NIEUWE
No, 614.
Donderdag 17 Augustus 1882.
7e Jaargang,
Een //bescliavings"-krijg.
BUITENLAND.
0,85
1-
0,06
Iets over tafelgoed.
Uniform.
Een zeeroman.
HA4RL
ABONNEMENTSFBIJ8
Per 3 maanden voor Haarlem
Buiten Haarlem franco per post.
Afzonderlijke Nummers
cot
Dit blad verschijnt
Eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
BUREAU: St. Jansstraat Haarlem.
Engelands politiek in den Egypti-
schen oorlog hebben wij reeds in eeu
vorig artikel besproken en onze ideeën
daaromtrent uiteengezet. Dat de financieele
quaestie ook in dezen oorlog eeue groote
rol speelt, 't is buiten kijf. Wij zullen
dienaangaande in 't kort het een en ander
releveeren.
Vraagt men in Engeland waarom de
strijd in het land der Pharao's begonnen
is, dan zulleu de zonen Albions antwoorden;
ter wille van de beschaving.* De waar
heid is echter dat deze bloedige krijg werd
aangevangen uit zucht tot auexatie en ter
wille van de koningen der beurs. Immers
voor de woekerrenten der heeren Rothschild
en consorten moet zorg gedragen worden,
al moeten zij ook van de arme, hongerlij
dende Fellahs worden afgeperst. Waarlijk
het is geen civilisatie- maar een coupon
oorlog, zooals het Wiener Vaterland hem
de/.er dagen betitelde.
In het jaar 1881 moesten de Egypte-
naren aan belasting ruim vijftien gulden
per hoofd opbrengen; zulk een cijfer is in
een half beschaafd laud ongemeen hoog;
het Staatsbestuur moest er in elk geval
genoeg aan hebben. Het tegendeel is waar,
de Regteriug komt te kort, omdat zij zoo
veel woekerrenten te betalen heeft. In het
jaar 1857 had Egypte slechts eene schuld
vau 15 a 16 millioeu gulden. In 1860 nam
echter het sluiten van leeningen een aan
vang en dit werd onder het wanbestuur
van eeu Ismaïl op de meest ou verantwoor
delijke en schandelijkste wijze voortgezet.
Van elke obligatie ontving de Kbedive
niet meer dan 75 of 80 percent; bovendien
brachten de bankiers ook nog agio in re
kening. Aan rente moest de Khedive 7 of
8 percent van de gansche som betalen,
ofschoon hij slechts een gedeelte ervan
ontvangen had. De houders van obligatiën
lieteu zich dus het risico, het gevaar dat
zij liepen, waarlijk op woekerachtige wijze
betalen. Niettegenstaande de vele aflossiu-
gen die er plaats hadden, was in het jaar
1876 de totale schuld tot meer dan 1100
millioen gulden geklommen. In het jaar
1879, toen de schuld geconsolideerd werd,
had zij een cijfer van ongeveer 1200 mil-
F E ILL ET ON.
Ieder beschaafd mensch beschouwt tegenwoor
dig tafellakens en servetten als onmisbare disch-
benoodigdheden, zonder daarbij te bedenken, dat
zij eerst sedert ongeveer driehonderd jaar in ge
bruik zijn. De Spartanen hielden, in weerwil van
hunne zwarte soep, voel van schoone handen,
«n legden daarom naast eiken gast een stuk
oudbakken brood, waaraan hij zijne handen kon
afvegen. De Kelten gebruikten te dien einde
bossen hooi of stroo, waarop zij aan tafel
zaten. Eertijds at men aan eenvoudige gladhou
ten tafels, en onder de schotels en borden wer
den gelooide dierenvellen gelegd. Toen kwam
er een tijd, dat alleen de tafels van vorstelijke
en andere voorname personen met linnen of
damasten tafellakens gedekt warenen toen
later de tafellakens algemeen waren gewor-
en, bestonden zij in burgergezinnen uit eigen
gesponnen linnen, dat dubbel gevouwen over
de tafel werd gespreid en tegelijk tot servet
diende.
De eerste servetten werden in Rheims ge
maakt en aan koning Karei VII hij zijn.kroning
aldaar door de stad ten geschenke aangeboden.
Later had men aan het hof ook servetten van
fluweel met wapens en rijk met edelgesteenten
versierd, maar men gebruikte andere van linnen,
die daaronder lagen. Montesquieu heeft opge-
lioen gulden bereikt. Tot voldoening van
den interest moet dan ook in Egypte jaar
lijks f 8.40 per hoofd betaald worden.
Tot in het begin van 1875 hebben de
schuldeischers hun geld ontvangen; de mees
ten hebben dus niet alleen de hun rechtmatig
toekomende ren ten,maar ook het kapitaal we
derom in huune kas. Hun geschiedde dus geen
onrecht, toeu de Khedive in het jaar 1875
de betalingen staakte. Nu echter namen
Engeland en Frankrijk het in vorderen der
woekerrenten op zich. Zij drongen den Khe
dive twee Europeesche Ministers op, die
de eigenlijke regeerders van het land waren.
En toen zij den zoon van Ismaïl aan den
leiband hadden, joegen zij den ouden Khedive
weg en plaatsten zijn zoon Tewfik als
heerscher, Tewfik die niets anders is dan
een werktuig der Westersche machten.
Egypte stond feitelijk onder vreemde
heerschappij eu dit veroorzaakte groote
ontevredenheid onder de ingeborenen, die
allengs tot het bewustzijn kwamen, dat ook
zij' een volk waren, dat rechten bezat en
op rechten mocht aanspraak maken. De
militaire macht hield het volk in bedwang
tegen de vreemde bloedzuigers. Ten slotte
kwam Arabi aan de spitse des legers. Toen
de Westersche mogendheden den Khedive,
dwongen, soldaten, die zich tegen Arabi
haddeu verzet, genade te schenken, stond
Arabi tegen den Khedive en zijne beheer-
schers op; de vrijheidsoorlog tegen de Euro
peanen nam een aanvang en Engelsche
troepen waagden hun leven om de Roth
schilds en consorten weder aan huune reuten
te helpen.
Van zekere zijde wordt wel eens be
weerd, dat de arme landbouwers van Egypte,
de Fellahs, slechts mest zijn voor den bodem
waaruit de Europeanen hunne gouden be-
schavings-renten* verwerven. Eu inderdaad
de Fellahs worden reeds lang verschrikkelijk
onderdrukt. Dat echter Europa, in plaats
van, door zijn machtigen invloed, Egypte's
toestand te verbeteren, er toe bijdraagt om
de positie der Fellahs door de buitenspo
rige eischen van de Europeesche kapita
listen te verergeren, ja ondraaglijk te maken,
dat is en blijft eene zoude en eeue schande, die
het schuldboek van onze reeds zoo zeer
belaste civilisatie van een nieuwe donkere
bladzijde voorzien. Hebben de Rothschilds
merkt, dat eerst in zijn tijd de servetten bij par
ticuliere personen algemeen begonnen te worden.
Voordat de linnen servetten in Rheims gefabri
ceerd werden, gebruikte men daarvoor groote
wollen lappen. Dat er aan het tafellaken een
zekere gewichtige beteekenis werd gehecht, blijkt
uit het volgende, waarvan ook de uitdrukking:
«Het tafellaken doorsnijden" afkomstig is.
In vroeger tijd was het een merkwaardig ge
bruik, dat de heraut het recht had voor de
plaats van een ridder, op wien een blaam kleefde,
het tafellaken door te snijden en zijn brood en
zijn bord om te keeren. Wie aldus beleedigd
werd, moest de smet uitwisscheu of bewijzen dat
men hem onrecht had aangedaan. Zulk een smaad
werd zelfs eeu machtig vorst, Graaf Willem van
Henegouwen, aangedaan, toen hij bij Koning
Karei VII van Frankrijk ter maaltijd was. Een
wapenheraut sneed het tafellaken voor hem
door, met de aanmerking, dat een ridder, die
geen wapen droeg, niet waardig was aan 's Konings
tafel te zitten. Toen de graaf onthutst antwoordde
dat hij evengoed als ieder ander zwaard en lans
voerde, hernam de heraut: „Dat kan niet waar
zijn, anders zoudt gij den dood van uw oom,
die bij Couriray verslagen is, reeds lang ge
wroken hebben."
Ook van den Wurtembergschen graaf Eber-
hard den Grimmige vermeldt de geschiedenis,
dat hij na den slag bij Reutlingen in 1377,
dien zijn zoon Ulrich verloor, iets dergelijks
deed, dóór Uhland in zijne balladen bezongen.
Dus is dat spreekwoord van „het tafellaken
en consorten de waanzinnige, matelooze ver-
kwistings-zucht, van den vroegeren Khedive
Ismaïl mogelijk gemaakt en ondersteund en
daardoor Egypte in eeue voor zijne krach
ten veel te grooten schuldenlast gebracht,
van welken zeer weinig tot werkelijk wel
zijn van het land gebezigd werd, dan moe-
teu de Rothschilds en consorten ook de
gevolgen hunner handelwijze dragen.
Doch deze heeren weten zich bij ge
waagde financieele oudernemingen uitmun
tend te beschermen, zij nemen onsolide lee-
ningen slechts tot zeer lage coursen aan,
laten zich kolossale renten betalen en ont
vangen dan door deze langzamerhand hun
kapitaal terug. Hebben zij zich echter ver
rekend, komt het risico te voorschijn, dan
is het toch dunkt ons een overmoedige
eiscli, als zij verlangen dat de Régeeringen
van Europa voor heü op komen en de
Europeesche volken zelfs met hun goed en
bloed er voor zullen instaan dat de Roth
schilds en consorten aan hun geld komen,
't Is, dunkt ons, eene brutale aanmatiging
van de kapitalisten, wanneer zij verlangen
dat het risico van hen worde afgewend eu
dat de Europeesche diplomatie en even
tueel zelfs de Europeesche legers en vloten
ten hunnen dienste worden gesteld. Neeu
als mest voor de civilisatie der gouden
internationale* zijn zelfs de Egyptische
Fella'hs, laat staan de Europeesche, toch
nog te goed.
Wij hopen dat de neutrale mogendheden
tenminste wakeu zullen voor het behoud
vau den wereldvrede. Wij hopen ook, dat
bij de oplossing der Egyptische crisis, Europa
de werkelijke belangen der beschaving en
de voorwaarden van bet wettige eu zegen
rijke haudelsverkeer zal weten te onder
scheiden van de eischen der woekeraars,
die geen bescherming verdienen. Ook de
Fellahs zijn menschen, geen mest voor het
zaad van het joodsche kapitaal.
Alle ware Christenen en eerlijk produ-
eeerende standen, moeten ongetwijfeld pro-
lesteereu, nu Europa de brutale, financieele
knevelarij bevordert en zelfs offers van
goed en bloed van zijne bewoners eisebt,
om den ellendigen woeker in bescherming
te nemen.
doorsnijden" reeds over de 500 jaar oud.
In de oudheid schijnen de legers geen gere
gelde uniform gehad te hebben, hoewel de
krijgslieden zich min of meer gelijkvormig kleed
den en in vele gevallen ondersclieidingsteekens
hadden. De Spartaansche soldaat was te kennen
aan zijn clamys of rood kleed, welke bloedkleur
volgens sommige geschiedschrijvers, was aange
nomen, opdat hij niet flauwhartig zou worden
als hij zijn eigen bloed of dat van zijn krijgs
makkers zag; hoewel het, op gezag van andere
geschiedschrijvers, ten doel had den vijand het
zegevierend gevoel niet te gunnen vau hun bloed
te zien vloeien. Bij de Galliërs was de gelief
koosde kleeding van een krijgsman de huid van
een wild dier, welks kop tot helm diende en
welks open bek en tanden den drager er van
een zeer barsch voorkomen gaven. De afdcelin-
gen der Kruisvaarders waren door zichtbare
teekens te onderscheiden, zooals pluimen en
sjerpen; maar in de middeleeuwen was de gewone
kleeding van krijgslieden, die zulk een wapen
rusting konden bekostigen, een helm en een
maliënkolder. In Frankrijk was het tot 1670 niet
ongewoon, als soldaten voor de eerste maal op
kosten van den koning werden uitgerust, dat er
geregelde uniformen gedragen werden; en van
lieverlede werd die gewoonte in de andere Euro
peesche landen aangenomen.
Het Doitsche eskader iu de Egyptische
wateren waarvan het Berl. Tagehlatt
't eerst het bericht bracht en welke mede-
deeliug weerspraak vond in de officieuse
pers zal toch werkelijk worden versterkt.
In 1881 heeft de régie in Frankrijk
in 't geheel 355 millioen fr. aan tabak en
sigareu verkocht. De régie heeft thans 1643
arbeiders en 20,576 arbeidsters in dienst.
Van jaar tot jaar is liet aantal toegenomen
ten gevolge van het steeds vermeerderd ge
bruik vau tabak en sigaren. De hoeveel
heid tabak, die thaus jaarlijks in Frankrijk
verkocht wordt, is meer dan 34 millioen
kilo. Voor den verkoop vau 100 fr. aan
tabak heeft de régie eene uitgave vau 18 fr.
08 e. aan grondstof en arbeidsloon.
Het bladNi Dieu ni Mai.tredat door
Blanqui gesticht was en eeu kort bestaan
had, zal op nieuw verschijnen.
De Société d'émulation industrielle te
CbauxJefouds heeft het initiatief geuomeu
voor eene nieuwe beweging ten guuste van
octrooien. Zij heeft besloten, alle Zwïtser-
sche vereenigingen op het gebied van han
del eu nijverheid uit te noodigen tot het
houden vau een cougres, om te beraad
slagen over de noodige stappen, ten einde
de zaak, zoo mogelijk, reeds in de eerst
volgende zitting der Bondsvergadering (in
December) opnieuw tot een punt vau over
weging te maken.
O O
Een bericht uit Napels in Daily News,
meldt dat de Esploratore, van de Italiaau-
sehe marine, met een detachement scherp
schutters aan boord naar Caprera vertrokken
is, om te voorkomen dat een expeditie,
welke op weg daarheen is met het doel
liet lijk van Garibaldi te verbranden, aan
dit voornemen gevolg geve.
Tot heden (15 Aug) heeft de Sultan
noch de proclamatie, uoch de couventie
bekrachtigd. Lord Dnfferin blijft aandrin
gen op uitvaardiging der proclamatie vóór
de ontscheping der Turksche troepen. Saïd-
Pacha adviseert ten krachtigste tot eene
schikking met Engeland en aanneming der
militaire couveutie; maar er zijn ten pa-
leize twee partijen, waarvan de eene aan
Saïd-pacha hare ondersteuning verleent,
terwijl de andere de conventie, zooals deze
De Indian Herald verhaalt eene merkwaardige
geschiedenis betreffende Admiraal Bythesea, rid
der van het Victoria Kruis en de Bath-orde,
die onlangs zijn ontslag uit den dienst heeft ge
nomen, na verscheidene jaren den post van con
sulent-zeeofficier bij het Indische Gouvernement
bekleed te hebben. Dat verhaal meldt, (lat de
admiraal, als eeu klein kind, aan een baal goed
vastgebonden, ver in zee werd opgenomen. Een
dame vermoedelijk zijn moeder was bij
hem, maar zij was dood, en er waren volstrekt
geen aanwijzingen om op het spoor van de namen
der vondelingen te komen. De officieren van het
oorlogsschip, dat het arme kind opnam, deden
alles wat zij konden om door advertentiën en
navragen zijne familie uit te vorschen, en toen
al hunne pogingen vrnchteloos bleken te zijn,
besloten zij het kind aan te nemen en gaven
het den naam van nBy the Sea" (op zee). Hij
werd naar een zeemansschool gezonden, en toen
hij oud genoeg was, trad hij in den zeedienst.
Het trof toevallig dat het eerste schip, waarop
hij diende, juist dat was, dat hem als kind het
leven had gered. Hij legde zich met ijver op
zijn beroep toe en onderscheidde zich in den
Krim-oorlog bij het eiland Wardöe, waar hij
het Victoria Kruis en de Bath-orde verdiende.
Later in Indische dienst werd hij ridder der
orde van het Indische Rijk en nu heeft hij den
dienst verlaten met den rang van admiraal. De
goedhartige officieren, die hem redden en op
voedden, konden toen zeker weinig vermoeden
dat hij het tot dien rang zou brengen.
:urM,USTl>Ml
ACUTE MA NON AGITATE.
PBIJS DEK ADVEBTENTIÉR
Vau 1—6 regels.30 Cents.
Elke regel meer 5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Advertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrijdag
avond voor 6 uur ingewacht.
Uitgevers KÜPPERS k LAUREY.