N IEU W E Donderdag 13 September 1883. 8e Jaargang. De derde Republiek. B U 1T N L Ai\ D. No. 726. «■ill 0,80 0,06 Een dag uit het leven van een schroomvallige. Per 3 maanden voor Haarlem Buiten Haarlem franco per post Afzonderlijke Nummers Dit blad verschijnt Eiken WOENSDAG en ZATERDAG. BUREAU: St. Jansstraat Haarlem. AQITE MA NON AGITATE. PRIJS DER ADVERTENTIÊN Van 16 regels30 Cents. Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. Advertentiën worden uiterlijk Dinsdag- en Vrijdag avond voor 6 uur ingewacht. Uitgevers KÜPPERS LAUKEÏ. Naar het zich laat aanzien staan er in Frankrijk gewichtige zaken voor de deur. 't Zou ons althans niet verwonderen als de telegraaf ons op een goeden morgen het bericht bracht dat er een totale omkeer in den politieken toestand van Frankrijk had plaats gehad. Bij de wisselvallige Franschen is immers alles mogelijk, en dezelfde lieden die heden »vive la Républiqueroepen, schreeuwen morgen even luid en enthusias- tisch vive le roiEen politiek karakter bezitten de Franschen niet. De derde Republiek is een treurig beeld en tevens een parodie op den naam, want het eerste wat men aan dezen naam pleegt te verbinden, een zekere graad van vrijheid, hebben de machthebbers in Parijs door een absoluut despotisme met voeten getreden, zelfs de onafhankelijkheid der rechters heb ben zij opgeheven en daardoor de Justitie tot een speelhal gemaakt van politieke hartstochten. Hooggeplaatste rechterlijke ambtenaren en flinke generaals werden ont slagen, omdat hunne republikeiusche ge zindheid twijfelachtig was of omdat zij slacht offers moesten zijn van het nepotisme der verschillende Ministers, die hunne vrienden aan eervolle en winstgevende posten hielpen. Hoe wankelend de Republiek op hare grondvesten staat, bewijst het feit dat zij sinds den val van het Keizerrijk achttien Ministeries heeft gehad en dat er dus van een vast regeeringssysteena in de verste verte geen sprake is. Frankrijk is onder den dek mantel der Republiek de buit van eerzuch tige, gewetenlooze avonturiers geworden. In brutale achteloosheid, in gewelddadig heden, in verkwisting van het nationale vermogen, in het verrijken van zich zei ven, in concessies, die aan het atheïsme en aan de roode Internationale gedaan werden en in holklinkende prasen waren de bezitters der portefeuilles wel is waar sterk, inzoo- verre zij geen poppen of onbeduidende nul len waren doch geen van allen was een man die zich boven het middelmatige ver hief. De Presidenten, die aan de spitse der Republiek stonden, waren geen wreedaards FEUILLETON. Door hem zeiven medegedeeld.) (Vervolg en Slot.) De mij daardoor veroorzaakte verlegenheid kan men zich moeilijk voorstellen, daar alléén een schroomvallig mensch mijn torstand beoordeelen kan en van deze soort bestaan er voorzeker niet veel. De voorkomendheid van den baron verdreef van lieverlede mijn bekommering en ik verwon derde er mij over, hoezeer eene fijne beschaving hem in staat stelde, zijn gevoel te beheerschen en na een zoo pijnlijk voorval zijn gelaat in zulke opgeruimde plooien te kunnen zetten. De beminnelijkheid der huisvrouw en het ver trouwelijk gesnap der jonge dames hielp mij on gemerkt mijne blooheid overwinnen, totdat ik het eindelijk waagde mij in het gesprek te men gen, ja zelfs een nieuw thema aan te roeren. Daar de bibliotheek rijkelijk met boeken in prachtbanden voorzien was, maakte ik daaruit op dat de heer Thomas een zeer belezen man moest zijn, en waagde het mijne meening over de verschillende uitgaven der Grieksche klassie ken te zeggen, waarin de baron volkomen met mij instemde. Bij deze gelegenheid trok eene uitgave van Xenophon in zestien deelen (waarvan ik nog nooit gehoord had) inzonderheid mijne aandacht en ik stond op om te zien welke het wel zijn kon. Mijn gastheer bemerkte mijn voornemen en stond eveneens op, om, gelijk ik vermoedde, het boek of tirannen, maar toch ook niet veel meer dan decoratie-figurenvooral Grévy is een voorbeeld van een zwakken, karakterloozen man, die zich naar eiken wind weet te wenden en die, als het verlangd werd, zelfs zijn eigen doodvonnis zou onderteekenen, want hij onderteekeut letterlijk alles: de decreten der Jacobijnen-apen, die de ordens- geestelijken uit het land verdreven; de wet, die aan de school het Christelijk karakter ontneemt; de spoorwegcontracten die ten voordeele der beurs en der dynastie Roth schild werden gefabriceerd enz. enz. Frankrijk is een rijk land, maar zijne bewindslieden voeren het naar het staats bankroet; de staatskassen zijn leeg, de schuld enorm en de belastingen drukkend. Frank- rijks buitenlandsche politiek is van dien aard, dat het land met de meeste Staten in een minder aangename verhouding ver keert en als 't ware geïsoleerd isde ver houding tot Duitschland is bekend; tusschen Parijs en Londen is sinds de Egyptische affaire eene zekere koelheid ontstaan; Italië heeft zich bij het DuitschOostenrijksche verbond aangesloten en ook in Spanje is men ai zeer weinig Franschgezind. Niemand heeft reden met het republi- keinsch bestuur tevreden te zijn dan de posten jagers, de kerkhaters en de anarchisten, die men voortreffelijk in de hand werkt. Het volk heeft alle reden de derde Republiek als een nationaal ongeluk te beschouwen, 't Is begrijpelijk dat na de nederlagen in de jaren 1870 en 1871 en na de ellende van het Napoleontisch wanbestuur, de geest drift voor de monarchie en het keizerrijk verdwenen is en het republikeiusch idee, in hetwelk men het plechtanker begroette, ingang bij het volk vond; 't is echter ook duidelijk gebleken, dat de derde Republiek op geen enkele wijze beantwoord heeft aan de verwachtingen die men van haar koes terde. De meeste redenen van ontevreden heid hebben de Katholiekenen Frankrijk is een Katholiek land, waar de getrouwheid aan het Geloof slechts door de lichtvaar digheid van het Fransche karakter bena deeld wordt. Als de Katholieke partij beter georganiseerd was, zouden de toestanden gansch anders zijn. Wat nog niet bestaat, van de plank te nemen, hetgeen ik dienstvaar dig poogde te verhinderen, en haastig de hand op het eerste deel leggende, trok ik het er met geweld uit. Maar o schrik! in plaats van boeken kwam een plank naar beneden, waaraan men met behulp van leder en verguldsel het voorkomen van zestien deelen gegeven had en verbrijzelde ongelukkigerwijze den daaronder staanden inkt koker. Te vergeefs verzekerde mij de heer Tho mas dat het niets te beduiden had. Ik zag de inkt van het ingelegde tafeltje stroomen en nauwe lijks wetende wat ik deed, trachtte ik den vloed met mijn zakdoek te stuiten. Midden in deze verwarring werd gemeld, dat het diner opgedragen was en ik werd met genoe gen gewaar, dat de bel, welke mij aanvankelijk zoo verontrust had, tot waarschuwing een half uur voor etenstijd geluid werd. Gedurende den tocht door den gang en de lange reeks der overige kamers naar de eetzaal, had ik rijkelijk den tijd weder tot mijzelven te komen. Aan tafel kreeg ik eene plaats tusschen mevrouw Steenvoort en hare oudste dochter. Sedert den val van den houten Xenophon gloeide mijn gelaat voortdurend als vuur en ik begon juist eenigszins te bekomen en eene aan gename koelte te genieten, toen een onvoorziene gebeurtenis op eenmaal den gloed ten felste aanwakkerde. Ik had mijn bord soep te dicht aan den rand van de tafel gezet en, terwijl ik tegen mejuf frouw Cato boog, welke mij een compliment ge maakt had over het model van mijn vest, stortte ik den heeten inhoud van mijn bord over mijne knieën uit. Ondanks de oogenblikkelijke hulp van de servetten, die de oppervlakte van mijne klee- 1 kan nog komen; de droevige ondervinding, het optreden van een Paul Bert, de be handeling der kloostergeestelijken, enz. heb ben de Katholiekeu uit den slaap gewekt en er bestaat hoop dat men door samen werking aan de clique, die het knechtschap der Kerk en der religieuze vrijheid op hare banier heeft geschreven, den doodsteek zal geven. Bij het gebrek eener goed georga niseerde Katholieke partij en bij de onver schilligheid in den Godsdienst voegde zich nog de twist tusschen de verschillende mo narchaal gezinde partijen; legitimisten,Bour bons, Orleanisten, Napoleoniden, allen stre den om de heerschappij en deze strijd om de hegemonie was niet in 't voordeel van 't monarchaal idee, doch werkte de Republiek veeleer in de hand. De dood van den Graaf van Chambord heeft eene verandering in den toestand gebracht. De oudere linie der Bourbons is verdwenen en stilzwijgend erkennen de ko- ningsgezindeu den Graaf van Parijs als den erfgenaam der Kroon. De tijd tot ernstig handelen is zoo gun stig mogelijk, vooreerst zal niemand be weren dat de Republiek op vaste grond vesten staat, ten tweede ontbreekt het der Republiek aan een man, die met kracbti- gen arm het roer van den Staat in handen durft te nemen. Wij zullen de vraag welke regeeringsvorm de beste is hier niet behan delen; zooals de zaken echter in Frankrijk staan is het legitime koningschap zeker 't verkieslijkst. Dat, ondanks de republi keiusche meerderheid in de Kamer van afgevaardigden en in den Senaat, het mo narchale idee in het volk zetelt, bewijst het feit, dat reeds in 1873 de nationale vergadering aan Chambord de Kroon na genoeg heeft aangeboden. Sinds den 24sten Augustus, toen de edele Graaf van Cham bord, de laatste afstammeling van Lode- wijk XIV, den geest gaf, schijnt het mo narchale idee meer en meer veld te winnen. Terwijl nog slechts eenige dagen geleden de Parijsche bladen schreven dat de Prinsen van Orleans de zaken rustig zouden laten loopen tot de algemeene verkiezingen en dan met hunne aanspraken voor den dag zouden komen, melden zij thans dat de deren droogden, was mijn zwart lakensche pantalon niet dik genoeg om mij voor de gevolgen van dit onverwachte stortbad te beschermen, maar be denkende hoe de heer Thomas zijn pijn verbeten had, toen ik hem even te voren op den voet trapte, verdroeg ik standvastig in stilte de smart en bleef rustig met mijne deerlijk geschroeide ledematen zitten, te midden van het onderdrukt gezichel der dames en der bedienden. O O Ik ga maar stilzwijgend de plompheden voor bij die tijdens het eerste gerecht voorkwamen, mijne verlegenheid als ik een hoen moest voorsnij den of de in mijne nabijheid staande schotels verder geven moest en daarbij de jus over de tafel morste en het zoutvat omstiet. Wij zulleu tot het tweede gerecht overgaan, waarbij een nieuwe ongelukster mij geheel en al dreigde te vernie tigen. Juist had ik een stuk zachte heerlijke pudding aan de vork, toen mejuffrouw Cato Steenvoort mij verzocht haar de naast mij staande schotel aan te reiken. In de haast nauwelijks wetende wat ik deed, stak ik ijlings het stuk pudding dat zoo heet was als ecu gloeiend ijzer, in den mond. Htt. is onmogelijk mijne helsche pijn te beschrijven mijne oogen puilden uit hare kas sen; eindelijk was ik tegen mijn voornemen en alle schaamte ten trots gedwongen de oorzaak van mijne marteling weder op mijn bord te laten vallen. De heer Thomas en de dames betreurden le vendig mijn ongeval en ieder gaf een ander middel tot leniging aan. De eene ried olie, de andere water aan; maar eindelijk stemden allen daarin overeen, dat wijn het geschikste was om den brand uit te trekken. aanhaugers vau deu Graaf van Parijs alle s in het werk stellen, opdat deze zoo spoe dig mogelijk een manifest als politiek erf genaam vau den Graaf van Chambord in de wereld zeude. Wellicht zullen er een aantal manifesten in Frankrijk verschij nen, doch slechts dat van deu Graaf van Parijs kan in aanmerking komen. Zelfs Eduard Herwé, de leider van den anders zoo voorzichtig en Soleilheeft eene verklaring gepubliceerd, waarin hij zegt, dat thans het oogenblik gekomen is, het land voor de zaak der monarchie te winneD, het geen door een voorzichtige en doelmatige handelwijze niet moeilijk zal vallen. »De monarchie, zegt Hervé, is wel is waar nog niet hersteld, doch zij is voor herstelling zeer vatbaar; de koninklijke familie en de monarchale partij moeten voor den dag komen en zich aan het land, dat hen moet aannemen, vertoonen; zonder den volks wil kan geene Regeeriug gegrondvest wor den.Dus een beroep op het volk, een ple- biscit. Vermits deze verklaring van Hervé zeker niet tegen den wil van Graaf van Parijs is gepubliceerd, mag men aannemen dat hij, zij het ook niet officiëel, als Kroon pretendent is opgetreden. De republikeinsche pers spot er wel mee en tracht te bewij zen dat het herstel der monarchie in Frankrijk eene onmogelijkheid is, maar zooals de zaken thans staan, zou deze on mogelijkheid zeer spoedig werkelijkheid kunnen worden. Frankrijk zou er, dit staat vast, wel bij varen als de monarchie werd ingevoerd. Van de republikeinen heeft het stellig niet3 goeds te wachten. Ook de derde Republiek leidde het schoone land tot deu oudergang. De monarchie zal het ongetwijfeld redden. Er is een decreet verschenen van den President der Fransche Republiek het eerste van dien aard, dat welhaast door meer dergelijke zal gevolgd worden waar bij, ter uitvoering der nieuwe wet op de rechterlijke organisatie, een tiental eerste Presidenten van Hoven van Appèl van hunne functiën worden ontheven, en anderen in hun plaats benoemd. Een glas Xeres werd aan de schenktafel ge bracht en ik ledigde het met een enkelen teug maar o hoe zal ik de dadelijk volgende mar teling' beschrijven? Of de schenker had zich toe vallig vergist, of hij wilde mij opzettelijk waan zinnig maken hij gaf mij den sterksten bran dewijn, waarmede ik den mond vulde, die reeds te voren verwond en vol blaren was. Geheel ongewoon aan het gebruik van alle sterke dranken, met een tong, verhemelte en keel zoo rauw als een knol wat stond mij te doen Doorslikken kon ik het onmogelijk, maar ter wijl ik mijn handen tegen den mond drukte, spoot het vervloekte vocht door den neus en tusschen de vingers als een fontein over alle schotels heen en een luid gelach uit alle hoeken ontroofde mij mijne laatste geestkracht. Te vergeefs legde de heer Thomas den be dienden het zwijgen op en berispte mevrouw van Steenvoort hare dochters de maat mij ner beschaming en hunner vroolijkheid was nog niet vol. Om het angstzweet, dat dit voorval mij van het voorhoofd deed stroomen, af te wisschen, droogde ik mijn gelaat met den verwenschten zakdoek, die nog vochtig was tengevolge van Xenophones val en bedekte daardoor mijn ge laat in alle richtingen met inktstrepen. De heer Thomas zelf kon dezen nieuwen stoot niet meer weerstaan en stemde met zijne gemalin in het algemeen gelach in, terwijl ik in vertwij feling van tafel opsprong, naar buiten stormde en als waanzinnig naar huis liep het vaste voor nemen makende voortaan geene bezoeken meer bij mijne buren af te leggen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1883 | | pagina 1