrond is, toch verstandiger het stomme dier maar te ver drinken, of op een andere manier uit zijn lijden te helpen. Een Duitsche knaap, die geen vader meer heeft en met zijn moeder ir. behoeftige omstandigheden leefde, had wegens zijn muzi- kalen aanleg verlof gekregen, kosteloos de lessen eener muziekschool bij te wonen. Zijn viool liet hem in den steek en nu schreef hij aan den Duitschen Keizer een brief, waarin hij een nieuwe viool vroeg. Hij vergiste zich echter in het opschrift: Koninkl. Hoog. schreef hij, en zoo kwam de brief in handen van den Kroonprins, die met Pinkster den knaap met een nieuwe viool verrastte. Men ziet de kippen dik w ij ls ten tijde van het ruien elkander de jonge veeren uitrukken, om de met bloed gevulde wortel uit te zuigen. Gewoonlijk wordt deze gewoonte toegeschreven aan een huidziekte, hoewel deze onderstelling geheel onjuist is. Integendeel vindt dit verschijn sel zijn grond in een te eenzijdige voeding met meelspijzen, aardappelen en dergelijke, en hebben de dieren behoefte aan stikstofhoudend voedsel. Om die kwade gewoonte te keer te gaan, geve men haar eenige overblijfselen van vleesch of, nog beter, zemelen, die met ossenbloed ge kneed zijn. Uit Marseille wordt gemeld, dat de postiljon, die dienst doet tusschen Salon en Saint Martin-de-Crau den 27sten dezer 's ochtends op den weg vermoord is geworden. Van de 2000 brieven, die hij met zich voerde, zijn slechts 380 teruggevonden. Te Eouaan heeft zekere Henri De- champs, rentenier en 24 jaren oud, zijn schoon moeder en zijn vrouw met een keukenmes ver moord. De man schijnt deze gruweldaad in een vlaag van waanzin bedreven te hebben. Een professor, die te Bologna ov e rie den is, laat drie millioen lires na aan de inrich ting voor heilgymnastiek van de provincie. Zijn testament bevat de volgende bepalingen: „De goederen, die rail de zieken tot mij gekomen zijn, zullen aan de lijdende menschheid teruggegeven worden en de inrichting, waaraan wij zoo groote behoefte hebben, zal bovendien bijdragen tot den vooruitgang van de wetenschap en van de kunst, waaraan ik mijn leven met waarachtige liefde toe gewijd heb." In Parij3 brengt de politie de be- schonkenen in de tapperij of het wijnhuis, waar zij zich bedronken hebben terug. Dit is billijk: hij die het voordeel van de menschen genoten heeft, moet den last nu ook maar dragen, om ze in zijn woning te houden, tot zij zonder gevaar voor anderen weder in 't publiek kunnen komen. De in Odessa verschijnende Telegraf meldt, dat een verschrikkelijke misdaad gepleegd is in het stadje Belaja-Zerkow, in het Russische gouvernement Kieiv. Men vond nl. des morgens op verschillende plaatsen der stad tien lijken en elk der vermoorden was met zwarte letters het woord „spion" op het voorhoofd geschreven. De geheele stad was door deze geheimzinnige misdaad in groote opschudding gebracht. In de Rijnprovincie en inWestphalen is eene ongekende vraag naar nikkelstukken van 10 ptennige van het jaar 1873. Allerlei geruch ten loopen omtrent de redenen van dien inkoop; de 9tnkken werden met 15 tot 22 pf. betaald. Naar men o. a. zegt, moet de bankier Bleich- röder te Berlijn een weddingschap hebben aan gegaan om vóór half Juni 'A millioen van die stukken van dat jaar bijeen te hebben. Voor de rechtbank te Dusseldorf staan thans 24 personen terecht, wegens sedert 1875 gepleegde diefstallen op spoortreinen onder (1e verzwarendste omstaudigheden. Het was een komplot, dat voor gemeenschappelijke rekening handelde. Het proces zal wel lang duren, daar er 74 getuigen a charge gedagvaard zijn. Blijkens het verslag van de Com missi e voor ds keuring van voedingsmiddelen te Amster dam over 1879, werd in 14 van de 16 soorten spuitwater, die onderzocht werden, koper gevon den. Frambozenlimonade, likeuren en suikerwerk werden dikwijls met fuchsine gekleurd bevonden. In één monster bruine aniline en één fuchsine werden sporen van arsenik en in één monster fuchsine nagenoeg 2% arsenik aangetroffen! In één monster ham, die uit Amerika afkomstig was rond men trichinen. Uit Steenwijker ivold wordt van 30 Mei gemeld: Heden ochtend werd op de Baars onder deze gemeente levenloos gevonden (1e voer man H. P., oud 68 jaren. Gisteren-avond met paard en leegen wagen huiswaarts keerende van Steenwijk, waarheen hij een voer eikenschors bad gebracht, is hij wellicht van den wagen gevallen; althans paard en wagen waren gisteren-avond omstreeks 10 ure bij een landbouwer op de Baars voormeld zonder geleide aangekomen. Vaccinatie in China. Hoewel de vaccine in China meer algemeen wordt, blijft er nog altijd een zonderling bezwaar tegen bestaan. De Chineesclie moeders willen namelijk niet gaarne, dat haar dochters gevaccineerd worden, omdat het in China een gemis van een der hoofd ver- eischten in een huwbaar meisje wordt geacht, als haar gelaat niet eenige kenteekenen vertoont dat zij de pokken gehad heeft. De kanten bruidssluier, die door de stad Brussel aan prinses Stephanie zal worden aangeboden, belooft een waarlijk vorstelijk ge schenk te worden. Hij zal, behalve met tal van fijn bewerkte bloemen, versierd zijn met de wapens van Oostenrijk en Brussel, alsmede met die van al de Oostenrijkscke en Belgische provinciën- Sedert een maand zijn 150 werksters dagelijks, van 5 uur 's morgens tot 10 uur 's avonds, uitslui tend met het maken van dezen sluier bezig.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1880 | | pagina 2