N I E U W E
No. 643.
Zondag 26 November 1S82
7e Jaargang,
mmm
Spoedig, kalm en bevredigend.
BUITENLAND,
iMth
~m- m
Eene misdaad.
J 0,8L
Par 3 maanden voor Haarlem
Buiten Haarlem franco per post.
Afzonderlijke Nummers
Dit blad verschijnt
Eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
BUREAU: St. Jansstraat Haarlem.
AGKETE MA NON AGTTATE.
PRIJS DER ADVER'PENTIÈN
Van iregels,30 Cent*
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Advertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrijdag
avond voor 6 uur ingewacht.
Uitgevers KÜPPEK8 UAUPEY
Bij dit nummer behoort een bijvoegsel.
Wij gaan op parlementair gebied zeer
belangrijke dagen te gemoet. De staatsbe-
grooting voor 1883 zal weldra aan de orde
komen. Uit den aard der zaak levert het
budget steeds ruimschoots stof tot breed
voerige debatten. Geheel het staatsbeleid
komt bij die gelegenheid aan de orde. Dat
zulks plaats heeft, is alleszins natuurlijk.
De groote volksbelangen mogen toch wel
eens per jaar in 't algemeen worden be
sproken. 't Is dan ook niet om daar tegen
te protesteeren dat wij thans de pen in
handen nemen. Naar onze overtuiging is
het echter niet overbodig om eens speciaal
de vraag te overwegen: of de handhaving
van het tegenwoordig Bewind al dan niet
wenschelijk moet heeten. Van het antwoord
op die vraag hangt veel af voor de rich
ting welke aan het begrootingsdebat zal
behooren gegeven te worden. Wil men het
Kabinet doen vallen, dan zou het zeker
weuscbolijker zijn om de budget-discussiën
te bekorten, in dien zin namelijk dat men
een votum tegen de Regeering uitlokte voor
men met de begrootingsoverweging begon.
De Regeering zou in dit votum der Ka
nier dan een aanwijzing knuuen vinden om
de begrootingen terug te nemen en ze in
credietwetten te veranderen. Dat zou trou
wens ook wel moeten gebeuren, want het
Ministerie zou, zoo tot geen ontbinding
der Kamer werd overgegaan, behooren af
te treden.
Nu gelooveu wij niet te veel te zeggen,
als wij beweren, dat de aftreding van het
geheele Bewind alleen door de vrienden
van den heer Kappeyne wordt begeerd.
Tegen enkele leden van het Bewind oestaat
bij zeer vele Kamerleden bezwaar. Zoo kan
het niet anders of de liberale verklaringen
van den Minister de Brauw hebben bij velen
bezorgdheid verwekt, 't Komt toch aan
deze bevoegden voor, dat de Minister de
o
Brauw nog geavanceerder denkt op kolo
niaal gebied dan zijn ambtsvoorganger,
baron van Golstein.
Groote sympathie voor deu Minister van
Buitenlandscbe Zaken, den heer Rochnssen
zal ook wel niet bij de Kamermeerderheid
gevonden worden.
Met den Minister van Marine zullen ook
maar zeer enkele Kamerleden ingenomen
heid gevoelen.
FEUILLETON.
Wij hadden iederen Zaterdag-avond een club,
in welke kooplieden, beambten en officieren
bijeen kwamen.
Het was in een rijke handelsstad en de koop
lieden maakten het voorname deel der leden
uit. Onder hen had ik een vriend. Hij was ouder
dan ik, maar wij hadden elkander bij onder
scheidene gelegenheden leeren kennen, en daar
door was een wederzij-Isch innig vertrouwen
ontstaan.
Vrijheer van Holberg was zijn familie-naam.
Tred rik Holberg was de naam der firma van
let algemeen geacht handelshuis. Hij was vroeger
ln dienst en officier zonder fortuin geweest; hij
had de veldtochten van 18131815 medege
maakt, eer en roem verworven, en was met een
ordeteeken versierd geworden; vervolgens had
hij, bemerkende (lat er iu den militairen dienst
geen fortuin te maken was, zijn ontslag genomen
eu zijn geluk in den handel gezocht. Hij had
hot gevonden, eerst iu Amerika; sedert eenige
jaren was hij in Europa teruggekeerd en be
hoorde thans tot een der rijkste kooplieden dei-
stad, alwaar hij, wegens zijne eerlijkheid en op-
rechtheid, algemeene achting genoot, llij w a
Tot hiertoe dachten wij nog maar alleen
aan dc rechterzijde der Kamer; doch aan
de linkerzijde heerscht natuurlijk bij velen
nog meer antipathie jegens dit Bewind.
De liberalen vormen een ondankbaar
menschenras. Door het tegenwoordig Ka
binet werden toch bij herhaling de grootste
concessiën aan de liberalen gedaan. Op
onderwijsgebied ging de vorige Minister
van Biunenlandsche Zaken zelfs volkomen
met de liberalen mee. Toch mokken en
mopperen de liberalen tegen dit Bewind.
Als ze er kans op zagen zouden ze het
gaarne doen vallen. De macht er toe zou
den de liberalen vrel hebben, als zij maar
eeusgeziud waren Dit is evenwel niet zoo.
De heereu libertijnen liggen onderling
overhoop.
Zou het nu hunnerzijds vaderlandsliefde
verraden, als zij het Bewind deden tuime
len? Wij gelooveu het niet, daar zij niet
bij machte zijn een Bestuur te vormen dat
het tegenwoordige vervangen zou.
Er bestaat dus voor de rechterzijde zoo
veel als voor deu linkerkant alle reden om
een afwachtende houding te blijven aanne
men. Waar dat zoo is, daar schijnt het
ons toe een daad en plicht vau vaderlands
liefde te ziju om begrootiogsdebatten niet
al te lang te doen duren.
Bovenal hebbe men zich te onthouden
van alle heftige oppositie. Met een stel
selmatig verzet, als men toch het Bewind
behoudeu moet, wordt niemand of niets
gebaat. Veeleer zou het tegendeel het ge
val zijn.
Met allen aandrang wekken wij daarom
onze volksvertegenwoordigers op, zich niet
door persoonlijke antipathie te laten be-
heerschen.
Wat nut zouden ook volbloed oppositie-
gezinde adviezen hebben, als bij de stem
ming ministerieel wordt gevoteerd? Dan
lost zich zulk een houding doodeenvoudig
op in een vermorsen van den tijd, die veel
beter aan de behartiging van andere be
langen kan worden besteed.
Bovendien vergete men niet dat door dit
Bewind ook wel eenig goeds werd verricht.
De kieswet, welker wijziging van verschil
lende zijden werd verlangd, heeft het met
terdaad aan eene wijziging onderworpen. De
nieuwe Minister van Biunenlandsche Zaken,
die de hervorming der kieswet en kiestabel
ter hand nam, deed in 't algemeen blijken
van veel goeden wil.
lid van onze Zaturdag-avond-club, welke hij
regelmatig bezocht.
Op zekeren avond, in den zomer, kwam hij
later dan gewoonlijk. Toen hij binnentrad, be
merkte ik dat hij eenigszins opgewonden was,
hetgeen hij, ten minste voor mij, die hem kende,
vruchteloos trachtte te verbergen. Ik meende
reeds sedert eenigen tijd een verandering aan
hem te hebben bespeurd; hij was stiller dan ge
woonlijk, niet altijd in dezelfde stemming; er
scheen hem iets te hinderen. Zijn oogen hadden
mij dadelijk hij zijn intreden gezocht. Na e nige
oogenblikken toeveus naderde hij mij, ving een
gesprek met mij aan en geleidde mij, als zonder
oogmerk, buiten de omgeving d< r leden van het
gezelschap. Het zomer-lokaal van de elub was
in een groeten tuin nabij de stad.
Wij traden iu een dicht begroeid priëel. Het
gelaat van Holberg was merkbaar veranderd.
Het scheen dat hij onder een zwaren last ge
bukt ging.
„Ik heb u iets te vragen," ving hij aan, „een
vraag aan den vriend, maar ook aan den
rechter."
Hij zweeg. Het was, alsof hij niet verder kon
spreken, alsof hij lucht moest zoeken.
„Dus een dubbele gewetens-uitspraak," ver
volgde hij.
„Ik zal u naar de inspraak van mijn hart en
volgens mijn verstand antwoorden," zeide ik.
In de onderwijszaken heeft hij ook al
veel meer tegemoetkoming getoond dan
zijn ambtsvoorganger. Wellicht zal hij ook
het voorstel-Vermeulen, voor het bizonder
onderwijs van zoo groot gewicht, ook niet
bestrijden.
De Minister van Waterstaat toonde zich
rechtvaardig tegenover Noord-Brabant, een
daad welke alle waardeering verdient, nu
vele opvolgende Ministers minder loyaal
tegenover Brabant te werk gingen.
Eu de Minister van Financiën bleef ook
niet achterwege te bewijzen dat hij bereid
is, om de finaiiciëele belangen der Natie
te bevorderen. Wel moeten ziju voorstellen
nog worden afgewacht, wel is het moge
lijk, dat zij niet zullen meevallen, doch men
moet hem minstens in de gelegenheid stellen
van ze in te dienen eu te verdedigen.
Alles pleit dus voor de aanneming van
al de begrootingen, daar zelfs de verwer
ping van eenige hoofdstukken gevaarlijk
zou kunnen worden voor het geheele Ka
binet. En als er een crisis ontstond zou
zeker de anti-liberale partij niet worden
gehaat.
Maar als men het Bewind wil, ja moet
behouden, dan behoort men zich ook te
onthouden van alle kleingeestige oppositie.
Het bemoeilijken vau eeu Kabiuet, dat
meu niet tot aftreden wil nopeu, kan alleen
ten nadeele werken voor de belangeu, die
het Bewind verlangde te bevorderen en te
beschermen. Hartelijk hopen wij daarom,
dat de begrootingsdebatten spoedigkalm
en bevredigend voor het laud zullen af-
loopen.
De Bondsraad heeft besloten tot de ver
lenging van den kleinen staat van beleg
voor Berlijn met één jaar.
De Minister van Koophandel van
Frankrijk heeft aan den Franschen consul-
geueraal te Amsterdam verklaard, dat de
Minister vau Financiën geen gelden be
schikbaar heeft om het hem toegestane
crediet voor de internationale tentoonstel
ling te verhoogen.
Zóó de ouden zongen, zoo piepen de
jougen. I i het gymnasium te Aix is ouder
de jeugdige burgertjes een opstand uitge
barsten, De oproerige jongeheeren liepen
eeu surveillant onderste boven en trokken
de school uit.
„Maar," hernam hij en kon mij daarbij niet
aanzien, „de zaak betreft mij niet. Ik heb van
een vriend den last ontvangen, u om uw ge
voelen en uw raad te vragen."
„Mijn antwoord zal zijn alsof het eene zaak
ware, die u persoonlijk betreft. Deel ze mij mede."
Hij scheen, ongeacht zijn verzekering, dat de
zaak hem niet betrof, toch geen moed genoeg
te hebben, om dadelijk mij met de aangelegen
heid hekend te maken. Eindelijk zeide hij:
„Den koopmau zijn zijne boeken zijn eere-
teeken en zijn adeldom. Zijt gij niet van mijne
meening?"
„liet is het gevoelen van een edel mensch,"
antwoordde ik, „maar ook een waar, een wettig
gevoelen."
„En door een onwettigheid daarin heeft hij
zijn eer en zijn naam bezoedeld?"
„En voor de wet eeu vervalscliing, een mis
daad gepleegd."
„Altijd?" vroeg hij haastig, „door iedere
onwettigheid?"
„In den regel, althans vooral indien daardoor
de rechten van anderen zouden worden bena
deeld
„Dan altijd?"
„Ik ken geen uitzondering. Slechts bizondere
oorzaken en omstandigheden zouden daartoe aan
leiding kunnen geven, doch moeten worden be
wezen."
Een grondeigenaar te Saint Etieune,
wiens huis men te vergeefs getracht bad
met petroleum te vernielen, ontving een
brief, waarin hem beloofd werd, dat men
het nu weldra met dynamiet zal overdoen.
In zijn jongste maande] ij ksche vergade
ring heeft het syndicaat van den muziek
handel te Parijs den wensch te kennen ge
geven, dat de Fran3che uitgevers geen deel
zouden nemen aan de tentoonstelling te
Amsterdam, aangezien de overeenkomst
tusschen Frankrijk en de Nederlanden, wel
verre van den internationalen muzikalen
eigendom te beschermen, juist het tegen
deel in de hand schijnt te werken.
Met 383 tegen 88 stemmen heeft de
Kamer het suppletoirekrediet van fr. 440,000
ten behoeve van de slachtoffers van deu
staatsgreep van 2 December aangenomen.
De correspondent der Standard te
Madrid verneemt dat Spanje overeenkom
stig Engelands eisch voornemens is eerst
daags de Cubaausche opstandelingen, te
Gibraltar gearresteerd, los te laten onder
voorwaarde dat zij beloven niet terug te
keeren naar Cuba.
De liberale partij iu Engeland leed
dezer dagen iu een verkieziezingsstrijd eene
gevoelige nederlaag. De Afgevaardigde
GrenfeH namelijk (liberaal), die wegens
zijne benoeming tot Kamerheer, zich in
zijn kiesdistrict (Salisbury) aan eene nieuwe
verkiezing moest onderwerpen, werd niet
herbenoemd. Zijn conservatieve tegenstan
der, de Heer Kennard, verwierf 103 stem
men meer dan hij.
Volgens tijdingen uit Petersburg is
de politie aldaar onderricht geworden, dat
de studenten eene demonstratie voor bet
universiteitsgebouw wilden aan den dag
leggen. De politie heeft dientengevolge
eergisteren het gebouw bezet. Het gerucht
dat de politie eene mijn onder het gebouw
heeft ontdekt, houdt aan, iu weerwil van
officiëele tegenspraak.
Men verzekert nog steeds dat de hooge-
scholen te Warschau en Charkoff gesloten
znllen worden.
De Spaausche Minister van Binnenland-
sche Zaken heeft in deu Ministerraad mede
gedeeld dat een dertig socialistische volks
menners in verschillende plaatsen van
Andalusië iu verzekerde bewaring zijn ge
nomen. Zij waren in gemeenschap met
Spaansche socialisten en anarchisten te
Lyon.
Hij moest z:ch weder herstellen.
„Stel u het geval voor, hernam hij eindelijk:
Iemand heeft mij bedrogen of wil mij bedriegen,
door mij eenige valsche posten in mijn hoeken
te doen inschrijven, en daardoor de ware be
zitting der handelszaak met een valsch bedrag'
doen verhoogen. Ik heb, ten einde mij voor
schade te (lekken, die vervalscliing niet vernie
tigd, maar beu met de boeking daarop voort
gegaan. Is dat eene misdaad?"
„Het is zeker altijd een vervahching," zeide ik.
„Ook eene misdaad? riep hij.
„Neen, want er ontbreekt het-bewijs van den
wil, om een ander te benadeelen; gij wildet u
slechts voor eigen verliezen behoeden. Intus-
schen
„Intusschen?"
„Gij moet onder alle omstandigheden het be-
wrs kunnen leveren, dat gij de bedrogene zijt
en de vervalsching alleenlijk geschied is om u
voor de nadeelige g volgen te dekken."
„En indien ik dat bewijs niet leveren kan?"
„Dan zijt gij voor de wet schuldig."
„En (le straf het tuchthuis?"
„Ja, en wel voor eenige jaren."
Hij verbleekte. Hij kon, hetgeen in hem om
ging, met moeite onderdrukken.
„En eer en naam voor altijd bezoedeld,"
sprak hij voor zich.
Wordt vwvolgd.J