NIEUWE
No. 441.
Zondag 19 December 1880.
5e Jaargang
Kloosters en Kazernen.
BUITENLAND.
wmtr
feuilleton.
Het legaat van een oud krijgsman.
België.
Luxemburg.
Engeland.
Frankrijk.
Mimi
ABONNEMENTSPB IJS
Per 3 maanden roor Haarlem
Buiten Haarlem franco per post
Afzonderlijke Nummers
Dit blad verschijnt
Eiken WOENSDAG en ZATERDAG
BUREAU: St. Jansstraat Haarlem.
P 'jMja
AGITE MA NON AGITATE.
(Olïliïï.
PRIJS DER ADVERTENTIÈN
Van 16 regels30 Cents.
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Advertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrijdag
avond ingewacht.
Uitgevers KÜPPEKS LAUREY.
Als de moderne, de zoogenaamd ver
lichte en ontwikkelde mensch het woord
klooster hoort, dan krijgt hij kippenvel en
eene koude rilling vaart hem door het
gansche lijf. Hij denkt dan aan de middel
eeuwen, aan luie monniken en nonnen, aan
goed doorvoede wijndrinkers en wellicht
aan nog ergere dingen. Hij kent de kloos
ters uit de vuile romans van Eugène Sue
en de monniken uit de tendentiëele tee-
keningen van Kaulbach en anderen. Geen
wonder dat zulk een modern, verlicht, ont
wikkeld en beschaafd mensch bespottelijke
begrippen heeft van de kloostergeestelijken
en de andere kloosterbewoners. De moderne
tijdgeest, die van de donkere kloostercellen
niets wil weten, is er dan ook op uit, alle
kloosters van den aardbodem te doen ver
dwijnen en de monniken en nonnen op te
ruimen. Iu de geciviliseerde landen Duitsch-
land, Frankrijk, Italië, enz. verjoeg men
de kloostergeestelijken uit hunne eigendom
men en men liet het aan hen over, ergens
iu de wereld een onderkomen te zoeken.
Zooals in het begin dezer eeuw onder Na
poleon I, zoo is ook thans het bestormen
der kloosters aan de orde van den dag, en
hij die zich van de Russische grens door
Duitschland en Frankrijk, tot aan de Py-
reneën aan de grens van Spanje begeeft,
zal zeer weinig kloosters, maar zeer veel
o
kazernen en tuchthuizen ontmoeten.
De kloosters worden in kazernen ver
anderd; dat kenschetst den tijdgeest der
negentiende eeuw. De ordensgeestelijken eu
de liefdezusters moeten worden verjaagd,
zij moeten plaats maken voor de soldaten;
ter plaatse waar vroeger werd gestudeerd,
gebeden, onderricht gegeven, opgevoed,
aalmoezen uitgereikt, zieken werden
genezen en ouden van dagen werden ver
pleegd, wordt thans geëxerceerd, gedrild
en gevloekt.
De vlijtige kloosterlingen der middel
eeuwen, wien wij zoovele nuttige en grootsche
uitvindingen verschuldigd zijn, hebben voor
ons de schatten der klassieke oudheid ge
red; de kloosters waren het toevluchtsoord
der kunsten en wetenschappen en tot den
dag van heden voorzagen de kloosters de
menschheid van geestelijk en lichamelijk
voedsel. Duizenden arme natuurgenooten
werden dagelijks gespijzigd, gelaafd en ge
kleed; duizenden verwaarloosde en ongeluk
kige kinderen werden in de kloosters tot
brave menschen opgevoed; naar de ziekbed
den en in de spelonken der ellende snelden
de eerbiedwaardige en bewonderenswaar
dige liefdezusters, gedragen door de chris
telijke liefde en met zich voerende een rij-
Vervolg.
Destijds lag het 84ste regiment, of liever het
overschot daarvan, niet meer in die oude hoofd
stad van Lithauen; de divisie van den generaal
Loison, uit versch aangekomen troepen bestaande,
had haar bezet. Mate Chaussard achtte het nu
plichtmatig om zich in een der militaire hospi
talen, welke men in die stad gevestigd had, te
doen verplegen. Hij herinnerde zich den raad van
Napoleon eu buitendien zou het hem toch niet
mogelijk geweest zijn om verder te gaan: de lang
durige vermoeienissen en ontberingen van allerlei
aard, hadden zijne krachten zoodanig uitgeput,
dat hij zich nauwelijks meer op de beenen staande
houden kon. De oude grenadier kwam dus eene
schuilplaats in een der hospitalen verzoeken en
de chirurgijn-majoor, bizonder gunstig voor hem
ingenomen, ten gevolge van de bekende gescliie-
ken voorraad liefdegaven in de hospitalen
en op de slachtvelden verleenden zij aan
de zieken en stervenden, als engelen van
barmhartigheid, bijstand en hulpwoeste
landstreken werden door de kloosterlingen
vruchtbaar gemaakt, zij eischten niets voor
zichzelven, zij offerden gaarne alles voor
anderen, alles ter eere Gods.
De kloosters veroorzaakten den lande
geene onkosten, zij waren geenszins de
oorzaak van de verhoogde belastingsbrieven.
Integendeel, zij verspreidden welvaart en
gaven aan den daglooner goede verdiensten.
De kloosterlingen prediken christelijke liefde,
deugd, goede zeden, tucht eu orde en zij
zijn zeiven bewonderenswaardige voorbeel
den va i hunne leeringen eu van de gehoor
zaamheid.
De kloosters zijn het belichaamde idee
van het Christendom in den edelsten vorm
en wijze, de verspreiders der christelijke
waarheden en leeringen, de gouden vrucht
O O
van den christelijken godsdienst, die liefde,
gehoorzaamheid eu versterving predikt.
De kazernen die iu Duitschland (wij
zullen ons in onze beschouwingen slechts
tot dit rijk bepalen) 527000 menschen Ker-
bergen om van de duizenden paarden
en kanonnen niet te spreken zijn een
noodzakelijk kwaad, dat dienstbaar is aan
een vreeselijk, bloedig doel. De vrome en
vlijtige kloosterlingen waren de dragers der
beschaving; de plicht der soldaten is, in
den oorlog het werk der beschaving te
verwoesten en menschenlevens te vernieti
gen. Al wat er in de kazerne geleerd wordt,
heeft verwoesting en vernieling ten doel.
Geheel Europa zucht onder het euvel, om
dat de eene Staat den anderen wantrouwt
en angstig en ijverzuchtig om zich heen
ziet. De kloosters echter hebben nou* nim-
O
mer eenig gevaar voor Europa doen ont
staan.
De eenvoudige pijen zijn verboden, de
schitterende uniformen spelen de hoofdrol;
in de stille kloostercellen werd gebeden,
op de exercitie-terreinen wordt gevloekt;
in de kloosters werd gearbeid, geschreven,
geschilderd, gemetseld, gegraven eu geplant;
in de kazernen worden slechts de vernie-
lings- en moordwerktuigen iu goeden staat
gehouden. De kloosters brachten welvaart,
de kazernen verslinden de welvaart der
volken, want zooals bekend is, verzwelgt
7 7 o
het militairisme bijna de geheele opbrengst
der belastingen en door de soldaten, ka
zernen, vestingen enz. zijn alle Staten van
Europa in enorme schuldenlasten gekomen.
Europa maakte in het jaar 1879 eene schuld
van 86,492 millioen. Voorwaar een schrik
wekkend cijfer, dat tot vele eu velerlei be
denkingen aanleiding geeft. Deze schulden-
denis van den mantel, beijverde, zich om aan bem
al de hulpmiddelen zijner kunst te besteden. Doch
het was te Iaat: Mare Chaussard begreep spoedig
dat hij aan het leven en zijn geliefden mantel
vaarwel zou moeten zeggen; de opoffering van het
eerste kostte hem minder dan het verlaten van
den laatste. Ondanks het aangenomen gebruik had
hij zijn' mantel bij zich gehouden en de reglemen
ten van het hospitaal hadden moeten zwichten
voor den onverzettelijken wil van den geblesseerde,
die dreigde aan den keizer zelf te zullen appeleeren
over den smaad dien men zijn mantel wilde aan
doen. Mare Chaussard, drie honderd uren van
zijn vaderland stervende, troostte zich, met wel
gevallen het onderpand van achting beschouwende,
dat hij van zijn keizer ontvangen had, en 't welk
aan het voeteinde van zijn leger van smarte ten
toon gehangen was.
Intusschen hield hem een denkbeeld van wijze
voorzorg geheel bezig: aan wien zou hij zijn dier
baren mantel nalaten? aan wien zou hij dien schat
vermaken? Och! was het 84ste regiment
maar te Wilna present, hij zou den dappersten,
ongetwijfeld den kolonel tot zijn erfgenaam ma
ken. Voorts kende hij de verschrikkelijke oor
logskansen en het gevaar dat zijn legaat loopen
kon, als hij het niet aan een eerlijken bewaarder
toevertrouwde, die de bepalingen van zijn testa
ment stipt ten uitvoer zou brengen. Maar hij moest
die bepalingen in geschrift stellen, wilden zij be
hoorlijk uitgevoerd worden es ongelukkiglijk kon
hij lezen noch schrijven. Mare Chaussard
zag zich dus genoodzaakt om de goede diensten
van een secretaris in te roepen. Dit waren de
denkbeelden die zijn brein vervulden, toen hij op
zekeren avond den aide-major die hem steeds veel
belangstelling betoond had, bij zich verzocht.
Majoor, dus sprak hij hem aan, heb ik nog
voor twee dagen crediet?
De chirurgijn trok de schouders bedenkelijk op
zonder een woord te zeggen. Mare Chaussard be
greep dat stilzwijgen.
Best, nu weet ik genoeg, sprak hij, wilt
ge mijn nu een laatsten dienst bewijzen, waarde
majoor?
Volgaarne. Wat hebt gij aan de hand? mis-
last is uiet door de kloosters veroorzaakt,
maar wel degelijk door de kazernen. En
vermits er steeds meer soldaten,, officieren,
geweren, kanonnen, paarden, enz. noodig
zijn, opdat liet nevelachtig spook van het
«Europeesche evenwicht« niet aan 't wan
kelen komt, zoo moet de belasting-schroef
steeds meer en meer worden aangedraaid,
totdat ten langen leste alle Staten ban
kroet zijn. De gehate, belasterde en ver
volgde kloosters zijn nimmer oorzaak ge
weest van net heffen van nieuwe belastingen.
Duitschland ontving, nu negen jaren ge
leden, 5 milliardenmen durft in dat ge
civiliseerde land nauwelijks vragen waar
zij gebleven zijn en als er in het Pruisi
sche Huis der afgevaardigden een verzoek
schrift wordt ingediend om de pensioenen
der onderwijzers-weduwen van 90 op 120
gulden (per jaar) te brengen, dan wijst
de Minister van Financiën van dat
cultuurland, op de leege zakken van den
Staat.
In de kloosters werden de menschen op
gevoed in de vreeze Gods, zij leerden goede
zeden, matigheid, 'vlijt en werkzaamheid
van de kazernen kan men zulks niet ge
tuigen menig brave jonge man verloor in
die inrichting, moraal en religie.
De kazernen zijn ten dienste van de ver
dediging des vaderlands, maar hoeveel is er
aan verbonden, wat niet tot dat doel dienstig
is. Zelfs do aartsliberale, beruchte Hinkende
Bote uit Lahr, zegt in zijn nieuwste ka
lender (bladz. 135): »als de afgevaardigde
Richter opkomt tegen de luxe bij het leger,
dan moet men hem groot gelijk geven,
evenzoo aan het belastingbetalende volk,
als het bedenkelijk het hoofd schudt over
de kolossale traktementen der hoogere of
ficieren, over de paleizen, die men voor
hen bouwt, over de pracht en weelde der
officiers-casino's, over het heirlesrer van
7 O
jonge gepensioneerde officieren en over nog
vele andere zaken, die niet tot de verde
diging van het vaderland behooren. Eu
wordt »de militaire opvoeding van den
jongeling tot den man,« zooals von Moltke
zegt,- ook verstrekt aan de 20000 «op
passers als ze de schoenen poetsen van
de heeren officieren of als keuken- of kin
dermeid dienst doen bij de echtgenoote van
den heer bataljons- of compagnieskom-
mandant?
Kloosters en kazernen welk eene te
genstelling De tijd der eerstgenoemden
is voorbij en wij leven in het tijdperk der
kazernen
In welke aera stond het met Europa
en de volkeren beter geschapen?
Toen ten vorigen jare Pincoffs uit Rot
terdam gegaan was, en het lid van zekere
firma gaarne een tijdlang van de beurs
verwijderd bleef, brak hij een arm. Den
burgemeester van Brussel is thans iets der
gelijks overkomen. Nu het gemeentebestuur
dier stad geducht in de war zit, omdat een
tijd van onthullingen aangebroken schijnt,
heeft de burgemeester plotseling eene hart
ziekte gekregen, die hem zal doen beslui
ten zjju ontslag te nemen. Eene zaak is
bij dit al gelukkig: volgens de Indépendance
is er nog hoop op genezing. Naar den ge-
vronen loop van dergelijke gevallen te oor-
deelen, mag men wel aannemen, dat de man
inderdaad genezen zal.
De Kamer van afgevaardigden heeft het
wetsontwerp, betreffende de oprichting van
een gedenkteeken ter eere van Koning
Willem II,aangenomen met algemeene stem
men op 1 na. De heer Leval namelijk ont
hield zich van stemming, omdat hij het
monument niet wenschte te doen bekosti
gen uit 's lands kas, maar uit vrijwillige
bijdragen. Ook de heer Metz had daaraan
aanvankelijk de voorkeur gegeven, maar
sloot zich toch aan bij de voorstemmers,
in de vaste overtuiging, dat hun gevoelen
in het geheele land onverdeelde instemming
zou vinden.
Het eerste bataljon van het Schotsche
fusilier-regiment der garde en het tweede
bataljon der jager-brigade hebben bevel
ontvangen naar Ierland te gaan. Alle ver
lofgangers der in Ierland liggende troepeu-
afdeelingen zijn onder de wapenen geroe
pen, en nieuwe aanvragen om verlof wor
den geweigerd.
In de Kamer van afgevaardigden is een
ontwerp ingekomen van den heer Raspail
tot verkoop der kroonjiyyeelen. De Kamer
heeft zich vereenigd met het voorstel der
commissie, om het ontwerp iu overweging
te nemen. Zooals men weet, wil de regee
ring slechts een gedeelte der kroonjuweelen
te gelde maken, namelijk dat gedeelte, het
welk zonder kunstwaarde is of waaraan
geen geschiedkundige bizonderheden ver
bonden zijn.
Den 9den Januari zullen in het gansche
land de verkiezingen plaats hebben ter
vernieuwing van de gemeenteraden.
schien aan uwe vrouw schrijven?
Loop heen, majoor! ik heb nooit willen
trouwen; ik heb gedaan zoo als mijne zuster: ik
ben ongehuwd gebleven.
Aan uwe moeder misschien? vroeg de wond
arts.
Nog veel minder, aangezien ik haar nooit
gekend heb.
Aan wien dan? aan uwen vader, of aan
uwen broeder of aan een ander uwer bloedver
wanten?
Neen, majoor, gij raadt het niet! Aan
de 3de compagnie van het 2de bataljon van het
84ste linieregimentwaarvan ik de eer
gehad heb deel te maken, moet er geschreven
worden; want ik zie wel in dat ik niet langer meer
op de controle van het effectief der levenden figu-
reeren kan.
Welaan, ik zal het doen!
En de aide-major ging aanstonds pen en inkt
en een blad papier halen.
Wordt vervolgd.)