NIEUW-E Donderdag 21 October 1880. 5e Jaargang. Het Britsclie stiefkind. t\o. 424. in griffe*. ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Haarlem 0,85 Buiten Haarlem franco per postI, Afzonderlijke Nummers0,06 Dit blad verschijnt Eiken WOENSDAG en ZATERDAG. BUREAU: St. Jansstraat Haarlem. AGITE MA NON AGITATE. PRIJS DER ADVERTENTIÈN Van 16 regels30 Cents. Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. Advertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrijdag avond ingewacht. Uitgevers KÜPPERS IiAUfiEÏ. De moord gepleegd op een der Engel- ■che landlordsdie in Ierland bezitters van uitgestrekte goederen zijn, als potentaten over de arme pachters heerschen en door hunne gruwelijke handelingen zich den bit- tersten haat op den hals halen, heeft op nieuw de aandacht van Europa opgewekt ten aanzien van het arme eiland en zijne ongelukkige bewoners, die in den nacht der wanhoop leven en die geen geduldig en aandachtig oor voor hun smeeken en vra gen vinden. Engelsche dagbladen schreven fulminee- rende artikelen over de Iersche moorde naarsbendeen verlangen strenge maatre gelen om den dood van den door zijne pachters vermoorden lord Mounthmorris te wreken; doch geen enkel blad schrijft een woord van verontschuldiging voor den ver- schrikkelijken toestand in Ierland, geen enkel blad constateert dat Tartuffe Enge land door zijne wreede handelingen, zulke afgrijselijke gebeurtenissen als deze nieuwe agrarische moord in Galway, zelf in 't aan- zjjn heeft gebracht. Wel openbaren de dag bladen ellenlange berichten uit Ierland het land van den hongersnood, doch nooit wordt de vraag behandelt hoe men de arme Ieren kan helpen; men hoort slechts het alternatief: of de kreet van wanhoop van een verdrukt, uitgehongerd en geplunderd volk, met buitengewone dwangmaatregelen moet gesmoord worden of dat de gewone middelen van geweld voldoende zijn. Door de ware berichten uit Ierland te publicee- ren kon het Engelsche volk wellicht er toe komen partij te kiezen voor de verdrukte broeders op het ongelukkige eiland. Daarom worden alle overtredingen langs den tele- grafischen weg, der wereld verkondigd. De jjselijkste en akeligste sprookjes worden uit gedacht en elke moordaanslag wordt haar fijn uitgebazuinduitsluitend met het doel om tot nog strengere maatregelen, tot ruwer FEUILLETON. De geheimzinnige doodkist. Uit de herinneringe* van een Amerikaanschen stations-chef. Vervolg «n slot. Ik gevoelde maar al te goed dat er iets bizon- ders moest gebeuren. Onwillekeurig nam ik mijn oud pistool uit de kast, dat ofschoon ongeladen en verroest, mij toch goede diensten zou kunnen bewijzen. Ik overtuigde mij dat alle deuren en vensters goed gesloten waren en maakte de deur open die uit mijn vertrek toegang gaf tot de goe deren-loods, ten einde de doodkist goed in 't oog te kunnen houden. Vervolgens plaatste ik mij aan het telegraaftoestel en vroeg aan alle stations van de lijn of zij een telegram aan mij hadden af gezonden. Alle antwoordden: „Neen." 't Kon zijn dat ik verkeerd gehoord had. Ik gir.g wederom bij het vuur zitten en hield mijn blik op de onheilspellende doodkist, toen het toestel op nieuw tot drie malen toe de waar schuwing seinde„let op de lijkkist." Ik besloot nu de nacht wakend door te brengen en begaf mij geheel gekleed naar bed. De storm was tot bedaren gekomen, 't werd stil in mijn vertrek. De klok sloeg middernacht. Alles was rustig. De lamp in de loods brandde en voortdurend waren mijne blikken op de lijkkist gevestigd. Nog eenmaal werd de stilte in mijne omge geweld te kunneu overgaan. Dezelfde pers echter houdt het diepste stilzwijgen ten op zichte van de talrijke daden van ruwheid en brutaliteit, welke eenige schatrijke En gelsche lords op millioenen arme landbou wers uitoefenenhet loon wordt den armen werkman onthouden, duizenden en duizen den weten niet wat zij zullen eten of waar mee zij zich zullen kleedenzij bezitten geen dak, geen eigen haard, niets is er wat zij hun eigendom kunnen noemen. Da gelijks jaar in, jaar uit plegen de Engelsche grondbezitters op de arme Ieren, misdaden, hemeltergende wanbedrijven, maar in gansch Londen vindt men niet één blad, dat eerlijk genoeg is, deze misdaden te brandmerken. Het tegenwoordige hoofd der regeering in Engeland, de dilettant-houthakker Glad- tone, heeft, toen hij nog niet tot de mi- nisteriëele waardigheid was opgeklommen en tegen het Tory-Kabinet ageerde, de meetings in 't aanzijn geroepen, welke de afschuwlijkste berichten over gewaande gru welen der Turken tegen de Bulgaren tot onderwerp van bespreking hadden. Maar nooit waren de Turken zoo ruw en wreed tegen de onderworpen Bulgaren, als de Engelschen sinds den tijd van Cromwell tegen de Ieren waren en ten dage nog zijn. Alle ruwheid en wreedheid van wilde en heidensche veroveraars worden overtroffen door de handelingen der Engelschen in Ier land. In dit opzicht is hun gedrag analoog aan dat der Russen in Polen. De Russen in Polen, de Engelschen in Ierland wed ijveren in brutaliteit, in onderdrukking en afpersing hunner ongelukkige natuurge noten. Wij uiten geen algemeene klachten; er staan ons cijfers ten dienste om onze be schuldigingen te staven en te bewijzen. Van de gruwelijke onderdrukking der Ieren tot aan hunne emancipatie door O'Connell, behoeven we niet te spreken, de geschie denis heeft met metalen stift de daden van ving afgebroken door bet telegraaftoestel en ten derde male klonk het: „let op de lijkkist." Ik behield Goddank mijne bedaardheid. Na eenige oogenblikken meende ik in de richting der kist eenig gedruisch te hooren alsof iemand bezig was eene schroef uit een scharnier te draaien. Mijn hart klopteik luisterde en toen het gedruisch bleef aanhouden, stond ik langzaam op, nam het pistool in mijne hand en ging zachtjes naar de kist. Ik hoorde duidelijk dat er een grendel ver schoven werd en eindelijk ging het deksel lang zaam omhoog, 't Werd mij angstig te moede, 't Was een vreeselijk gezicht. In mijne benauwd heid wierp ik mij op de doodkist; wie of wat er in was, mocht er niet uit ontsnappen, en terwijl ik door mijne lichaamszwaarte het deksel neder- drukte hoorde ik een smartelijken kreet. Thans was het mij duidelijk dat ik ten minste niet met een spook te doen had. Met geweld trachtte hij die in de kist was, het deksel op te lichten, 't Ontbrak hem echter aan de noodige kracht. Ik bleef zitten en greep een stuk touw dat ik, gelukkigerwijze, kon bereiken, trok dit door de hengsels der kist over het deksel en be vestigde het met een sterigen knoop. Vervolgens nam ik hamer en spijkers en vernagelde de kist, ondanks het smeeken van mijn gevangene, 'k Be hoef zeker niet te zeggen dat er geen spijkers gespaard werden. Toen spoedde ik mij naar het telegraaf-toestel, gaf het alarm-sein en vroeg een barbaarschheid vereeuwigd, die de brutale Eugelschman in Ierland heeft uitgeoefend. Wij herinneren hier slechts aan de ver beurdverklaring van den grond, die feite lijk in het wettige bezit der Iersche in boorlingen was, doch die tegen wet en recht in, door enkele Engelsche familiën werd in bezit genomen. De twintig rnil- lioen acres (tien millioen hectaren) pro ductief land in Ierland, zijn het eigendom van slechts 19.288 Engelseheu; de geheele Iersche bevolking van 5.800.000 zielen, is van 't bezit uitgesloten. Doch zelfs onder die 19.288 personen is het land zeer onge lijk verdeeld, waardoor 742 personen, bijna de helft, dus tien millioen acres, in eigen dom hebben; 13 personen (zegge: dertien) bezitten meer dan het twintigste gedeelte van het productieve land, namelijk 1.164.000 acres. En hoe worden deze eigendommen geëx ploiteerd? De bezitters verteren hunne ren ten niet in het land, maar zij verspillen en verkwisten hun geld in Engeland of op het vasteland; zij zelf beheeren hunne goederen niet, maar zij verpachten ze en daardoor zijn zij de bloedzuigers van de Iersche pachtersfamiliën. Om zoo veel mogelijk winst te verkrijgen, wordt het land slechts in kleine stukken verhuurd. Kleine pachters betalen meer rente, omdat in de pachtpenningen ook reeds het werk loon zit. In de meeste gevallen is de pacht prijs zoo hoog, dat de arme boeren in vruchtbare jaren met de grootste inspan ning moeten werken, ten einde den pacht prijs te kunnen betalen. In slechte jaren, zooals wij die in den laatsten tijd beleven, hebben de landbouwers moeite genoeg om van de opbrengst van het kleine stukje grond hun leven te rekken; de rente kan dus onmogelijk betaald worden en de ach- terstalligen in d6 voldoening van de pacht penningen worden dan eenvoudig door de rijke Engelsche landlords uit de pacht hoeven verjaagd. Zonder levensmiddelen, extra-trein met de noodige manschappen, want ik was zeker dat mijne nachtelijke avonturen nog niet geëindigd waren. Ik blies mijne lamp uit en wapende mij met een ijzeren stok. „Extra-trein afgezonden," seinde men, en ik wachtte thans de dingen die komen zouden met kalmte af. Nauwelijks waren er tien minuten verloopen, toen ik voetstappen hoorde. Er bleef iemand voor de deur staan, vervolgens werd er zachtjes ge klopt. Ik gaf geen antwoord. „Michelriep eene stem en toen alles rustig bleef, klopte de nachte lijke bezoeker iets luider. Ik bleef nog steeds stil. Plotseling hoorde ik een fiinken bijlslag tegen de deur; nog een slag en de ongeduldige indrin ger had eene opening gemaakt, groot genoeg om er met den arm door te komen. Zijne hand greep naar de deurgrendel. Op dit oogenblik echter vatte ik zijn arm en nu ontstond er een ver schrikkelijk wringen. Met alle geweld trachtte de indringer zijn arm los te maken, ik hield hem echter stevig vast. Nadat wij op deze wijze onze krachten ruim een half uur hadden gemeten, hoorde ik het gefluit van den extra-trein. De dief deed nog eene laatste poging om zich los te wringen, doch te vergeefs. Ofschoon zijne krach ten, door den angst toenamen, zoo gaf de hoop mij toch nieuwen moed. Ik liet hem niet los. De trein kwam binnen. De manschappen naderden. „Daar is hij!" riepen eenige stemmen en ik voe dat mijn gevangene door het trein-person zouder geld, zouder dak worden duizenden huisgezinnen aan de grootste ellende prijs gegeven, terwijl de eigenaars zich in weelde en overvloed baden. Zeggen wij te veel wanneer wij beweren dat dergelijke toestanden de wraak van den Hemel roepen En wat hebben Regeering en Parlement gedaan om zulke ellende uit den weg te ruimen, zulke hemeltergende afpersingen te voorkomen, zulke misbruiken onmogelijk te maken? Niets. In 1870 werd er wel eene wet uitge vaardigd die den eigenaar tot betaling eener kleine som verplichtte, wanneer hij den pachter, niettegenstaande deze aan zijne ver plichtingen voldeed, wegjoeg; ook had als dan de pachter aanspraak op schadeloos stelling voor grondverbetering. Doch de wet bleef een doode letter, omdat juist sinds 1870, ten gevolge van achtereenvolgende ongunstige oogstjaren, de ijverigste pachters zelden in staat waren aan al hunne ver plichtingen te voldoen. Yoorts loochenden de landlords steeds de grondverbeteringen en bedreigden eventueel met een proces, waardoor zij altijd in 't voordeel waren, omdat de boeren natuurlijk te arm zijn om de kosten van advokaat en proces te kun nen betalen. Voor Ierland kan slechts het teruggeven van den grond aan de Ieren als een af doend redmiddel werken. De wederrechte lijke overweldiging, die thans reeds drie eeuwen duurt, moet vergoed worden. Wij denken daarbij niet aan een plotselingen of gewelddadigen maatregel, maar aan eene regeling, zooals die in Duitschlaud, in Oos tenrijk en zelfs in Rusland plaats heeft gehad. De eischen zijn van zulk een na tuurlijken aard, dat het bijna onmogelijk is er zich aan te onttrekken. Nochtans komt het den brutalen Engelschman, die zoo be zorgd is voor Bulgaren en Kanibalen, niet in den zin slechts een minimum dezer recht matige eischen toe te staan. Zij zijn in gegrepen. „Doe openriep mijn collega van het naaste station. Ik liet thans de hand los en opende de deur. De struikroover lag reeds gebonden op den grond. De spoorweg-beambten kwamen binnen en waren zeer verblijd dat zij nog bij tijds waren aange komen. „'t Is een goede vangst," zeiden zij, „dat geeft 500 dollars." „Ge hebt echter nog niet alles," antwoordde ik, „ik heb nog een gevangene." „Waar is hij?" riep men van alle kanten. Ik wees op de doodkist en vertelde het voorge vallene. Thans gingen wij er toe over den inhoud van de kist nader te onderzoeken. Eindelijk was het deksel los en voor dat het gewaande lijk tijd had op te staan om van den revolver gebruik te maken die het in de hand hield, was het moordwapen in ons bezit. Uit d kist kwam een der gevaarlijkste struikroove* Michigan te voorschijn, op wiens ho van 1000 dollars was uitgeloo door hem en zijn metgezel daarenboven ontving ;l toen ik hem de 1 aanzienlijk fr ik teven.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1880 | | pagina 1