NIEUWE No. 582. Donderdag 27 April 1882. 7e Jaargang De Paus. BUITENLAND. 1,— 0,06 De Chineezen in hun huiselijk leven- HAIRIEMCHE (OlIRAiïT. ABONNEMENTSPBIJS Per 3 maanden voor Haarlem Buiten Haarlem franco per post. Afzonderlijke Nummers 0,85 Dit blad verschijnt Eiken WOENSDAG en ZATERDAG. BUBE AU: St. Jansstraat Haarlem. Jjr - ü,iS-4P AGITE MA ÏTOIJ AGITATE. PBIJS DEB ADVEBTENTIÈN Van 1—6 regels30 Cents. Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. Advertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrijdag avond voor 6 uur ingewacht. Uitgevers KÜPPERS 8c LAUREY. Vervolg en slot.) De Pausen zijn de bevorderaars van den vrede. Het Christendom is de godsdienst van den vrede. Vrede verkondigden de Engelen bij de geboorte van het Goddelijk Kind; den vrede weuschte de Heer zijn Apostelen toe; vrede was ziju testament bij zijn scheiden. Daarom moest de op volger van den Vorst des vredes boven alles den vrede liefhebben, wenschen en bevorderen. »Niets is«, zoo schrijft Inno- centius III aan Koning Willem II van Sicilië, »niets is voor een Vorst roemrijker, dan voor den vrede zorg te dragen; de vrede bewaren, dat is regeeren«. Eu recht zinnige en godsdienstige vorsten beschouw den het steeds als hun plicht aan de ver maning en aan den weusch van den Paus gehoor te geven. Zoo vermaande Innocen- tius III den strijdenden in Ierland van hun veeten aftezien en den vrede te herstellen, en zij gehoorzaamden. In het jaar 1215 verzocht dezelfde Inuocentius den Veneti- aanschen Senaat om lijfsbehoud der over wonnen Paduanen, en zij bleveu gespaard. Innocentius' invloed bewoog de Koningen van Castilië en Portugal de wapens neer te leggen en den vrede te sluiten; en toen in de 14de eeuw de oorlog tusschen beide kronen opnieuw uitbrak, was het Gregorius XI die in 1371 het vrede- en vriendschapsverbond tot stand bracht. Ferdinand de Groote van Castilië weigerde aan Keizer Hendrik IV den verschuldigden eerbied en nam den keizerstitel aan. Daar over beklaagde zich Hendrik IV bij Gre gorius VII. De Paus stelde den Keizer gerust door hem te schrijven, dat zijne waardigheid de eerste in de Christenheid bleef, tevens noodzaakte hij Koniug Fer dinand van den wederrechtelijk aangeno men titel afstand te doen. Moet niet het bestaan eener op moreele grondslagen gevestigde macht, wier aanzien groot en uitgebreid genoeg was, om de oneenigheden der Koningen en Republieken te voorkomen en te beslechten, eene hoogst weldadige genoemd worden? Als ooit de droom van een duurzamen en algemeenen vrede en de wensch der afschaffing van de kostbare staande legers te verwezenlijken ware, dan zou dit alleen mogelijk zijn, als door eene algemeen erkende hooger gestelde geestelijke autoriteit, de twisten FEUILLETON. Een man zonder schaduw. Vervolg en slot.) Wat zich nu voor Kurvey vertoonde, was oog verblindend, was schitterend. Op een troon van het zuiverste goud, bevindt zich een grijsaard, zilverwit is zijn baard en hoofdhaar, zijn om geving is even schitterend als hij en allen groe ten Kurvey en heeten hem welkom in hun on- deraardsch verblijf. De heer van het eiland, want deze was het, treedt van zijn zetel, komt hem tegemoet en geeft hem de bevende hand. „Het doet mij goed", sprak de grijsaard, „eens een man van de buitenwereld te ontmoeten" en hij barstte in tranen uit. Hij verzocht Kurvey plaats te nemen en vroeg of hij eenigen tijd zijn gast wilde zijn. Deze stemde toe. Aan den disch verhaalde de rotsbe woner, dat hij eenmaal gedreven door zucht naar rijkdom en genot, den rijkdom gekocht had ten koste zijner rust, zijner vrijheid. „Voor deze beurs", sprak Bachiue, want deze was de ver ouderde rijkaard, „verkocht ik eens mijn schaduw; deze beurs was onuitputtelijk, doch ik gevoelde al spoedig het gemis van een schat dien ik vroe ger nooit had gewaardeerd. Ik stelde het goud der Koningen en Staten onderzocht en dan bemiddeld en vereffend werdeD. Zoo ging het Pausdom, gelijk zijn God delijke Meester, zegenende en weldoende door de geschiedenis. Doch er hehben misgrepen en fouten plaats gehad! Nu ja, zoo lang menschen het noodlot der menschen leiden, zullen er steeds en overal kleine gebreken en fouten, menschelijke dwalingen blijven bestaan. »De eeuwenzegt Baron von Eötvös, plegen, als de rivieren, in hunnen loop niet altijd hunne reinste deelen als droesem achter te laten, en als wij spreken van het verleden der Christelijke civilisatie, kunnen enkele door de zwakheid der men schelijke natuur ontstane uitwassen, ons geen verwondering baren. Men ver'gete echter niet, dat men den boom niet naar ziju gespleten bast, die de nerven en uit wassen van eeuwen draagt, doch naar ziju weelderig loof, naar zijn bloemen en vruchten beoordeelt. En hij die het Paus dom uit dit gezichtspunt beschouwt, zal hij niet de grootschheid en weldadigheid zijner verschijning moeten bewonderen Nochtans haat en vervolgt de wereld het Pausdom, omdat het de waarheid tegen de leugen, de zedelijkheid tegen de onge bondenheid, het recht tegen het onrecht verdedigt. Men ergert zich niet aan den Russischen Paus met vederhoed en degen, niet aan de Eugelsche Pausin in fluweel en zijde; men ergert zich niet aan den millioenen en millioenen rijken Jood, die per fas et nefas rijk geworden is, doch daar bij duizenden tot den bedelstaf bracht men ergert zich niet aan den rijke, die bij Lucullische maaltijden zwelgt en zich mest door het zweet en bloed zijner ar beiders; men ergert zich niet aan de schanddaden van vele vorsten, maar men ergert zich hoofdzakelijk aan den Paus. En toch waren de meeste Pausen grootsche verschijningen, die oneindig veel goeds gesticht hebben en die niet weinig heiligen in hunne rijen tellen. Doch de oorzaak der ergernis aan het Pausdom ligt hoofd zakelijk daarin, dat, zooals Guizot zoo schoon en treffend zegt, »eene geheele moreele wereldordening van den Paus af hangt Ware het Pausdom menschenwerk, reeds lang zou het zijn vergaan. Maar het is eene Goddelijke instelling en daarom heb ben alle stormen, die in den loop der tijden boven de menschen, het geld boven alles en gij ziet hoe ik mij bedroog, gij ziet hoe ik mij thans hier slechts omgeven van enkele getrouwen heb verbannen, want het daglicht wil ik nimmer wederzien, daar dit mij een gemis zou doen kennen, dat ik thans niet gevoel. Geen der mijnen noch gij hebben schaduw en dat is mijn geluk." Bachine wilde opstaan om Kurvey het kas teel te laten zien: hoe hij alles met dien onuit- puttelijken rijkdom, dien hij bezat, had kunnen inrichten, hoe hij een volslagen maatschappij onder die naakte rots had gestichttoen hij door een hard gebons op zijn lessenaar wakker werd. Bachine spalkte de oogen open en de bankier Fondy stond voor hem. „Wel Bachine," sprak deze, „hoe kom je er aan, om op 't midden van den dag op 't kantoor te zitten slapen Droomde hij of was dat de werkelijkheid? Bachine werd vuurrood, wreef zijn oogen uit, en kneep zich in den arm. Hij waakte. De zon stond aan den helderen hemel te schitteren. Bachine keek met groote oogen naar zijn ver wonderden patroon, doch nauwlijks heeft hij om zich heen gezien, of een kreet van blijdschap ontsnapt zijn borst, „Mijn schaduw!" roept Ba tegen de rots van Petrus woedden, steeds te zijner grootere verheerlijking gediend. Wellicht meer dan in elk andere periode der wereldgeschiedenis, staat ten huidigen dage, het Pausdom op den voorgrond van het Europeesch belang. Niet slechts de millioenen op den uitgestrekten aard bodem, die in den Priester op den Stoel van Petrus, het door God aangewezen centrum hunner Kerk, den oufeilbareu bewaarder der Goddelijke heilleer erkennen en vereeren, doch ook degenen, welke vijandig staan tegenover de Kerk en den drager barer eenheid, worden tegen wil en dank gedwon gen hun blik op de stad der Pausen te richten. Voor of tegen Rome, is in onze dagen het wachtwoord dat de legers scheidt. Daar zijn, wel is waar, lieden, die ver zekeren, dat het Pausdom gestorven of ten minste den dood zeer nabij is. De negen tiende eeuw, zoo decreteeren zij, zal het Pausdom als lijk aanschouwen. Zij verze keren zulks, maar gelooven doen zij 't niet. Als de Christophorus der legende is het Pausdom door de veelbewogen stroomen der eeuwen heengesehreden en heeft den schat der Christelijke beschaving door de stormen der tijden gered tot op den hui digen dag. En alle ernstige en redelijke geesten, al staan zij door hun geioofsbe- kenteuis nog zoo ver van de Kerk verwij derd, moeten aan de hand der geschiedenis, in het Pansdom eene instelling erkennen, welke in haar verleden de borgtocht der toekomst draagt. Geen enkel teeken doet zich voor dat op het einde van het Pausdom wijst. Als in onze dagen den Paus zijne duizendjarige wereldlijke bezitting door list en geweld werd ontroofd; als hij in de eeuwige stad nog slechts enkele meters grond zijn eigen dom noemt en ook dit toevluchtsoord door de revolutie bedreigd ziet; als zelfs naar het lijk van een hoog geachten en hoog- geeërden Paus met slijk geworpen wordt; als de diplomaten de hoofden bij elkaar steken en niet weten, hoe zij de vrijheid van den Paus beschermen zullen, dan noemen wij een en ander ongetwijfeld treurige ver schijnselen, maar het zijn geen teekeus, die aanduiden dat het einde dier lauge heer schappij nabij is. Rome en het Pausdom hebben droeviger dagen gekend en zijn zege vierend uit den zwaren strijd getreden. De vijanden van het Pausdom liggen in 't stof, Rome staat nog ongedeerd. Rondom chine, „daar is zij" en de vreugde zou voor hem na- deelig zijn geworden, had de bankier, die, hoewel er niets van begrijpende, vol medelijden met den in zwijm gevallen jongeling, hem niet bijgebracht en in een rijtuig den armen boekhouder naar zijn woning vervoerd. Daar zijnde kwam Bachine weer bij en ver haalde in zijn kleuren den droom, dien hij had gehad en die volgens hem daarin zijn oorsprong vond, dat hij geruimen tijd aan een gevoel van af gunst had voedsel gegeven, voor diegenen, die vrouw Fortuna milder met aardsche goederen had bedeeld dan hem. Fondy, een verstandig man, en eigenaar van een blad, liet den droom van ziju eersten klerk te boek stellen en trok voor de abonné's van zijn blad, die minder mild door de fortuin waren bedeeld, de volgende moraal uit den voor Bachine zoo afmattenden droom: Wees altijd tevreden met uw lot, misgun den rijke de aardsche goe deren niet; wie weet of hij u uwe tevredenheid niet benijdt als Bachine de schaduw van ande ren en waardeer altijd alle gaven des hemels, hoe gering zij ook schijnen, eer dat zij door hun gemis door u worden gewaardeerd, maar dan te laat „De Chineezen," deelt een reiziger mede, die in de gelegenheid is geweest om met hunne ge- het wonderbare voortbestaau vau Rome,« zegt een geestig publicist, is Europa drie maal van gedaante veranderd.De oudheid is verdwenen, de middeleeuwen zijn voorbij. De machtige Rijken van Karei den Groote, Karei V en Napoleon, zij kwamen en ver dwenen. Natiën hebben geschitterd, die thans niet meer bestaan. Alles duurde slechts eenigen tijd, de ideeën, de volkeren, de Rijken; Rome alleen hield stand, de Paus alleen bleef bestaan. Dit feit geeft, dunkt ons, waarlijk stof tot ernstig nadenken. De Bondsraad heeft met 36 tegen 22 stemmen het tabaksmonopolie aangenomen. Door de Beiersche Kamer is met 80 tegen 50 stemmen een resolutie aangeno men, tot aanbeveling der wederinvoering van het gildewezen, ofschoon de Regeering er zich tegen verzet had. Men weet, dat de reactie ten gunste der oude gilden zich reeds sedert eenigen tijd in Duitschland openbaart. De Commissie van rapporteurs in het Pruisische Heerenhuis beeft het ontwerp betreffende de Meiwetten aangenomen, doch niet geheel en al zooals het door het Huis van afgevaardigden was goedgekeurd. Zij heeft twee wijzigingen er in gemaakt. De eerste, namelijk de verlenging der in art. 1 genoemde discretionnaire volmachten der Regeeriug tot 1 April 1884, hebben wij reeds vermeld. De andere betreft de ker kelijke seminariëu, in art. 3. Maclean, die te Windsor een schot loste op het rijtuig van Koningin Victoria, zou Maandag naar het krankzinnigenge sticht te Broadmoor worden overgebracht. Het vonnis, dat de rechter over hem uit sprak, heeft niet den minsten indruk op hem gemaakt. In den jongsten Britschen Minister raad moet besloten zijn zich te vereenigen met het bekende voorstel Smith een conservatief oud-Mini3ter tot begun stiging der uitbreiding van het kleine grondbezit in Ierland, waarbij de Regeering dan in het groot als kooper optreedt om in het klein te verkoopen. De Raad besloot in deze de ondersteuning der oppositie aan te nemeu, opdat men het voorstel als een uitnemend middel beschouwt, om practische uitvoering te geven aan de Iersche landwet. Voorts zou nog in den Ministerraad zijn bruiken bekend te worden, „omringen hun hui selijk leven niet met zooveel geheimzinnigheid als wij in Europa gewoon zijn. Een groot scherm voor de deur, en een soort van jaloezie of eene mat voor het venster is hunne eenige voorzorg tegen lastige bespieding. Voor 't overige rede neeren zij aldus „De menschelijke natuur heeft behoefte aan slaap, en hier is eene mat om op te gaan liggen. Waarom er een geheim van te maken De meusch heeft ook behoefte aan eten, en hij bevredigt zijn eetlust, dat mag iedereen zien. Zeg een Chineeschen kok dat gij honger hebt, en dadelijk zal hij zijn kookgereedschap voor den dag halen en onder uwe oogen koken. Hij denkt er niet aan zijne werkzaamheden in een achteraf hoek, dien men een keuken noemt, te verbergen. Overal gaat hij maar zitten, legt een vuur aan op of in wat hem maar 't eerst voor de hand komt, eene kom, een schotel, een pot of een pan; zijne vindingrijkheid kent geen grenzen, hij zal midden op straat koken of te midden van zijne gasten in eene restauratie. Bij zekere gelegenheid, aan boord van eene jonk, merkte ik een man op, die voor zich zeiven en ziju buurman eten in eene tobbe kookte en zijn kolen in een schotel van aardewerk had. 't Is een wonderlijk volk, die Chineezen; niets onder de zon overtreft hunne handigheid, hunne vin dingrijkheid en geduld."

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1882 | | pagina 1